7.0
Turbine met V-snaaraandrijving
De turbine van de AD-P SPECIAL kan hydraulisch of
mechanisch met V-snaren (alleen in combinatie met
AMAZONE-grondbewerkingsmachines) worden aange-
dreven.
Indien de AD-P SPECIAL met V-snaren wordt aangedre-
ven, moet de aandrijfkast van de rotoregge of rotorculti-
vator met een doorgedreven aftakas (Fig. 7.2) zijn uitge-
rust.
F
De grondbewerkingsmachine mag alleen
met de 1000 t/min trekkeraftakas worden
aangedreven, indien de AD-P SPECIAL
met riemaandrijving is uitgerust!
7.1
V-snaaraandrijving monteren
Met de topstang (Fig. 7.1/1) de opbouwzaaimachine
horizontaal zetten.
F
Verandering van de lengte van de topstang
(Fig. 7.1/1) beïnvloedt het verloop van de
riemen bij V-snaaraandrijving. Zorg dat de
riemen
parallel
snaarschijven in lijn staan!
Schuif de grote snaarschijf (Fig. 7.2/1) zover op de stomp
van de doorgedreven aftakas tot deze in lijn staat met de
kleine snaarschijf (Fig. 7.3/1), die op de aandrijfas van de
turbine van de AD-P SPECIAL is bevestigd.
Bevestig de snaarschijven met Taper Bush klembussen
zoals beschreven in hfdst. 7.2.
I
Bouten van de Taper Bush klembussen na
enkele draaiuren natrekken!
De turbine van de AD-P SPECIAL wordt met twee V-
snaren (Fig. 7.3) aangedreven. De V-riemen moeten op
de voorgeschreven voorspanning staan.
De spanning op de V-snaren zo instellen, dat bij 5kg
belasting (zie Fig. 7.4) iedere V-snaar in het midden ca.
12 mm kan worden ingedrukt.
verlopen
en
de
Fig. 7.1
1
Fig. 7.2
Fig. 7.3
Fig. 7.4
7 - 1
1
24t101
16t198
1
24t067
25c023
AD-P03 Special DB2013 01.03