Motoren – Bedrijfs- en montagehandleiding
Ongevoeligheid: Bij motoren met ingebouwde sensoren (bijv. PTC-weerstanden) dient de exploitant
zelf voor voldoende storingsongevoeligheid te zorgen door de juiste sensorsignaalkabel (evt. met
isolatie, verbinding als bij motortoevoerleiding) en het juiste analysetoestel te kiezen. Voor de
inbedrijfstelling dienen de gegevens en instructies in de gebruiksaanwijzing voor de omvormer resp.
alle andere handleidingen in acht te worden genomen! Nadat de motoren zijn gemonteerd, controleren
of ze goed werken! Bij remmotoren dient bovendien gecontroleerd te worden of de rem goed werkt.
Pos : 45 /Anl eitungen/M otoren/B1091 Drehstromm otoren/1. Allgem eines/Ents orgung @ 7\m od_1431354230589_2130.docx @ 217787 @ 3 @ 1
1.3.11 Verwijdering
OPGELET
Wordt het product niet op adequate wijze afgevoerd, ontmanteld en verwerkt, dan kan er milieuschade optreden.
•
zorg voor een adequate afvoer en verwerking
•
volg de actuele, lokaal geldende voorschriften op
Materialen: aluminium, ijzer, elektronische componenten, kunststoffen, koper
Neem ook de documentatie van de aangebouwde componenten in acht.
Pos : 47 /Anl eitungen/M otoren/B1091 Drehstromm otoren/2. Instandhaltung, Wartung/!1! Ins tandhaltung und Wartung @ 7\m od_1431354436983_2130.docx @ 217818 @ 1 @ 1
22
Schadelijke invloed op het milieu
B 1091 nl-2722