Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Abus Secvest 2WAY Installatie-Instructies pagina 39

Verberg thumbnails Zie ook voor Secvest 2WAY:
Inhoudsopgave

Advertenties

SLEUTELKASTJE
Deze zone wordt voornamelijk in Scandinavië gebruikt. Als deze zone geopend
wordt, wordt deze gebeurtenis in het geheugen van de inbraakalarminstallatie
opgeslagen. Gelijktijdig kan deze gebeurtenis via de telefoonkiezer doorgegeven
worden. Er wordt geen alarm afgegeven.
Als een zone van dit type vereist is, sluit de installateur de alarmdraden van deze
zone (normaal gezien de hulpcontacten van een deurcontact) op een externe
sleutelkast en de sabotagedraden aan de schakelaar van de behuizing aan. Als
iemand de behuizing opent, bewaart de draadloze centrale de gebeurtenis en meldt
hij dit aan de meldkamer.
DIRECT + VERTR. ALARM
Een zone die als „Direct + vertr. Alarm" geprogrammeerd is, gedraagt zich zoals in
een „directe" zone. Een zone van dit type geeft echter een alarm als de melder
tijdens de uitgangstijd wordt geactiveerd.
.
DRAADLOZE CENTRALE GEACTIVEERD
In actieve toestand van de draadloze centrale bewaakt deze alle zones op
veranderingen en activeert lokaal en optioneel extern een alarm.
DRAADLOZE CENTRALE GEDEACTIVEERD
In uitgeschakelde toestand van de draadloze centrale worden alleen die zones
bewaakt, die altijd actief zijn, zoals bijvoorbeeld, 24 uur, techniek en brandmelders.
Een alarm door één van deze zones leidt meestal alleen tot een intern alarm.
INTERN/EXTERN GEACTIVEERD
Naast de complete activering van de inbraakalarminstallatie is het ook mogelijk
afzonderlijke deelgebieden (1, 2, 3, 4) te activeren. Daarnaast kunt u de installatie
ook intern activeren, zo is het mogelijk dat men thuis is, gebieden van de installatie
geactiveerd zijn en men hiermee eveneens beveiligd is. Om de functie intern
geactiveerd te kunnen gebruiken, moet minstens een melder met het zoneattribuut
„Intern bewaakt" (zie melder inlezen) uitgerust zijn.
INTERN ALARM
Bij een intern alarm worden alleen de interne signaalgever van de draadloze
centrale, de zoemers van de bedieningselementen en de optioneel aangesloten
luidspreker geactiveerd.
LOKAAL ALARM
Bij een lokaal alarm worden bovendien de aangesloten combisignaalgevers (flitslicht
en sirene) geactiveerd.
EXTERN ALARM
Bij een extern alarm wordt naast de activering van de aangesloten akoestische en
optische signaalgevers ook nog eens een signaal via telefoon doorgegeven.
STIL ALARM
Bij een stil alarm volgt geen activering van de aangesloten akoestische en optische
signaalgevers. Er vindt uitsluitend een overdracht via een
telecommunicatieverbinding plaats.
DEELGEBIEDEN
De draadloze alarmcentrale beschikt over in totaal 4 deelgebieden. Elk van deze
deelgebieden kan onafhankelijk van elkaar geactiveerd of gedeactiveerd worden.
Elke melder kan aan één of meerdere deelgebieden toegewezen worden. De melder
wordt pas bewaakt (uitzondering zijn melders die altijd actief zijn, zoals bijvoorbeeld
vuurmelders of 24 uur), als alle deelgebieden geactiveerd werden waaraan de
melder toegewezen is.
COMMUNICATIE
Onder het punt „Communicatie" in het installateursmenu bevinden zich vier
mogelijkheden om een extern alarm over te dragen.
ALARMEN (automatisch kies- en transmissieapparaat)
Dit soort overdracht wordt gebruikt als de draadloze centrale tot een
bewakingsdienst geschakeld wordt. De transmissie gebeurt met een digitaal
protocol. Dit soort alarmoverdracht kan niet gebruikt worden om een alarm op een
privételefoonaansluiting over te brengen.
Ter beschikking staan de protocollen SIA en Contact ID alsook Fast Format.
Noodoproep
Dit soort overdracht is zoals bij de ALARMEN alleen voor de overdracht van een
digitaal protocol bestemd. In elk geval staan hier andere protocollen ter beschikking.
Voor de overdracht van een alarm op een privételefoonaansluiting is dit type
alarmoverdracht niet geschikt.
SPRAAK KIEZER (automatisch kies- en mededelingapparaat)
Dit soort overdracht wordt gebruikt om een alarm aan een privételefoonaansluiting
over te dragen. Dit apparaat werkt praktisch als het tegenovergestelde van een
antwoordapparaat. Voordien ingesproken teksten worden per gebeurtenis naar
voordien geprogrammeerde telefoonnummers gezonden.
De opgeroepene hoort de ingesproken tekst en kan indien nodig de alarmoproep
bevestigen.
SMS
De overdracht via sms gebeurt zoals bij de overdracht van de analoge spraaktekst.
Voordien ingevoerde sms-berichten worden per gebeurtenis naar voordien
geprogrammeerde telefoonnummer verstuurd. Sms-berichten kunnen afhankelijk van
de aanbieder (Dt. Telekom, Arcor) en vrijgeschakelde service (SMS of PSTN) ook
via de analoge telefoonaansluiting verstuurd worden.
39

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave