Geforceerde mode 'hoog' (h
Door de [+]-toets en de m- toets tegelijkertijd in te druk-
ken gedurende 2 seconden, gaat het toestel branden
op het maximale vermogen. Er zal nu een h op het
display verschijnen. De aanvoertemperatuur kan echter
niet boven het ingestelde maximum komen. Dit om het
toestel en de installatie te beveiligen. Het is in deze
mode wel mogelijk om parameters te wijzigen.
Door tegelijkertijd de [+]- en [-]-toetsen in te drukken,
gaat het toestel terug naar de bedrijfsmode, of anders
automatisch na 15 minuten.
Geforceerde mode 'laag' (l
Door de [-]-toets en de m- toets tegelijkertijd in te druk-
ken gedurende 2 seconden, gaat het toestel branden op
het minimale vermogen. Er zal nu een l op het display
verschijnen. De aanvoertemperatuur kan echter niet
boven het ingestelde maximum komen. Dit om het toe-
stel en de installatie te beveiligen. Het is in deze mode
wel mogelijk om parameters te wijzigen.
Door tegelijkertijd de [+]- en [-]-toetsen in te drukken,
gaat het toestel terug naar de bedrijfsmode, of anders
automatisch na 15 minuten.
Bedrijfsmode, zie par. 7.3 alleen een cijfer of letter
Instelmode, zie par. 7.5 en
par. 7.6
[[)
[[)
bladeren door op de m- toets te
drukken
weergave in code- venster
0
- 9, b, h, l, t
cijfer of letter met continu brandende
stip
!
@
A
alleen toegankelijk met servicecode c 12:
$
%
^
&
*
(
A
B
C
D
E
F
7.1.5 Getallenweergave
Getallen in het twee- cijferige temperatuurvenster kun-
nen de volgende eigenschappen hebben:
- getallen vanaf 00 t/m 99 worden weergegeven zonder
enige leestekens
- getallen vanaf 100 t/m 199 worden weergegeven met
een brandende punt tussen beide cijfers in, bv )0
staat voor 100, !0 staat voor 110, (9 voor 199
- getallen vanaf 200 t/m 299 worden weergegeven met
een brandende punt na elk cijfer, bv. )) staat voor
200, !) staat voor 210, (( voor 299
- getallen vanaf 300 worden weergegeven door het in
meerdere stappen tonen van duizend- en honderdtal-
len en tientallen en eenheden (zie ook par. 7.7)
- negatieve getallen (bijvoorbeeld bij gebruik van een
buitenvoeler of bij niet aangesloten sensoren) worden
weergegeven met een brandende punt na het laatste
cijfer, bv. 1) staat voor -10.
7.2 Stroomdiagram interne besturing
bladeren door op de s- toets te drukken
weergave in t- venster
Aanvoertemperatuur of blokkeringcode
Gewenste maximale aanvoertemperatuur
(ketelthermostaat)
Nadraaitijd circulatiepomp
Ketelregeling
Deellastvermogen
Schakelpunt bedrijfsmelding hoog
Maximaal vermogen
Geforceerd laag
Geforceerde laagtijd
Anti-pendeltijd
0-voltpunt analoog signaal
10-voltpunt analoog signaal
PWM pompstand tijdens warmtevraag
PWM pompstand na einde warmtevraag
Inschakeldifferentie aanvoertemperatuur
Maximale rookgastemperatuur
15