4
44
Direct na het uitschakelen van
het contact toets 1 naar links
indrukken en vasthouden, tot
z
het parkeerlicht wordt inge-
schakeld.
Contact in- en weer uitschake-
len om het parkeerlicht uit te
schakelen.
Richtingaanwijzers
Richtingaanwijzer
bedienen
Contact inschakelen.
Na circa 10 seconden
rijden of een afstand
van circa 300 m worden de
richtingaanwijzers automatisch
uitgeschakeld.
Toets 1 naar links drukken, om
de richtingaanwijzer links in te
schakelen.
Toets 1 naar rechts drukken,
om de richtingaanwijzer rechts
in te schakelen.
Toets 1 in de middenstand
indrukken om de richtingaan-
wijzers uit te schakelen.
Alarmknipperlichten
Alarmknipperlichten
bedienen
Contact inschakelen.
De waarschuwingsknip-
perlichtinstallatie belast de
accu. De waarschuwingsknipper-
lichten slechts voor een beperkte
tijdsduur inschakelen.
Als met ingeschakeld con-
tact een richtingaanwijzer-
toets wordt ingedrukt, dan ver-
vangt de richtingaanwijzerfunc-
tie gedurende het indrukken de
waarschuwingsknipperlichtfunc-
tie. Als de richtingaanwijzertoets
niet meer wordt bediend, is de
waarschuwingsknipperlichtfunctie
weer actief.