Pagina 1
G60, G80, G100, G150, G200-SIIIA BEDIENINGS- EN ONDERHOUDSHANDBOEK Vertaling van het originele handboek Dit handboek bevat belangrijke veiligheidsinformatie en dient beschikbaar gesteld te worden G60-SIIIA SERIENR. : G06030001 -> aan personeel dat deze G80-SIIIA SERIENR. : G08030001 -> machine bedient en G100-SIIIA SERIENR.
Noteer de juiste gegevens voor UW DIPP generator in de onderstaande ruimtes. Gebruik altijd de juiste nummers bij verwijzingen naar uw DIPP generator. Generator serienummer Motor serienummer OPMERKINGEN: UW DIPP LEVERANCIER: ADRES: TELEFOON: Doosan Benelux SA Drève Richelle 167 B-1410 Waterloo BELGIË G60, G80, G100, G150, G200-SIIIA B&O-handboek...
Pagina 4
G60, G80, G100, G150, G200-SIIIA B&O-handboek...
VEILIGHEIDSLABELS GRAFISCHE VORM EN VERKLARING VAN ISO- SYMBOLEN VERBOD/VERPLICHT INFORMATIE/INSTRUCTIES WAARSCHUWING WAARSCHUWING: Kans op WAARSCHUWING - onderdeel of WAARSCHUWING - heet oppervlak. elektrische schokken systeem onder druk. WAARSCHUWING - drukregeling. WAARSCHUWING - corrosiegevaar. WAARSCHUWING - lucht-/gasstroom of luchtafvoer. WAARSCHUWING - vat onder druk. WAARSCHUWING - heet en WAARSCHUWING - ontvlambare schadelijk uitlaatgas.
Pagina 17
Verwijder het bedienings- en Niet opstapelen. Gebruik de machine niet zonder een onderhoudshandboek en bijbehorende gemonteerde beschermkap. houder niet van deze machine. WAARSCHUWING - handhaaf de WAARSCHUWING - raadpleeg het WAARSCHUWING - raadpleeg het juiste bandendruk. bedienings- en onderhoudshandboek bedienings- en onderhoudshandboek voordat voor de u de trekstang aansluit voor...
Pagina 18
Overschrijd de snelheidslimiet van de Geen directe verlichting. Open de aftapkraan niet voordat de aanhanger niet. luchtslang is bevestigd. Gebruik de heftruck alleen vanaf deze Noodstop. Bevestigingspunt. kant. Hefpunt. Aan (stroom). Uit (stroom). Lees het bedienings- en Gebruik bij het parkeren de Compressorolie bijvullen onderhoudshandboek alvorens de zijstandaard, handrem en wielblokken.
Pagina 19
Geen water Koelvloeistof bijvullen Geen vlam Vullen met brandstof voor het opstarten G60, G80, G100, G150, G200-SIIIA B&O-handboek...
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES GEVAAR CAUTION LET OP Deze machine is niet ontworpen voor het gebruik van Wees uiterst voorzichtig bij het gebruik van een apparatuur voor levensondersteuning. Het beschikt hulpstartaccu. Laad de accu snel op door de over een veiligheidsuitschakeling waardoor de uiteinden van een hulpkabel aan te sluiten op de machine zal stoppen als een uitschakelconditie positieve (+) pool van elke accu.
Vraag hulp gekwalificeerde, erkende installateur die op de hoogte is van de lokale WAARSCHUWING WARNING normen. Elektrische schokken - WAARSCHUWING WARNING Geen elektrische apparatuur gebruiken terwijl u in het water/op natte aarde staat of natte handen of Een gebrekkige aarding van de generatorset kan schoenen hebt.
VOORZORGEN GEVAARLIJKE STOFFEN Zorg ervoor dat het bedienings- en onderhoudshandboek en de bijbehorende houder niet permanent van de machine worden verwijderd. CAUTION LET OP Zorg ervoor onderhoudspersoneel voldoende getraind en bevoegd is en de onderhoudshandboeken gelezen heeft. Ga uiterst voorzichtig tewerk om aanraking met hete oppervlakken (spruitstuk motoruitlaat...
Zorg ervoor dat er altijd voldoende ventilatie van het Transport koelsysteem en de uitlaatgassen is. Zorg ervoor dat tijdens het laden of vervoeren van De volgende stoffen worden gebruikt bij de fabricage van machines de aangegeven hef- en bevestigingspunten deze machine en kunnen gevaarlijk zijn bij verkeerd worden gebruikt.
Pagina 24
G60, G80, G100, G150, G200-SIIIA B&O-handboek...
BEDIENINGSINSTRUCTIES unit nooit gebruiken zonder eerst alle VÓÓR INBEDRIJFSTELLING veiligheidswaarschuwingen te volgen en het bedienings- Voor het starten van de motor dient u volgende controles en onderhoudshandboek zorgvuldig door te nemen dat af uit te voeren: fabriek met deze machine werd meegeleverd. 1.
STARTEN 10. Sluit de zijluiken voor optimale koeling van de unit tijdens bedrijf. STOPPEN CAUTION LET OP 1. Schakel alle externe, elektrische stroombelastingen uit. Gebruik de NOODSTOP-knop ALLEEN in geval van nood. 2. Schakel de hoofdonderbreker "UIT". Gebruik hem NOOIT voor de normale uitschakeling. 3.
DIAGNOSE/AUTOM. UITSCHAKELING (ANALOGE BESTURING) Afbeelding 2 De bedieningselementen en instrumenten bevinden zich 10. Motorcommunicatie - Indicatie dat de besturing met op het bedieningspaneel, zoals is afgebeeld. Hieronder de motor-ECU communiceert. volgt van elk paneel een beschrijving: 11. Motorstoring - Indicatie dat de motor moet worden 1.
BEDIENINGSPANEEL GENERATOR (ANALOGE BESTURING) Afbeelding 3 Meters Bescherming/regeling 1. AC VOLTS Indicatie generator 10. 3-fase directe aansluitverbindingen - L1, L2, L3, N outputspanning. (neutraal), (aardsluitingsbeveiliging). (Niet afgebeeld.) 2. AC AMPERE - Indicatie dat de generatorbelasting in ampere overeenstemt met de schakelaarstand van 11.
BEDIENING STANDAARD DIGITALE BESTURING Overzicht Doosan's digitale besturing is een complete besturing voor de generatorset die wordt gebruikt als hoofdinterface tussen de operator en de generatorset. Het zorgt voor een hoogwaardige motor- en generatorbescherming. Bovendien kunnen verschillende realtime parameters worden bekeken. De parameters omvatten maar zijn niet beperkt tot kW, KVA, kVar, vermogensfactor, oliedruk, koelvloeistoftemperatuur, motortoerental en diagnosegeschiedenis.
OPTIES [VERVOLG] Displayknoppen Afbeelding 5 OFF AUT MAN Gebruik deze knop om van weergave te wisselen tussen meetscherm, afstelscherm en het standaardscherm. Ready Gebruik het tevens om de schermen te verlaten. 1800 Timer Gebruik deze knop afstelparameter te selecteren en de juiste afstelling te bevestigen.
Pagina 32
OPTIES [VERVOLG] Afbeelding 8 Dit scherm is ALLEEN beschikbaar op machines die gebruik maken van de J1939 motorcommunicaties. Indicatie storingen/uitschakelingen I000000 motorbesturingsunit wordt hier weergegeven. De gele ECU-lamp wijst op een motorwaarschuwing en de rode ECU-lamp wijst op een motoruitschakeling. Rem Start/Stop Afbeelding 11 Low Coolant...
OPTIES [VERVOLG] Dit scherm geeft de lastparameters van de generatorset Afbeelding 15 weer in termen van actief vermogen, vermogensfactor, reactief vermogen en schijnbaar vermogen. Deze Alarm List waarden worden geagregeerd en per fase vermeld. Not in Auto Afbeelding 13 Wrn Coolant Level Run Hours NumStarts E-Stop...
OPTIES [VERVOLG] Druk "BEVESTIGEN" gewenste Nominale TPM parametermenu te selecteren. Het nominale motortoerental van de generatorset. Gebruik de "VERHOGEN" en/of "VERLAGEN"-knoppen Modus [UIT, HAND, AUT] om naar de te wijzigen parameter te scrollen. Dit komt overeen met de "Modus" besturingsknoppen. Druk op "BEVESTIGEN"...
OPTIES [VERVOLG] Voorverhitting tijd Koeltijd Bedrijfstijd van de onbelaste generatorset om de motor te De tijdsvertraging voor voorverwarmen nadat de unit het koelen voor het stoppen. startbevel krijgt. De unit begint te starten na het voorverwarmen. Selecteer Niet Voorverwarmen met Na koeltijd instelling = 0 standaard fabrieksinstelling = 10 seconden.
OPTIES [VERVOLG] MOTORBESCHERMING Acc. overspanning Drempelwaarde waarschuwing voor hoge accuspanning. Mot. besch. vertr. [s] Acc. onderspanning Tijdens het starten van de generatorset moeten bepaalde motorbeschermingen worden geblokkeerd (bijv. oliedruk). Drempelwaarde waarschuwing voor lage accuspanning. De beschermingsinrichtingen worden gedeblokeerd na de vertragingstijd van de bescherming. De tijd begint te Accuspanning vertr.
OPTIES [VERVOLG] Gen <S Wrs Timer 1 Duur Selectie van aantal bedrijfsuren. Waarschuwingspeil voor generator onderspanning. Alle drie de fasen worden gecontroleerd. Minimum van drie Timer 2 Herhalen wordt gebruikt. Selectie van dag/dagen wanneer oefentimer 2 zal Gen S vertr. werken.
OPTIES [VERVOLG] ELEKTRONISCHE REGELING - UITSLUITEND G60 Besturing SIIIA Afbeelding 20 De optie voor ELEKTRONISCHE REGELING biedt een nauwkeurige, isochrone, snelheidsregeling zodat de frequentie stabiel blijft binnen een marge van +/- 0,25%. Deze optie is af fabriek ingesteld en mag niet naar eigen voorkeur worden ingesteld.
Pagina 39
OPTIES [VERVOLG] ELEKTRONISCHE REGELING - DUBBELE Besturing FREQUENTIE 50/60 HZ - UITSLUITEND G60 SIIIA Afbeelding 23 De optie voor ELEKTRONISCHE REGELING biedt een nauwkeurige, isochrone, snelheidsregeling zodat de frequentie stabiel blijft binnen een marge van +/- 0,25%. Deze optie is af fabriek ingesteld en mag niet naar eigen voorkeur worden ingesteld.
OPTIES [VERVOLG] 3-WEG BRANDSTOFKLEP Afbeelding 26: Stand klephendel Deze machine kan voorzien zijn van een 3-weg brandstofklep. Beschrijving De combinatie van een 3-weg brandstofklep met een externe brandstofaansluitmodile zal een maximale autonomie opleveren. Installatie en gebruik Directe aansluiting op het 3-weg brandstofklepblok. Stop de motor.
OPTIES [VERVOLG] Afbeelding 28: Aftappunt oliecarter Afbeelding 30: Handpomp Handpomp Aflaatklep oliecarter Recycleer voer afgewerkte olie milieuvriendelijke manier af. OLIECARTERPOMP Sluit de aflaatklep van het motoroliecarter. Deze machine kan voorzien zijn van een oliecarterpomp Beschrijving WAARSCHUWING WARNING Dankzij de oliecarterpomp kan motorolie gemakkelijker worden verwijderd.
BUITENGEBUIKSTELLING AANBEVELINGEN VOOR LANGE TERMIJN OPSLAG (6 MAANDEN OF MEER) Wanneer de machine permanent buiten gebruik moet • Motorkoelsysteem – behandel met roestremmer en worden gesteld of gedemonteerd, is het belangrijk dat u tap af. Raadpleeg de dealer van de motor voor ervoor zorgt alle...
ONDERHOUDSINFORMATIE Slangen Maandelijks wordt aanbevolen om de inlaatslangen van het luchtfilter en alle flexibele slangen voor water en WAARSCHUWING WARNING brandstof worden geïnspecteerd op volgende zaken: 1. Alle rubberen slangverbindingen en schroefbare slangklemmen moeten stevig vast zitten en de Elke onbevoegde modificatie of storing om deze slangen mogen geen tekens van slijtage, afschuring apparatuur te onderhouden kan het gebruik ervan of achteruitgang.
ONDERHOUD Respecteer de onderhoudsintervallen Gebruik de juiste brandstoffen, smeermiddelen en koelvloeistof Voer alle onderhoudstaken uit met de urenteller als richtlijn op de uurintervallen zoals vermeld op volgende pagina's. Bij elk gepland onderhoudsinterval dienen alle LET OP vorige onderhoudstaken en de vermelde taken te worden uitgevoerd.
ONDERHOUDSINTERVAL KAART Item 10 H / Elke 2 500 H 1000 H / 2000H / 3000 H / 4500 H Naar Dagelijks weken 1 jaar 2 jaar 3 jaar behoefte Controleer de motorolie en het • koelvloeistofpeil Controleer de • luchtinlaatweerstandindicator Controleer het brandstoffilter/ •...
ONDERHOUD/DAGELIJKS OF ELKE 10 UUR CONTROLEER HET MOTOROLIEPEIL CONTROLEER HET KOELVLOEISTOFPEIL Afbeelding 32: Oliepeilstok en olievulhals Afbeelding 33: Kruismarkering op de oliepeilstok WAARSCHUWING WARNING Explosieve vloeistofvrijgave uit het koelsysteem onder druk kan ernstige brandwonden veroorzaken. Verwijder de vuldop alleen als de motor koud staat of voldoende is afgekoeld om met blote handen aan te raken.
ONDERHOUD/DAGELIJKS OF ELKE 10 UUR (VERVOLG) CONTROLEER HET LUCHTFILTER OPMERKING: Veeg alle verbindingen, doppen en pluggen Afbeelding 35: Controleer de stofontluchtingsklep schoon voor het uitvoeren van onderhoud om de kans op systeemverontreiniging te verkleinen. CONTROLEER HET BRANDSTOFFILTER OPMERKING: Motoren beschikken over twee brandstoffilters (hoofd- eindfilter) uitgerust...
ONDERHOUD/DAGELIJKS OF ELKE 10 UUR (VERVOLG) Afbeelding 38: Aflaatklep oliecarter LET OP Filtering van oliën is van groot belang voor de juiste smering. Altijd regelmatig het filter vervangen. Gebruik een filter dat voldoet aan John Deere prestatienormen. OPMERKING: Vervang olie en filter voor het eerst na max. 100 werkuren en vervolgens elke 500 uur.
ONDERHOUD/500 UUR VERVANG MOTOROLIE EN -FILTER OPMERKING: Oliecapaciteit van het carter kan licht verschillen. Afbeelding 42: Olievuldop en -peilstok Vul het carter ALTIJD tot aan de markering Vol (FULL) of binnen de gearceerde zone op de peilstok (A). NIET teveel bijvullen. Afbeelding 44: Kruismarkering op de oliepeilstok Afbeelding 43: Olievuldop op de schommelnokafdekking...
ONDERHOUD/ 500 UUR (VERVOLG) VERVANG BRANDSTOFFILTERELEMENTEN OPMERKING: Motoren zijn voorzien hoofdbrandstoffilter (F) en een eindbrandstoffilter (B). Beide brandstoffilters dienen tegelijk en allebei te worden vervangen. 1. Maak de brandstoffiltermontage en omgeving grondig schoon. 2. Ontkoppel de water-in-brandstof sensorbedrading. 3. Draai de aftapplug (C) los en tap de brandstof in een geschikte opvangbak af.
ONDERHOUD/ 500 UUR (VERVOLG) CONTROLEER DE MOTOROPHANGINGEN CONTROLEER DE RIEM (Motoren met handmatige spanner) De motorophanging is de verantwoordelijkheid van de Afbeelding 47: Handmatige riemspanner voertuig- of generatorfabrikant. Volg de richtlijnen van de fabrikant voor ophangingsspecificaties LET OP Gebruik alleen SAE 8 klasse of hogere hardware klasse voor de motorophanging.
ONDERHOUD/ 500 UUR (VERVOLG) Controleer veerspanning van spanner Afbeelding 50: Markeringen op spanner 3. Gebruik de meter (A) op de dynamobeugel en rek de riem door aan het voorframe van de dynamo te wrikken. Rek de riem 1 meeteenheid uit voor een gebruikte riem en 1,5 meeteenheden voor een nieuwe riem.
ONDERHOUD/ 500 UUR (VERVOLG) CONTROLEER HET KOELSYSTEEM Test het koelsysteem OPMERKING: WAARSCHUWING WARNING De motor moet opgewarmd zijn om de werking van het complete koelsysteem te testen. Afbeelding 53: Test de radiatordop Explosieve vloeistofvrijgave uit het koelsysteem onder druk kan ernstige brandwonden veroorzaken. Schakel de motoren uit.
ONDERHOUD/ 500 UUR (VERVOLG) CONTROLEER HET LUCHTINLAATSYSTEEM LET OP Afbeelding 54 Het luchtinlaatsysteem mag niet lekken. Elk lek, ongeacht grootte, motorstoring veroorzaken door schurend vuil en stof in het inlaatsysteem. 1. Inspecteer alle inlaatslangen (leidingen) op barsten. Indien nodig, vervangen. 2.
ONDERHOUD/2000 UUR/2 JAAR CONTROLEER EN STEL DE MOTORKLEPSPELING 4. Als de kleppen moeten worden afgesteld, de borgmoer op de stelschroef van de schommelnok losdraaien. Draai de stelschroef tot de voelmaat met Stel de motorklepspeling als volgt af of laat uw erkende een kleine weerstand wegglijdt.
Pagina 58
ONDERHOUD/2000 UUR/2 JAAR (VERVOLG) 6068 Motor: OPMERKING: Ontstekingsvolgorde is 1-5-3-6-2-4. Afbeelding 58: Afstelling van klepspeling op 6068 motoren Voorkant van motor Nr. 1 zuiger bij BDP compressieslag Nr. 6 zuiger bij BDP compressieslag Uitlaatklep Inlaatklep compressieslag 1. Vergrendeling nr. 1 zuiger bij BDP compressieslag (B).
ONDERHOUD/2000 UUR/2 JAAR (VERVOLG) HET KOELSYSTEEM AFTAPPEN EN SPOELEN 5. Vul het koelsysteem met schoon water. Laat de motor werken tot het water door de thermostaat loopt om OPMERKING: eventuele roest of sediment op te roeren. Het koelsysteem elke 3.000 uur/3jaar aftappen en 6.
ONDERHOUD/2000 UUR/2 JAAR (VERVOLG) LASSEN IN DE BUURT VAN ELEKTRONISCHE REINIG OF VERVANG HET LUCHTFILTER (ÉÉN STUK) REGELUNITS Afbeelding 62 LET OP Motoren met elektrische lasboogapparatuur niet met startkabels opstarten. Stroom- en spanningswaarden zijn hoog kunnen permanente schade veroorzaken. 1. Ontkoppel de negatieve (-) accukabel(s). 2.
ONDERHOUD/2000 UUR/2 JAAR (VERVOLG) REINIG OF VERVANG HET LUCHTFILTERELEMENT 7. Druk de resetknop van de luchtweerstandindicator compleet in en laat los om de indicator te resetten. Afbeelding 63: Vervang het luchtfilterelement (6090 Motor afgebeeld) 8. Controleer de staat van het complete luchtsysteem (zie Luchtinlaatsysteem controleren).
ONDERHOUD/2000 UUR/2 JAAR (VERVOLG) VERVANG DE VENTILATOR/DYNAMO MULTI-V-RIEM 2. Bij motoren met een automatische riemspanner, eerst spanning riem lossen Afbeelding 64: Ventilator/dynamoriem installatie op onderbrekerbalk en contact op de spannerarm. 4045 Motor Bij motoren met een handmatige spanner, de dopschroeven losdraaien terwijl u de dynamo tegenhoudt.
ONDERHOUD/2000 UUR/2 JAAR (VERVOLG) ONTLUCHT HET BRANDSTOFSYSTEEM Aandrijfhendel brandstofpomp 1. Draai de ontluchtingsschroef (A) twee volledige WAARSCHUWING WARNING slagen los. 2. Bedien de aandrijfhendel van de brandstofpomp (B) tot er geen luchtbellen meer in de brandstofstroom Vloeistof die onder druk ontsnapt kan de huid zichtbaar zijn.
ONDERHOUD/2000 UUR/2 JAAR (VERVOLG) Afbeelding 69: Brandstofsysteem ontluchten aan de niet. Het brandstofsysteem alleen ontluchten aan de brandstof inspuitmondstukken ontluchtingsschroef van het brandstoffilter (A). Afbeelding 70: Ontluchtingsschroef laatste brandstoffilter 6. Aan de brandstof inspuitmondstukken: a. Gebruik twee steeksleutels om de aansluiting van Ontluchtingsschroef de brandstofleiding aan het inspuitmondstuk los te draaien.
MOTORPROBLEMEN OPLOSSEN OPMERKING: Alvorens motorproblemen op te lossen, eerst alle storingscodes van de diagnoseapparatuur uitlezen op de meterdisplay en voer corrigerende handelingen uit. Als er nog problemen zijn, kunt u volgende schema's gebruiken om motorproblemen op te lossen. SYMPTOOM PROBLEEM OPLOSSING Motor slaat aan maar wil Onjuiste startprocedure.
Pagina 66
Lager dan normale Defecte thermostaat. Verwijder en controleer de thermostaat. motortemperatuur Defecte temperatuurmeter Controleer de meter, zender en aansluitingen. of zender. Te weinig vermogen Motor overbelast. Belasting verminderen. Inlaatluchtweerstand. Luchtfilter servicen. Verstopt brandstoffilter. Filterelementen vervangen. Ongeschikt brandstoftype. Gebruik geschikte brandstof. Oververhitte motor.
Pagina 67
De motor geeft zwarte of Ongeschikt brandstoftype. Gebruik geschikte brandstof. grijze uitlaatrook af. Verstopt of vuil luchtfilter. Luchtfilter servicen. Motor overbelast. Belasting verminderen. Vuile inspuitmondstukken. Neem contact op met uw erkende service-dealer of motordistributeur. Motor is niet goed afgesteld. Neem contact op met uw erkende service-dealer of motordistributeur.
Pagina 68
De accu verbruikt te veel Gebarsten accubehuizing. Controleer op vocht en vervang hem indien nodig. water. Defecte accu. Test de accu. Oplaadsnelheid van de Test het laadsysteem. accu is te hoog. Accu's zullen niet laden Losse of gecorrodeerde Reinig en draai de aansluitingen vast. aansluitingen.
SPECIFICATIES Stem aanhaalwaarden inch bout en schroef op elkaar af Bout- of SAE klasse 1 SAE klasse 5, 5,1 of 5,2 SAE klasse 8 of 8,2 SAE klasse 2 schroef- Gesmeerd Droog Gesmeerd Droog Gesmeerd Droog Gesmeerd Droog maat inch inch inch inch...
SPECIFICATIES (VERVOLG) Metrische aandraaiwaarden van bout en schroef Bout- of Klasse 4.8 Klasse 8.8 of 9.8 Klasse 10.9 Klasse 12.9 schroef- Gesmeerd Droog Gesmeerd Droog Gesmeerd Droog Gesmeerd Droog maat inch inch inch inch inch inch inch inch 11,3 16,5 15,5 19,5 lb ft...
INSTALLATIE EN ONDERHOUD DYNAMO INHOUD VOORWOORD ............................VEILIGHEIDSMAATREGELEN ....................... WAARSCHUWINGSSYMBOLEN ....................ONTVANGST ............................NORMEN EN VEILIGHEIDSMAATREGELEN ................INSPECTIE ............................IDENTIFICATIE ..........................Naamplaat OPSLAG ............................TOEPASSING ..........................CONTRA-INDICATIES VOOR GEBRUIK ..................TECHNISCHE KENMERKEN ....................... ELEKTRISCHE KENMERKEN ......................MECHANISCHE OPTIES ........................ INSTALLATIE ............................MONTAGE ............................
Pagina 72
ELEKTRISCHE STORINGEN ......................De wikkeling controleren De diodebrug controleren Pas afzonderlijke bekrachtiging toe om de wikkelingen en roterende diodes te controleren ONTMANTELEN, HERMONTAGE ....................Gereedschap vereist Aanhaalmoment schroeven Toegang tot diodes Toegang tot aansluitingen en het regelsysteem Het NDE-lager vervangen De rotormontage demonteren De machine hermonteren De filters demonteren en hermonteren...
VOORWOORD Dit onderhoudshandboek wordt geleverd met een set zelfklevende stickers verschillende waarschuwingssymbolen. dienen worden Dit hoofdstuk gaat over de dynamo die u net hebt aangebracht zoals afgebeeld in de tekening hieronder gekocht. zodra de machine volledig is geïnstalleerd. We willen de aandacht vestigen op de inhoud van de onderhoudshoofdstuk.
ONTVANGST • Uit de buurt van vochtigheid (< 90%); controleer na een lange periode van opslag de isolatie van de machine (Zie “Elektrische controles” op pagina 75) NORMEN EN VEILIGHEIDSMAATREGELEN Om te voorkomen dat de lagers worden gemarkeerd, Onze dynamo's voldoen aan de meeste internationale niet opslaan in een omgeving met significante trilling.
INSTALLATIE LET OP Personeel dat de verschillende handelingen uitvoert, zoals beschreven in dit hoofdstuk, moet geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen dragen voor Bij het koppelen van de dynamo op de motor, de mechanische en elektrische gevaren. ventilator niet gebruiken om de dynamo of rotor te draaien.
• de standaardrichting voor het draaien is rechtsom gezien vanuit het aseinde (faserotatie in volgorde 1 - WAARSCHUWING 2 - 3). Wissel 2 en 3 voor linksom draaien. • wikkelaansluiting komt overeen Zorg ervoor dat de dynamo de overeenkomstige bedrijfsspanning van de site(Zie “SCHEMA'S VOOR beschermingsgraad heeft voor de gedefinieerde CONTACTAANSLUITINGEN”...
Pagina 77
Aansluitcodes Spanning LL Fabrieksaansluiting 50 Hz 60 Hz Wikkeling 220 - 240 220 - 240 1 fase 240 - 254 220 - 240 R 250 spanningsdetectie: L1(U) 0 => (T4) / 110 V => (T1) R 450 spanningsdetectie: L2(V) 0 => (T10) / 220 V => (T1) Spanning LM = 1/2 spanning LL 50 Hz 60 Hz...
De machine is getest en ingesteld af fabriek. Bij het ROUTINEONDERHOUD eerste (onbelaste) gebruik, de juiste en stabiele Controles na het opstarten aandrijfsnelheid gebruiken (zie naamplaat). Met de hersmeerbare lageroptie, raden we aan om de lagers te Controleer na ongeveer 20 uur werken dat alle smeren op het moment van ingebruikstelling (Zie bevestigingsschroeven op de machine nog goed vast “Lagers”...
Mechanische service LET OP Het is verboden om de machine schoon te maken water hogedrukspuit. Problemen voortkomen uit zo'n behandeling vallen niet onder onze garantie. Ontvetten: Gebruik een borstel en reinigingsmiddel (geschikt voor schilderwerk). Bestuiving: Maak gebruik van een luchtpistool. Als de machine voorzien is van luchtinlaat- uitlaatfilters, dient...
MECHANISCHE DEFECTEN STORING ACTIE Lager Excessieve - Als het lager blauw wordt of als het smeermiddel zwart is geworden, dient temperatuurstijging in een het lager te worden vervangen of beide lagers - Lager is niet volledig vergrendeld (abnormale speling in de lagerkooi) (lagertemperatuur hoger - Controleer de uitlijning van de eindafscherming (flens niet correct dan 80 °...
ELEKTRISCHE STORINGEN STORING ACTIE EFFECT CONTROLE/OORZAAK Geen spanning Sluit een nieuwe accu van De dynamo begint te werken en de - Gebrek aan restmagnetisme bij onbelast 4 tot 12 volt op spanning is nog goed als de accu opstarten contactpunten E- en E+ wordt verwijderd aan, rekening houdend met De dynamo begint te werken maar...
Pagina 83
De diodebrug controleren 3. Laat de motor aan nominaal toerental werken. In een goed werkende diode mag de stroom alleen van 4. Laat de stroom van het bekrachtigingsveld afstellen de anode naar de kathode stromen. via de rheostaat of de variac en meet de uitgangsspanningen op L1 - L2 - L3.
Pagina 84
• 1 set van platte steeksleutels: 8 mm, 10 mm, 18 mm • Monteer de nieuwe voorbelaste (gegolfde) sluitring -1 contactset: 8, 10, 13, 16, 18, 21, 24, 30 mm (79) + de nieuwe O-ringafdichting (349) in de afscherming (36) en smeer de lagerzitting in met •...
Pagina 85
De rotormontage demonteren • Monteer de taatslagerschroeven (78), verwijder de draadstang, breng de andere schroef aan en draai de • Verwijder de niet aangedreven eindafscherming (36) montage vast. (Zie “Het niet aangedreven eindlager vervangen” op pagina 84). • Draai de 4 lagerschroeven (37) vast. •...
Pagina 86
TABEL VAN KENMERKEN G60-SIIIA G100-SIIIA Driefase: 4-polig, AREP-bekrachtiging Driefase: 4-polig, AREP-bekrachtiging Weerstanden bij 20 °C ( ) Weerstanden bij 20 °C ( ) 42,3 L/N-stator Rotor Velspoel Anker 44,2 L/N-stator Rotor Velspoel Anker 0,095 0,91 7,35 0,20 VS45 0,046 2,51 Weerstand van hulpwikkelingen bij 20 °...
Pagina 87
G200-SIIIA Driefase: 4-polig, AREP-bekrachtiging Weerstanden bij 20 ° C ( ) L/N-stator Rotor Velspoel Anker 44,2 0,0182 0,24 0,035 Weerstand van hulpwikkelingen bij 20 °C ( ) Type X1, X2 hulpwikkel. Z1, Z2 hulpwikkel. 0,216 0,363 Veldbekrachtigingsstroom i bekr. (A) - 400V - 50 Hz “i bekr”: bekrachtigingsstroom van het bekrachtigingsveld Onbelast Belast...