Inbedrijfstelling
Aanbevolen initialisatieprocedure, via
14-22 Bedrijfsmodus
1.
Druk twee keer op [Main Menu] om toegang te
krijgen tot de parameters.
2.
Ga naar 14-22 Bedrijfsmodus en druk op [OK].
3.
Ga naar Initialisatie en druk op [OK].
4.
Schakel de spanning naar de eenheid af en wacht
tot het display uitgaat.
5.
Schakel de spanning naar de eenheid in.
Tijdens het opstarten worden de standaard parameterin-
stellingen hersteld. Hierdoor kan het opstarten iets langer
duren dan normaal.
6.
Alarm 80 wordt weergegeven.
7.
Druk op [Reset] om terug te keren naar de
normale bedieningsmodus.
Procedure voor handmatige initialisatie
1.
Schakel de spanning naar de eenheid af en wacht
tot het display uitgaat.
2.
Houd [Status], [Main Menu] en [OK] gelijktijdig
ingedrukt terwijl u de spanning naar de eenheid
inschakelt (ongeveer 5 s of totdat u een
klikgeluid hoort en de ventilator start).
Tijdens het opstarten worden de fabrieksinstellingen
hersteld. Hierdoor kan het opstarten iets langer duren dan
normaal.
Bij een handmatige initialisatie worden de volgende
gegevens van de frequentieomvormer niet gereset:
•
15-00 Bedrijfsuren
•
15-03 Inschakelingen
•
15-04 x Overtemp.
•
15-05 x Overspann.
VLT® AutomationDrive FC 301/302 Bedieningshandleiding
5.4 Basisprogrammering
5.4.1 Inbedrijfstelling met SmartStart
De SmartStart-wizard maakt snelle configuratie van
elementaire motor- en toepassingsparameters mogelijk.
•
•
•
LET OP
Bij de SmartStart-setup hebt u de motorgegevens nodig.
De benodigde gegevens zijn gewoonlijk te vinden op
het motortypeplaatje.
5.4.2 Inbedrijfstelling via [Main Menu]
De aanbevolen parameterinstellingen zijn bedoeld voor
opstart- en controledoeleinden. De toepassingsinstellingen
kunnen variëren.
De gegevens moeten worden ingevoerd terwijl de
spanning is INGESCHAKELD, maar voordat de frequentie-
omvormer in bedrijf wordt gesteld.
1.
2.
Afbeelding 5.2 Main Menu
MG33AN10 – Rev. 2013-10-25
Bij de eerste inschakeling of na een initialisatie
van de frequentieomvormer start SmartStart
automatisch.
Volg de instructies op het scherm op om de
inbedrijfstelling van de frequentieomvormer te
voltooien. SmartStart kan altijd opnieuw worden
gestart via [Quick Menu], Q4 SmartStart.
Zie 5.4.2 Inbedrijfstelling via [Main Menu] of de
Programmeerhandleiding om de inbedrijfstelling
zonder de SmartStart-wizard uit te voeren.
Druk op [Main Menu] op het LCP.
Gebruik de navigatietoetsen om naar parame-
tergroep 0-** Bediening/display te gaan en druk
op [OK].
1107 tpm
3,84 A
Hoofdmenu
0-** Bediening/display
1-** Belasting & motor
2-** Remmen
3-** Ref./Ramp.
5
5
1 (1)
25