De hoogte van de koplamp afstellen
Controleer of de koplamp goed gericht is door de
motorfiets, met de banden op de juiste spanning en
met een persoon zittend op het zadel, volkomen
loodrecht op de lengteas, voor een muur of scherm
te plaatsen, op een afstand van 10 m (32,8 ft). Teken
ter hoogte van het midden van de koplamp een
horizontale lijn en teken in één lijn met de lengteas
van de motorfiets een verticale lijn. Verricht de
controle het liefst in een schemerige omgeving.
Schakel het dimlicht in en verricht de regeling van de
lichtbundel links en rechts: de bovenste limiet die de
Fig 187
donkere en de verlichte zone van elkaar scheidt,
moet op maximaal 9/10 van de afstand tussen de
grond en het midden van de koplamp zijn geplaatst.
235