16.13. Stoorsignalen
Kies of het alarmsysteem bij het detecteren van stoorsignalen een waarschuwing op
het display moet geven. Als de functie geactiveerd is, dan wordt bij het herkennen van
stoorsignalen een waarschuwing op het display weergegeven.
16.14. Accutest
Kies of het alarmsysteem bij elk uitschakelen of om de 23 uur de capaciteit van de
geplaatste accu's moet testen. Is de functie gedeactiveerd, dan test het systeem elk
uur andere minder belangrijke functies.
Als de draadloze centrale communiceert of een bericht
afspeelt/opneemt, vertraagt de draadloze centrale de test tot deze
activiteiten beëindigd zijn. Als er geen netstroom voorhanden is, voert
de draadloze centrale de test uit zodra opnieuw netspanning
voorhanden is.
16.15. Sirene bij intern geactiveerde installatie
Kies het punt Aan en het alarmsysteem zal ook bij interne activering bij een alarm
een lokale alarmering starten.
Is de functie gedeactiveerd, dan komt het in het geval van een alarm bij een
intern geactiveerde installatie alleen tot een intern alarm. De alarmoverdracht naar
de bewakingsdienst (optie) vindt, indien geprogrammeerd, in elk geval plaats.
16.16. Geforceerd inschakelen
Kies het punt Aan, zo worden de zones met het zoneattribuut „Z", voor zover ze
geopend zijn, bij het activeren van het alarmsysteem of van een deelgebied
automatisch verborgen.
Kies het punt Bevestigen en de zones met het zoneattribuut „Z" worden, voor zover
ze geopend zijn, bij het activeren van het alarmsysteem of van een deelgebied
automatisch verborgen. Om het systeem of het deelgebied te activeren en de zones
te verbergen, moet u echter deze Bewerking bevestigen. Op de afstandsbediening
tweer keer op de actief-toets drukken.
Deze instelling mag niet gebruikt worden bij de draadloze cilinder.
Kies het punt UIT en het is niet mogelijk om het alarmsysteem of het deelgebied te
activeren als minstens een zone geopend is, ook als deze met het zoneattribuut „Z"
geprogrammeerd werd.
Als u „Geforceerd inschakelen" activeert, voldoet de installatie niet aan
de eisen van EN50131.
16.17. RF sirenes opties
Dit menu stelt u in staat om te kiezen hoe de draadloze sire bij brand-, inbraak- of
overvalalarm reageert. Er zijn twee opties:
Sirene + flits
De draadloze sirene activeert bij een alarm de sirene en de flitslamp.
Flits
De draadloze sirene activeert bij een alarm alleen de flitslamp.
72