Instellingen met PCONSOLE (wanneer u de printer in de Bindery Queue Server Mode/Bindery
Remote Printer Mode gebruikt)
1
Meld u bij NetWare aan als Supervisor en start PCONSOLE.
2
Maak de afdrukserver aan als u dat nog niet hebt gedaan.
1. Selecteer [Print Server Information] bij [Available Options] en druk op de [ENTER]-toets op het toetsenbord.
2. Druk op de [INSERT]-toets op het toetsenbord.
3. Voer de naam in van de afdrukserver die u wilt aanmaken en druk vervolgens op de [ENTER]-toets op het
toetsenbord.
4. Druk op de [ESC]-toets op het toetsenbord als u terug wilt gaan naar de lijst [Available Options].
OPMERKING
De afdrukservernaam invoeren
Maak een notitie van de afdrukservernaam, omdat deze nodig is voor de protocolinstellingen voor de printer.
Meerdere NetWare-servers gebruiken
Als u meerdere NetWare-servers gebruikt en u wilt deze printer in Queue Server Mode gebruiken, gebruik dan dezelfde
afdrukservernaam voor alle NetWare-servers.
3
Maak een wachtrij aan en wijs vervolgens de afdrukserver aan de wachtrij toe.
1. Selecteer [Print Queue Information] bij [Available Options] en druk op de [ENTER]-toets op het toetsenbord.
2. Druk op de [INSERT]-toets op het toetsenbord.
3. Voer de naam in van de wachtrij die u wilt aanmaken en druk op de [ENTER]-toets op het toetsenbord.
4. Selecteer de naam van de aangemaakte wachtrij en druk op de [ENTER]-toets op het toetsenbord.
5. Selecteer [Queue Servers] en druk op de [ENTER]-toets op het toetsenbord.
6. Druk op de [INSERT]-toets op het toetsenbord.
7. Selecteer de afdrukserver die u hebt aangemaakt stap 2 en druk op de [ENTER]-toets op het toetsenbord.
8. Druk enkele malen op de [ESC]-toets op het toetsenbord als u terug wilt gaan naar [Available Options].
4
Wijs de printer toe aan de afdrukserver.
1. Selecteer [Print Server Information] bij [Available Options] en druk op de [ENTER]-toets op het toetsenbord.
2. Selecteer de afdrukserver die u hebt aangemaakt stap 2 en druk op de [ENTER]-toets op het toetsenbord.
3. Selecteer [Print Server Configuration] en druk op de [ENTER]-toets op het toetsenbord.
4. Selecteer [Printer Configuration] en druk op de [ENTER]-toets op het toetsenbord.
5. Selecteer het printernummer in de lijst [Configured Printers] en druk op de [ENTER]-toets op het toetsenbord.
Wanneer u de printer gebruikt in Queue Server Mode, selecteer dan het printernummer "0".
Wanneer u de printer in Remote Printer Mode gebruikt, kunt u een willekeurig printernummer selecteren.