waarop de regeleenheid, welke de gegevens
afkomstig van de sensoren op de wielen analyseert,
bepaalt dat het/de wiel(en) blokkeert/blokkeren.
Door een afname van de druk in het remcircuit kan
het wiel blijven draaien, waardoor een optimale
wegligging behouden blijft.
Vervolgens herstelt de regeleenheid de druk in het
remcircuit en wordt de afremmende werking
hersteld. Deze cyclus wordt herhaald tot het
probleem volledig is verdwenen. Als het
mechanisme tijdens het remmen in werking treedt,
kan dit worden waargenomen door een lichte
pulserende weerstand in het rempedaal en de
remhendel. Het beheer van de reminstallaties voor
en achter vindt gescheiden plaats.
Het ABS op de Panigale V2 Bayliss is een
veiligheidssysteem dat voorkomt dat de wielen
blokkeren bij het remmen door het toepassen van
verschillende strategieën, afhankelijk van het
gekozen niveau. De actieve aanwezigheid van de
strategieën en hun interventie hangen af van het
gekozen niveau. Het ABS kent 3 interventieniveaus.
Elk niveau is met een Riding Model geassocieerd.
Het ABS van de Panigale V2 Bayliss is tevens
voorzien van een "cornering"-functie. Deze functie
optimaliseert de werking van het ABS, ook als het
voertuig helt. Binnen de toegestane limieten van
het voertuig en de omstandigheden van de weg
voorkomt het dat de wielen geblokkeerd raken en
slippen. De cornering-functie is in alle niveaus van
het ABS geactiveerd. Afhankelijk van het gekozen
niveau kan het ABS de controle van het opheffen van
het achterwiel bevatten. Op deze manier wordt niet
alleen de kortste remafstand, maar tevens de
grootste stabiliteit tijdens het afremmen
gewaarborgd.
In het interventieniveau 1 van het ABS grijpt het
systeem uitsluitend op de remschijven aan de
voorkant in, waardoor de beste prestaties op het
racecircuit worden geboden.
In het interventieniveau 2 van het ABS, waarin het
systeem zowel op de voorkant als op de achterkant
ingrijpt, is tevens de "slipcontrole tijdens het
remmen" geactiveerd. Onder bepaalde
activeringsomstandigheden, welke de maximale
veiligheid van de bestuurder waarborgen, staat het
ABS toe dat het achterwiel meer slipt om het
zwenken en wegglijden van het voertuig toe te staan
zodat bochten op sportievere en snellere wijze
kunnen worden genomen. Deze controle wordt
115