Onderhoud motor
Controleer het waarschu-
wingssysteem van motorover-
verhitting
Onderhoudsinterval: Om de 500 bedrijfsuren
1
Figuur 46
1. Schakelaar temperatuur
1. Draai het contactsleuteltje op aan (stand "I").
2. Maak de roodblauwe draadaansluiting los van de
temperatuurschakelaar van de motor.
3. Raak met het metalen uiteinde van de draad een
geschikt aardingspunt aan. Zorg dat het metalen
oppervlak goed contact maakt.
De claxon klinkt en het waarschuwingslampje van de
temperatuur van de motorkoelvloeistof gaat branden ten
teken dat het systeem goed functioneert. Als het systeem niet
functioneert, moet het eerst worden gerepareerd voordat u de
maaimachine gaat gebruiken.
Onderhoud van het luchtfilter
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Om de 500 bedrijfsuren
Onderhoud van het primaire luchtfilter
Controleer de luchtfilterbehuizing op schade die een luchtlek
kan veroorzaken. Vervang de luchtfilterbehuizing indien deze
beschadigd is. Controleer het gehele luchtinlaatsysteem op
lekken, beschadiging of losse slangklemmen.
Geef het primaire luchtfilter uitsluitend een onderhoudsbeurt
als de onderhoudsindicator (Figuur 47) dit aangeeft. Als u het
luchtfilter vervangt voordat dit nodig is, wordt alleen maar
de kans vergroot dat er vuil in de motor komt als het filter
wordt verwijderd.
Belangrijk: Zorg ervoor dat het deksel goed vastzit en
de luchtfilterbehuizing helemaal afsluit.
G014437
36
1. Controleer de blokkage-indicator van het filter. Als de
indicator rood is, moet het filter vervangen worden
(Figuur 47).
Figuur 47
2. Voordat u het filter weghaalt, moet u met schone
en droge perslucht onder lage druk (2,76 bar) grote
hoeveelheden aangekoekt vuil verwijderen dat tussen
de buitenkant van het filter en de filterbus zit.
Gebruik geen perslucht onder hoge druk, omdat
hierdoor vuil via the filter in het inlaatkanaal
kan worden geblazen. Verwijder het deksel van de
luchtfilterbehuizing.
Deze reiniging voorkomt dat er vuil in de inlaat
terechtkomt als het filter wordt verwijderd.
1
2
Figuur 48
1. Stofkap
2. Stofbak
3. Verwijder en vervang het filter (Figuur 48).
Het wordt afgeraden het gebruikte element te
reinigen omdat dit kan leiden tot beschadiging van de
filtermedia.
4. Inspecteer het nieuwe filter op transportschade en
controleer het uiteinde van het filter, dat goed moet
aansluiten, en de filterbehuizing. Een beschadigd
element mag niet worden gebruikt.
5. Plaats het nieuwe filter door de buitenring van het
element aan te drukken om dit vast te zetten in de
filterbus. Druk niet op het flexibele midden van
het filter.
6. Reinig de opening van de vuiluitlaat die zich in het
afneembare deksel bevindt. Verwijder de rubberen
G014565
3
g022394
3. Luchtfilter