Motor in noodloopfunctie
3
Algemene waarschuwings-
lamp brandt geel.
28
Motorsymbool wordt weer-
gegeven.
De motor draait in de nood-
loopfunctie. Mogelijk is
slechts een verminderd motor-
vermogen beschikbaar, wat voor-
al bij inhaalmanoeuvres tot ge-
vaarlijke rijsituatie kan leiden.
De rijstijl aan het mogelijk
verminderde motorvermogen
z
aanpassen.
De motorregeleenheid heeft een
storing geregistreerd. In uitzon-
deringsgevallen slaat de motor
af en kan niet meer worden ge-
start. Anders draait de motor in
de noodloopfunctie.
Verder rijden mogelijk, het mo-
torvermogen staat echter niet
zoals gewend ter beschikking.
Storingen zo snel mogelijk door
een specialist laten verhelpen,
bij voorkeur een BMW Motor-
rad dealer.
Motoroliedruk te laag
Waarschuwingslamp voor
motoroliedruk knippert.
De druk in het smeeroliecircuit is
te laag. Als de waarschuwings-
lamp gaat branden direct stop-
pen en de motor uitzetten.
De waarschuwing onvol-
doende motoroliedruk heeft
niet de functie van een oliepeil-
controle. Het correcte motorolie-
peil kan alleen via de oliepeilstaaf
worden gecontroleerd.
Een oorzaak voor de waarschu-
wing "Onvoldoende motorolie-
druk" kan een te laag motorolie-
peil zijn.
Motoroliepeil controleren
(
87)
Bij een te laag oliepeil:
Motorolie bijvullen (
Bij correct motoroliepeil:
Rijden met onvoldoende
motoroliedruk kan tot mo-
torschade leiden.
Niet verder rijden.
Storingen zo snel mogelijk door
een specialist laten verhelpen,
bij voorkeur een BMW Motor-
rad dealer.
Lamp defect
Algemene waarschuwings-
lamp brandt geel.
Gevarendriehoek wordt
weergegeven.
LAMP
wordt weergegeven.
Een defecte lamp bij een
motorfiets vormt een vei-
ligheidsrisico, omdat de machine
door andere verkeersdeelnemers
sneller over het hoofd wordt ge-
zien.
88)
Defecte gloeilampen zo snel mo-
gelijk vervangen; bij voorkeur al-