GEPROGRAMMEERD ONDERHOUDSSCHEMA
Banden op conditie en slijtage controleren en
bandenspanning eventueel herstellen
Werking verlichting (koplamp-/achterlichteenheden, richtingaanwijzers,
waarschuwingsknipperlichten, bagageruimte, interieur, dashboardkastje,
waarschuwings-/controlelampjes, enz.) controleren
Werking ruitenwissers/-sproeiers controleren
en eventueel sproeiermonden afstellen
Stand wisserbladen voor/achter
controleren en wisserbladen op slijtage controleren
Remblokken van schijfremmen voor op conditie en slijtage
controleren en werking van remblokslijtagesensor controleren
Remblokken achter (schijfremmen) op conditie en slijtage controleren
Visueel de conditie controleren van: buitenzijde carrosserie,
bodemplaatbescherming, uitlaat, brandstof- en remleidingen,
rubberen delen (stofkappen, hoezen, bussen, enz.) en rubberen slangen
van het rem- en brandstofsysteem
Vergrendelmechanismen van de motorkap en achterklep
op vervuiling controleren en mechanismen smeren
Vloeistofniveaus controleren en eventueel bijvullen (hydraulisch
rem-/koppelingssysteem, stuurbekrachtiging, ruitensproeiers, accu,
motorkoelsysteem, enz.)
Handrem controleren en eventueel afstellen
Conditie van aandrijfriem(en) voor de hulporganen visueel controleren
Uitlaatgasemissie controleren (benzine-uitvoeringen)
Emissie/uitlaatrookgas controleren (dieseluitvoeringen)
Inspuiting/ontsteking controleren
(met diagnosestekker)
35
× 1000 km
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
70
105
140
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
175
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
●
211