Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Vóór Ingebruikname; Veilige Behandeling Van Brandstof - Toro CT2240 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor CT2240:
Inhoudsopgave

Advertenties

◊ zich onvoldoende bewust zijn van de specifieke
omstandigheden van het terrein, met name op
hellingen;
De eigenaar/gebruiker kan ongelukken voorkomen
en is verantwoordelijk voor ongelukken, letsel van
hemzelf/haarzelf of van anderen en schade aan
eigendommen.
Vóór ingebruikname
Draag tijdens het maaien altijd stevige schoenen,
een lange broek, een helm, een veiligheidsbril en
gehoorbescherming. Lang haar, losse kleding of sieraden
kunnen worden gegrepen door bewegende onderdelen.
Loop niet op blote voeten en draag ook geen schoenen
met open tenen als u de machine gebruikt.
Inspecteer het terrein waarop u de maaimachine gaat
gebruiken grondig en verwijder eventuele voorwerpen die
door de machine kunnen worden uitgeworpen.
Waarschuwing – Brandstof is zeer ontvlambaar. Neem
de volgende voorzorgsmaatregelen:
– Bewaar brandstof uitsluitend in tanks of blikken die
speciaal daarvoor bedoeld zijn.
– Vul de brandstoftank nooit binnenshuis; tijdens het
bijvullen niet roken.
– Vul brandstof bij voordat u de motor start. Nooit de
dop van de brandstoftank verwijderen of brandstof
bijvullen als de motor loopt of heet is.
– Probeer de motor niet te starten als er brandstof is
gemorst. Verwijder de machine dan uit de buurt van
de plek waar is gemorst, en voorkom elke vorm van
open vuur of vonken totdat de brandstofdampen
volledig zijn verdwenen.
– Zorg ervoor dat de afsluitdoppen van brandstoftanks
en -blikken weer goed vastzitten.
Vervang defecte geluiddempers/knalpotten.
Gebruik alleen door de fabrikant goedgekeurde
accessoires en werktuigen.
Controleer vóór het gebruik de messen,
bevestigingsbouten en het maaimechanisme altijd
op sporen van slijtage of beschadiging. Vervang versleten
of beschadigde messen en bouten altijd als complete set
om een goede balans te behouden.
Let op dat bij machines met meerdere maaimessen andere
messen kunnen gaan draaien doordat u één mes draait.
Controleer of de dodemansknop, de veiligheidsschakelaars
en de veiligheidsschermen zijn bevestigd en naar behoren
werken. Gebruik de machine uitsluitend als deze naar
behoren werkt.

Veilige behandeling van brandstof

Wees zeer voorzichtig bij het hanteren van benzine om
lichamelijk letsel of materiële schade te voorkomen.
Benzine is uitermate ontvlambaar en de dampen ervan
zijn explosief.
Doof alle sigaretten, sigaren, pijpen en andere
ontstekingsbronnen.
Gebruik uitsluitend een goedgekeurd brandstofvat.
Verwijder nooit de dop van de brandstoftank en vul nooit
brandstof bij terwijl de motor loopt.
Laat de motor afkoelen voordat u brandstof bijvult.
U mag de brandstoftank nooit binnenshuis bijvullen.
Bewaar de machine of brandstofhouder nooit bij een
open vlam, vonk of waakvlam bij bijv. een geiser of
andere apparaten.
Vul vaten nooit in een voertuig of vrachtwagen of op een
oplegger met plastic afdekking. Zet brandstofvaten altijd
op de grond en uit de buurt van het voertuig voordat u
de tank bijvult.
Laad de machine uit de vrachtwagen of van de aanhanger
en vul de tank pas als de machine op de grond staat. Als
dit niet mogelijk is, is het beter dergelijke machines bij
te vullen uit een draagbaar vat dan met behulp van een
brandstofpistool.
Houd de vulpijp voortdurend in contact met de
rand van de brandstoftank of de opening van de
brandstofhouder totdat het bijvullen voltooid is. Gebruik
geen hulpmiddelen die de vulpijp in de geopende stand
vergrendelen.
Kleed u onmiddellijk om als er brandstof wordt gemorst
op uw kleding.
Doe de brandstoftank nooit te vol. Plaats de
brandstoftankdop en draai deze goed aan.
Gebruiksaanwijzing
Laat de motor nooit in een afgesloten ruimte lopen,
omdat zich daar giftige koolmonoxidedampen kunnen
verzamelen.
Maai uitsluitend bij daglicht of goed kunstlicht.
Alvorens de motor te starten, moet u de handrem in
werking stellen, de maaiaandrijving uitschakelen en
controleren of de rijpedalen in de neutraalstand staan.
Gebruik de maaimachine niet op hellingen van meer
dan 16 graden. Wees voorzichtig als de machine wordt
gebruikt op een helling waar de terreinomstandigheden
van dien aard zijn de kans bestaat dat de machine omkiept.
Men dient rekening te houden met de voorschriften
van Richtlijn 89/655/EEG, zoals gewijzigd in Richtlijn
95/63/EG 'Arbeidsmiddelen'.
Denk eraan dat elke helling gevaarlijk is. Het rijden
op met gras begroeide hellingen vereist bijzondere
zorgvuldigheid. Om te voorkomen dat de machine
kantelt:
– niet plotseling stoppen of gaan rijden bij het op – en
afrijden van hellingen;
– houd de snelheid laag bij het rijden op hellingen en
in scherpe bochten;
– let op bulten en kuilen en andere verborgen gevaren;
4

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

30654

Inhoudsopgave