Ruiten
Gebruik voor het schoonmaken van de
ruiten een daarvoor geschikt schoon-
maakmiddel. Gebruik een schone, zach-
te doek om krassen en beschadigingen
te voorkomen.
WAARSCHUWING Let er bij het
schoonmaken van de binnenzijde van
de achterruit op dat de elektrische weer-
standsdraden van de achterruitverwar-
ming niet worden beschadigd. Veeg
voorzichtig in de richting van de draden.
232
Koplampen
Gebruik voor het reinigen van de kop-
lampen een zachte vochtige doek met
water en autoshampoo.
WAARSCHUWING Als de koplamp-
glazen met een droge doek worden
gereinigd, kan dit krassen veroorzaken,
waardoor de prestaties achteruitgaan.
Door het gebruik van oplosmiddelen
worden de koplampglazen dof, waar-
door de prestaties achteruitgaan.
WAARSCHUWING Als de koplamp-
glazen worden gereinigd met een water-
straal, houdt deze dan op ten minste 2
cm van de lampglazen.
Motorruimte
We raden u aan de motorruimte na het
winterseizoen zorgvuldig te laten uit-
spuiten. Hierbij mag de waterstraal niet
direct op de elektronische regeleen-
heden worden gericht. Laat deze werk-
zaamheden verzorgen door een gespe-
cialiseerd bedrijf.
WAARSCHUWING Voor het uit-
spuiten van de motorruimte moet de
contactsleutel zijn uitgenomen en de
motor koud zijn. Controleer na het
reinigen of de verschillende bescher-
mingen (rubberen kappen, deksels,
enz.) nog op hun plaats zitten en niet
zijn beschadigd.