13.2
Wielspoorverkruimelaar "Ramat" instellen
(extra uitrusting)
Instellingsinstructies
t
•
De werkdiepte kan aan de hand van de
arreteerverlagingen (a) in de afstand (b)
worden versteld.
b = 3 cm
•
t = werkdiepte = ca. 4 cm onder onderkant van
de rotormessen.
•
Stel de wielspoorverkruimelaar niet te diep in.
99010001NL02; 07.2014
G
EBRUIKSHANDLEIDING
b
a
C
ORVUS
Voorbereiding
► Til de machine met behulp van de
driepuntsheinrichting op, tot de
wielspoorverkruimelaar (1) vrijkomt.
► Machine ondersteunen tegen neerlaten.
► Schakel de trekker uit en beveilig deze tegen
wegrollen.
spoorbreedte instellen
a
1
► Alle vier de klemschroeven (2, SW 24)
losdraaien.
► Verschuif de wielspoorverkruimelaar tot de
juiste spoorbreedte (a).
► Draai de klemschroeven weer vast.
„Aanhaalmomenten" - Pagina 69 in acht te
nemen.
Technische wijzigingen voorbehouden
PKE M
1
ODULE
2
- 35 -