Algemeen
Park Assist is bedoeld als hulpmiddel tijdens
het parkeren. Geluidssignalen en symbolen
op het beeldscherm van de middenconsole
geven de afstand aan tot een waargenomen
obstakel.
Het Park Assist-volume is tijdens de weer-
gave van geluidssignalen bij te stellen met de
draaiknop VOL op de middenconsole of in
het menusysteem MY CAR van de auto – zie
pagina 215.
Park Assist is verkrijgbaar in twee varianten:
•
Park Assist aan de achterzijde
•
Park Assist aan de voor- en achterzijde.
N.B.
Als er een trekhaak met het elektrische
systeem van de auto is geconfigureerd,
wordt de uitsteeklengte van de trekhaak bij
het meten van de parkeerruimte meegere-
kend.
Cross Traffic Alert, zie pagina 207
1
WAARSCHUWING
•
Hoewel de Park Assist handig is bij het
parkeren, bent u nog altijd schade-
plichtig bij eventuele fouten.
•
Wanneer er obstakels in de dode hoe-
ken van de sensoren zitten, zal het
systeem ze niet kunnen ontdekken.
•
Houd mensen, dieren e.d. in de buurt
van de auto daarom in de gaten.
Functie
Aan/Uit sensoren voor Park Assist en CTA
Bij het starten van de motor wordt het sys-
teem automatisch geactiveerd – het lampje in
de Aan/Uit-knop brandt. Wanneer u Park
04 Bestuurdersondersteuning
Assist met deze knop uitschakelt, dooft het
lampje.
Beeldschermweergave - toont linksvoor en
rechtsachter een obstakel.
Op het beeldscherm van de middenconsole
verschijnt een schematische weergave van de
onderlinge posities van de auto en een even-
tueel obstakel.
De gemarkeerde sector(en) geeft/geven aan
welke van de vier sensoren een obstakel
heeft/hebben waargenomen. De gemarkeerde
sector ligt dichter bij het autosymbool, naar-
mate de afstand tussen de auto en het waar-
1
.
genomen obstakel kleiner is.
Hoe dichter u het obstakel achter of voor de
auto nadert, des te sneller volgen de geluids-
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
Park Assist*
04
191