VOORWOORD Deze technische informatie met veel praktische infor- voor technische adviezen: afdeling Sales support matie over de Remeha Gas 210 ECO, een Hoog Ren- telefoon: 055 - 549 69 40 dement cv-toestel, is met name bedoeld voor de instal- lateur. Het bevat belangrijke aanwijzingen om vóór het voor storingen: afdeling Service &...
Algemene voorschriften Wijzigingen in de ketel mogen alleen uitgevoerd worden Houd onbevoegden uit de buurt van de ketel. Plaats na schriftelijke toestemming van Remeha. geen voorwerpen op de ketel. Blijf uit de buurt van de warmwateraansluiting en schoorsteen i.v.m. verbran- dingsgevaar.
89/336/EEG Door toepassing van microprocessortechniek is de - Laagspanningsrichtlijn nr. 73/23/EEG Remeha Gas 210 ECO eenvoudig in te stellen en te - Richtlijn Drukapparatuur nr. 97/23/EEG, art. 3, lid 3 regelen. Uitleesvensters maken het mogelijk de geme- ten en de gewenste instellingen te controleren.
Na de verbranding worden de hete rookgas- sen door de gietaluminium warmtewisselaar geleid. Hier De Gas 210 ECO kan worden uitgevoerd met een zullen de rookgassen hun warmte afdragen aan het c.v.- tweede retour (accessoire). Deze tweede retour kan water in de warmtewisselaar.
- IMS gas- / lucht-mengsysteem. - Afsluiting van rookgasafvoerleiding door gemotori- 4.5 Diensten seerde klep in de luchttoevoer. Onderstaande diensten kunnen door Remeha worden - Elektronische regel- en beveiligingsapparatuur: 24V, uitgevoerd: ventilator: 230V. - Eerste of bijzondere inspectie (EBI; type 160 kW, 5...
1,2 m een ver- den zonder uitgebreide installatietechnische eisen. Dit, mogen van maar liefst 400 kW (2 x Gas 210 ECO - 200 gekoppeld aan de geringe afmetingen, het lage geluids- kW) worden opgesteld. Zelfs inclusief ruimte voor ser-...
7.1.2 Opbouw van het bedieningspaneel Het bedieningspaneel is opgebouwd uit de volgende 7.1.1 Algemeen componenten (zie Afb. 04 en Tabel 02): De Remeha Gas 210 ECO is voorzien van een vooruit- 1. Hoofdschakelaar strevende toestelbesturingsregeling ‘Comfort Master’. 2. Aansluitmogelijkheid voor PC Het bedieningspaneel is opgebouwd uit o.a.:...
Remeha Gas 210 ECO 1 alleen een cijfer of letter - bedrijfsmode ! cijfer of letter met continu brandende stip - instelmode ! cijfer of letter met knipperende stip - uitleesmode a. code-venster letter b weergave op - blokkeringsmode gebruikersniveau: letter h - geforceerde mode ‘HOOG’...
Geforceerde mode ‘hoog’ (h 7.1.5 Getallenweergave Door de [+]-toets en de m- toets tegelijkertijd in te druk- Getallen in het twee- cijferige temperatuurvenster kun- ken gedurende 2 seconden, gaat het toestel branden nen de volgende eigenschappen hebben: op het maximale vermogen. Er zal nu een h op het - getallen vanaf 00 t/m 99 worden weergegeven zonder display verschijnen.
Pagina 16
Remeha Gas 210 ECO Instelling maximaaltemperatuur Startpunt modulatie bij ∆T Minimale waterdruk Opties servicemenu Voetpunt stooklijn Keteltype Uitleesmode, zie par.7.7 cijfer of letter met knipperende stip Aanvoertemperatuur Retourtemperatuur Rookgastemperatuur Buitentemperatuur Ketelbloktemperatuur Modulatietemperatuur Status warmtevraag en luchtdrukverschilschake- & laar (LDS) Looptijd IMS...
7.3 Bedrijfsmode ( x [[) Tijdens bedrijf geeft het code-venster de status (bedrijfsverloop) van het toestel weer, terwijl het t- venster de gemeten aanvoerwatertemperatuur aangeeft. Code Omschrijving Stand-by; er is geen warmtevraag of IMS-systeem beweegt naar maximaal open positie Ventileren (voorspoeltijd 12 sec., naspoeltijd 3 sec.) Ontsteken Het toestel brandt N.v.t.
Remeha Gas 210 ECO Code Omschrijving Oorzaak /controlepunten Controleer: Te weinig luchttransport tijdens voorventilatie. Na 4 herstarts - luchttoevoer /rookgasafvoer op ver- (5 starts) gaat de ketel in vergrendeling met code 08 (zie stopping /montagefouten par. 12.2). - luchtdrukverschilschakelaar en aan- sluitingen.
Remeha Gas 210 ECO 7.5.2 Nadraaitijd circulatiepomp (@) 7.5.3 Ketelregeling (A) Instelmode, parameter @, nadraaitijd van de pomp is Instelmode, parameter A, instelbaar op verschillende instelbaar op 10 seconden, 1 t/m 15 minuten of continu, waarden (zie Tabel 08), fabrieksinstelling 31 (module- fabrieksinstelling: 3 minuten.
Remeha Gas 210 ECO 7.6.3 Maximaal vermogen (^) Instelmode, parameter ^, instelbaar van 50 t/m 100% vermogen, fabrieksinstelling 100%. Hier is het mogelijk om softwarematig het maximale ver- mogen te begrenzen op een lagere waarde door para- meter ^ te veranderen.
7.6.10 Instelling maximaaltemperatuur (G) Voorbeelden: Instelmode, parameter G, instelbaar van 90 t/m 110°, - Fabrieksinstelling is op de waarde 0 ingesteld: stan- fabrieksinstelling 110°. daard stuurt de analoge uitgang het actuele vermo- Indien de voorschriften of de installatie het noodzakelijk gen in % uit.
Door vervolgens met de s- toets in het code-venster Code Omschrijving stap 3 te kiezen, kan het totaal aantal startpogingen 37 Storingscode (hoofdstuk 12) afgelezen worden. De teller heeft ook hier een grootte 03 Bedrijfscode bij storingsingreep (par. van 6 cijfers. In het code-venster verschijnt achtereen- 7.3) volgens: 3, , en .
Bij plaatsing en bij aansluiting van de Remeha Gas 210 accessoires. Ook zijn hier de ondersteuningsstrippen ECO dient u rekening te houden met de volgende voor- voor de ketel ondergebracht. schriften: De plaatsing van de Remeha Gas 210 ECO gaat als - NEN 1010: Veiligheidsbepalingen voor laagspan- volgt: ningsinstallaties - Plaats de pallet met het toestel in de ketelruimte.
Rookgasafvoerconstructie: 8.3.1 Aansluitmogelijkheden De toe te passen rookgasafvoerleiding dient wat betreft De Remeha Gas 210 ECO kan zowel open als geslo- constructie op naden en verbindingen, lucht- en water- ten worden uitgevoerd. Indien de ketel gesloten wordt dicht te worden uitgevoerd of naadloos. Horizontale uitgevoerd, dient dit bij bestelling te worden opgegeven.
Remeha Gas 210 ECO 8.3.5 Open uitvoering Enkelvoudig open, type B23 volgens CE. Afb. 09 Leidingloop open uitvoering Uitvoering rookgasafvoerleiding 1 = Rookgasafvoerleiding zonder bochten 2 = Rookgasafvoerleiding met 2 bochten 45° 3 = Rookgasafvoerleiding met 2 bochten 90° 4 = Rookgasafvoerleiding met haakse instroming en een bocht 90°...
Opmerking: Per extra bocht van 90° resp. 45° dient u leidinglengte af te trekken volgens Tabel 17. D in mm lengte in m 90° bocht 45° bocht ∅ 100 R=½D ∅ 110 R=½D ∅ 130 R=D ∅ 150 R=D ∅ 180 R=D Tabel 17 Meters aftrek per bocht 8.3.6 Gesloten uitvoering Enkelvoudig gesloten, type C33 volgens CE.
30 mm/m. Afvoeren van condenswater in een dakgoot is niet toegestaan, dit met oog op bevriezingsgevaar en Afb. 11 Verticale dakdoorvoer t.b.v. de Remeha Gas aantasting van de normaal toegepaste materiaalsoorten 210 ECO in gesloten uitvoering voor dakgoten.
Monteer, overeenkomstig NEN 3028, een overstortven- 8.5 Cascadetoepassing tiel tussen eventuele afsluiters en het toestel, in de aan- De Remeha Gas 210 ECO is ook geschikt voor opstel- voerleiding binnen 0,5 m vanaf het toestel. ling in cascade. Door de geringe breedte en diepte van het toestel kan op een vloeroppervlakte van nog geen 8.4.4 Circulatiepomp...
Pagina 32
Remeha Gas 210 ECO Onderstaande tabel geeft de minimale afmetingen van de diverse leidingen en van de open verdeler gebaseerd op een ontwerp dT van 20°. De Remeha Gas 210 ECO heeft geen ingebouwde pomp. Afb. 14 Afbeelding open verdeler D ∅...
9.1 Algemeen 9.2.4 Temperatuurregeling De Remeha Gas 210 ECO is uitgevoerd met elektro- De Remeha Gas 210 ECO is voorzien van een elek- nische regel- en beveiligingsapparatuur en ionisatie- tronische temperatuurregeling op basis van aanvoer-, vlambeveiliging. Het hart van de toestelbesturing, de retour-, ketelblok- en rookgastemperatuursensoren.
Taanvoer > Tketelblok; dT is het temperatuurverschil tussen ketelblok en retour 9.6.1 Inleiding Het vermogen van de Remeha Gas 210 ECO kan op de als geldt Tketelblok > Taanvoer. volgende manieren worden geregeld: - Modulerend, waarbij het vermogen tussen de mini-...
- Modulerende cascaderegeling zie par. 9.6.5. streeks doorverbonden zijn met de 0 van de voedings- spanning. 9.6.3 Modulerende ruimteregeling Ingangs- De Remeha Gas 210 ECO is voorbereid voor commu- Omschrijving signaal nicatie via het OpenTherm protocol. Hiervoor kan een interface meegeleverd worden, waarna modulerende...
9.6.7 Eéntrapaansturing zgn. boosterfunctie dient te zijn uitgeschakeld, dus para- meter A = 31 (fabrieksinstelling). De Remeha Gas 210 ECO is geschikt voor het aanslui- ten van een aan /uit-regelaar. Voer bij het aansluiten de volgende handelingen uit: Combinatie met kamerthermostaat - Sluit de regelaar aan op klemmen 7 en 8 van de 24V- Op deze wijze is modulerend bedrijf mogelijk.
9.6.9 Tweetrapaansturing of externe weersafhanke- Tabel 23 Analoog uitgangssignaal lijke regeling De Remeha Gas 210 ECO is ook geschikt voor twee- Deze uitgang is uitgevoerd op klemmen 17 (+) en 18 (-) trapaansturing of aansturing door een tweetraps van de 24V-klemmenstrook (X29); .
Remeha Gas 210 ECO 9.9.4 Minimum gasdrukschakelaar De minimum gasdrukschakelaar zorgt ervoor dat de ketel op blokkering gaat (met blokkeringcode b @^) bij het bereiken van een te lage gasvoordruk. Sluit de minimum gasdrukschakelaar aan op klemmen 13 en 14 van de 24V-klemmenstrook (X29) in het bedieningspa- neel.
9.10 Overige aansluitingen 9.10.1 Circulatiepomp Er kunnen pompen worden aangesloten met de volgen- de specificaties: - Aan/uit pomp met een aansluitspanning van 230 Volt (50Hz) - PWM- pomp met een aansluitspanning van 230 Volt (50 Hz). De aan/uit pomp dient te worden aangesloten op de aansluitklemmen 10 en 11 van de 230V-klemmenstrook (X27).
I 20 - 30 mbar. Het toestel moet op de gasleiding worden aangesloten Het toestel is door Remeha ingesteld op G25 - 25 mbar. overeenkomstig de in de NEN 1078 (voor huishoudelijke gasleidinginstallaties) of NEN 2078 (voor industriële gasinstallaties) gestelde eisen. In de nabijheid van het toestel dient een gashoofdkraan te worden opgenomen.
INBEDRIJFSTELLINGSVOORSCHRIFT 11.1 In bedrijf stellen De druk dient 0 ± 0,1 mbar te bedragen. Een eventueel afwijkende waarde dient gecorrigeerd te Zorg dat de ketel spanningsloos is. worden m.b.v. de instelschroef N op het gasmultiblok. Verwijder de frontmantel. 16.c Meet nu het CO -percentage en vergelijk deze Open de gashoofdkraan met de waarde in Tabel 24.
1. De elektrische voeding van het toestel uitschakelen. Het toestel inschakelen en . Hierdoor wordt ook de eventuele regelaar spannings- loos. De Remeha Gas 210 ECO wordt met een aantal 2. Gaskraan sluiten. basisinstellingen geleverd: Let op ! ! branderregeling -...
LOKALISEREN EN OPHEFFEN VAN STORINGEN 12.1 Algemeen Voor het uitlezen van de laatst opgetreden sto- Controleer bij het niet in bedrijf komen van de ketel het ringen, zie par. 7.8. volgende: - Is de voedingsspanning 230 V aanwezig? Naast storingscodes (vergrendelingen) bestaan - Is er warmtevraag? ook blokkeringscodes (zie par.
Pagina 46
Remeha Gas 210 ECO De automaat ‘ziet’ geen gasblok. Controleer of: Gasklep defect - de bedrading op het gasblok (juist) is aangesloten - het gasblok niet defect is (doorgebrand / sluiting). Besturingsfout Spanningsonderbreking tijdens storingsvergrendeling. Externe invloeden Eventuele externe EMC- invloeden wegnemen.
Pagina 47
Controleer: - lichtcel op vervuiling Dichtpositie IMS niet gedetec- - de afstelling van de 0% vaan van het IMS teerd - de bedrading en stekerverbindingen. Indien dit in orde is, de print op het IMS vervangen. De gaslekcontroleautomaat VPS heeft een lekkage geconstateerd. Gaslek Controleer of er uitwendige lekkages zijn, anders gasblok vervangen.
2. Laat het toestel branden op het maximale vermogen (geforceerde mode ‘hoog’) door de m- en de [+]- De jaarlijkse inspectie van de Remeha Gas 210 ECO omvat: toets tegelijkertijd in te drukken, gedurende 2 secon- den.
Attentie: De pakking tussen het inspectieluik en de komt). Dit vet is verkrijgbaar bij afdeling “verkoop warmtewisselaar kan kleven, evenals de pakking tussen serviceonderdelen” van Remeha. brander en warmtewisselaar. Zorg ervoor dat de pakking 7. Zet de spanning op het toestel, het IMS loopt dicht niet scheurt.
Remeha Gas 210 ECO 13.6 Controle op lekkage Controleer waterzijdig, rookgaszijdig en gaszijdig op lek- kage. 13.7 Controle van de waterdruk De waterdruk moet minimaal 0,8 bar bedragen. De waterdruk is afhankelijk van de hoogte van de c.v.- installatie boven het toestel (statische druk, 1 bar = 10 meter hoogte).