Na motoruitval door brandstofgebrek heeft
het brandstofsysteem enige tijd nodig om een
controle uit te voeren. Doe in dat geval (ná
bijtanken met dieselolie) het volgende, voor-
dat u de motor start:
1. Plaats de transpondersleutel in het con-
tactslot en duw deze tot aan de aanslag
naar binnen (zie pagina 81).
2. Druk op de knop START zonder rem-
en/of koppelingspedaal te bedienen.
3. Wacht ca. 1 minuut.
4. Om de motor te starten: Bedien rem-
en/of koppelingspedaal en druk nogmaals
op de knop START.
N.B.
Alvorens brandstof te tanken bij een leeg-
gereden tank:
•
Breng de auto tot stilstand op een zo
egaal/horizontaal mogelijke onder-
grond – als de auto overhelt, bestaat
er gevaar voor luchtbellen in de brand-
stoftoevoer.
Condenswater uit brandstoffilter
aftappen
Het brandstoffilter ontdoet de brandstof van
condenswater. Condenswater kan anders
aanleiding geven tot motorstoringen.
Houd u voor het aftappen van het condens-
water aan de specificaties die in uw Service-
en garantieboekje staan aangegeven. Ook
wanneer u vermoedt dat er verontreinigde
brandstof is gebruikt, moet u het brandstoffil-
ter aftappen.
BELANGRIJK
Bepaalde speciale toevoegingen verwijde-
ren de waterafscheiding in het brandstoffil-
ter.
Roetfilter dieselmotor (DPF)
Dieselmodellen zijn uitgerust met een roetfil-
ter, waardoor een nog effectievere uitlaatgas-
reiniging mogelijk is. Onder normale rijom-
standigheden blijven de roetdeeltjes uit de
uitlaatgassen in het filter achter. Om de roet-
deeltjes te verbranden en het filter te legen
wordt een zogeheten regeneratie gestart.
Daarvoor moet de motor de normale bedrijfs-
temperatuur hebben.
De regeneratie van het filter gaat automatisch
en duurt normaal gesproken 10-20 minuten.
Bij een lage gemiddelde snelheid kan dit iets
langer duren. Gedurende de regeneratie kan
het brandstofverbruik iets stijgen.
Regeneratie bij koud weer
Als u bij koud weer vaak korte afstanden rijdt,
komt de motor onvoldoende op temperatuur.
07 Tijdens het rijden
Dit betekent dat het roetfilter niet geregene-
reerd en niet geleegd wordt.
Wanneer het filter voor ca. 80 % met roet-
deeltjes gevuld is, verschijnt een oranje waar-
schuwingsdriehoek op het instrumentenpa-
neel en staat de melding
Roetfilter vol Zie
instructieb.
op het informatiedisplay.
U start de regeneratie van het filter door met
de auto op een secundaire weg of op een
snelweg te rijden totdat de motor voldoende
op temperatuur is gekomen. Daarna rijdt u
nog 20 minuten verder.
N.B.
Tijdens de regeneratie is het volgende
mogelijk:
•
een tijdelijke en geringe beperking van
het motorvermogen,
•
een tijdelijke verhoging van het brand-
stofverbruik,
•
een brandgeur.
Wanneer het filter geregenereerd is, verdwijnt
de waarschuwingsmelding automatisch.
Wanneer u bij koud weer de standverwar-
ming* inschakelt, bereikt de motor sneller de
normale bedrijfstemperatuur.
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
Brandstof
07
317