3
Plaats het papier met de te bedrukken zijde omhoog, zodanig dat de papierstapel is uitgelijnd met de
achterste papiergeleider.
BELANGRIJK
De papierinvoerrichting
Plaats papier in de staande afdrukstand als u niet werkt met het UFR II-printerstuurprogramma.
Plaats papier in de liggende afdrukstand wanneer aan alle volgende voorwaarden is voldaan.
U werkt met het UFR II-printerstuurprogramma.
[Lade 1 formaat] en [Lade 2 formaat] zijn ingesteld op [Gemengde afm.].
Er is papier met een aangepast formaat geplaatst waarvan de lange zijden 215,9 mm of kleiner zijn.
OPMERKING
Wanneer wordt afgedrukt op papier met een briefhoofd of logo
Zie
"Invoerrichting van
4
Druk het papier omlaag en schuif het vervolgens onder de haken (A) van de papiergeleiders.
BELANGRIJK
Zorg ervoor dat u de papiergeleiders goed afstelt op het papier.
Als de papiergeleiders te los of te strak zijn afgesteld, kan dat leiden tot invoerproblemen of papierstoringen.
papier" en plaats het papier in de juiste richting.