Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Onderhouds- en gebruiksaanwijzingen
NL
1098 / 1098S
1

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Ducati SUPERBIKE 1098 2006

  • Pagina 1 Onderhouds- en gebruiksaanwijzingen 1098 / 1098S...
  • Pagina 3: Opmerkingen

    Alleen evolutie van haar producten noodzakelijk maakt. op die manier kunt u zeker altijd van uw Ducati genieten. Gebruik met het oog op de veiligheid, garantie, Neem voor reparaties en advies contact op met een van betrouwbaarheid en waarde van uw Ducati motorfiets onze erkende servicecentra.
  • Pagina 4: Inhoudsopgave

    Inhoud Bedieningshendel van voorrem 45 Bedieningpedaal voor achterrem 46 Versnellingspedaal 46 De stand van het versnellingspedaal en het achterrempedaal afstellen 47 Belangrijkste elementen en mechanismen 49 Aanwijzingen van algemene aard 6 Plaats op de motorfiets 49 Garantie 6 Dop brandstoftank 50 Symbolen 6 Zadelslot en helmhouder 51 Nuttige informatie voor veilig reizen 7...
  • Pagina 5 Belangrijkste gebruiks- en Technische gegevens 99 (mm) onderhoudswerkzaamheden 71 Afmetingen Gewicht 99 Delen van het frame demonteren 71 Motor 101 Koelvloeistofpeil controleren en zonodig bijvullen 75 Distributie 101 Het peil van rem- en koppelingvloeistof controleren 76 Prestaties 101 Slijtage van remblokjes controleren 78 Bougies 102 De scharnierpunten smeren 79 Voeding 102...
  • Pagina 6: Aanwijzingen Van Algemene Aard

    Neem in geval van twijfel contact op met een erkende Ducati Dealer. U zult de informatie uit deze handleiding goed kunnen gebruiken tijdens uw reizen, waarvan Ducati Motor Holding S.p.A.
  • Pagina 7: Nuttige Informatie Voor Veilig Reizen

    Gebruik altijd en tijdig tevoren de richtingaanwijzers om aan Nuttige informatie voor veilig reizen te duiden dat u van richting gaat veranderen of een andere rijbaan kiest. Opgelet Zorg ervoor dat u altijd goed zichtbaar bent en rijd niet in de Eerst lezen voordat u de motor gebruikt.
  • Pagina 8: Rijden Met Volle Bepakking

    Rijden met volle bepakking De zwaarste bagage of accessoires dienen zo laag mogelijk en zo veel mogelijk in het midden van de motorfiets Dit motorvoertuig is ontworpen voor het veilig afleggen van opgeborgen te worden. lange afstanden met volle bepakking. Maak de bagage stevig vast op de motorfiets;...
  • Pagina 9: Identificatiegegevens Van De Motorfiets

    Identificatiegegevens van de motorfiets Elke Ducati-motorfiets heeft twee identificatienummers, respectievelijk voor het frame (afb. 1) en voor de motor (afb. 2). Framenr. Motornr. Opmerkingen Deze nummers geven het model van de motorfiets aan en dienen te worden vermeld bij het bestellen van onderdelen.
  • Pagina 10: Bedieningsorganen

    Bedieningsorganen Opgelet In dit hoofdstuk wordt uitgelegd waar de bedieningsorganen zitten die moeten worden gebruikt om te kunnen rijden met de motorfiets. Lees de beschrijvingen aandachtig door voordat u deze bedieningsorganen gebruikt. Plaats van bedieningsorganen voor het besturen van de motorfiets (afb.
  • Pagina 11: Bedieningspaneel

    Bedieningspaneel (afb. 4) 1) LCD, (zie pag. 13). 2) Toerenteller (min Geeft het toerental per minuut van de motor aan. 3) Waarschuwingslampje neutraal N (groen). Gaat branden als de versnelling in zijn vrij staat. 4) Controlelampje brandstofreserve (geel). Gaat branden als men de reserve-inhoud aanspreekt; er zit nog ongeveer 3 liter benzine in de tank.
  • Pagina 12 11) Bedieningsknop A en B. Drukknop die gebruikt wordt om de parameters van het instrumentenpaneel te laten weergeven en in te stellen, heeft twee standen A “▲” en B “▼”. 12) Drukknop voor knipperen met groot licht FLASH (afb. 5). De knop die gewoonlijk gebruikt wordt voor het knipperen met het grote licht kan worden gebruikt voor de functies LAP en USB gegevensverzamelaar van het instrumentenpaneel.
  • Pagina 13: Lcd - Belangrijkste Functies

    LCD – Belangrijkste functies Opgelet Programmeer alleen parameters als de motorfiets stil staat. Kom absoluut niet aan het instrumentenpaneel terwijl u rijdt. 1) Snelheidsmeter. Geeft de rijsnelheid aan. 2) Kilometerteller. Duidt het totaal aantal gereden kilometers aan. 3) Dagteller. Geeft de afstand aan die is afgelegd sinds de laatste reset (TRIP A en TRIP B).
  • Pagina 14 Met het instrumentenpaneel kan men het elektronische start/injectiesysteem checken. Gebruik deze menu's nooit: ze zijn voorbehouden aan ons deskundig personeel. Als u deze menu's toevallig opent, zet dan de sleutel op OFF en raadpleeg een erkende Ducati dealer om de nodige controles te laten uitvoeren.
  • Pagina 15: Lcd - Parameters Programmeren/Weergeven

    LCD - Parameters programmeren/ weergeven Bij inschakeling (sleutel van OFF op ON) activeert het instrumentenpaneel gedurende 1 seconde alle digits van het LCD en gaan de lampjes achtereenvolgens branden. Vervolgens gaat het over op de “normale” weergave, waarbij in plaats van de voertuigsnelheid het model, en gedurende 2 seconden ook de versie (EU, UK, USA, CND, FRA, JAP) wordt weergegeven.
  • Pagina 16 Bij Key-On geeft het instrumentenpaneel altijd de volgende informatie weer (waarbij de eerder geactiveerde functies worden gedeactiveerd). Totale kilometerstand Luchttemperatuur Klok Snelheid Temperatuur motorkoelvloeistof Motortoerental Op dit punt is het met de knop (1, afb. 8) in de stand A “▲” altijd mogelijk af te wisselen tussen de functie Totale kilometerstand en de volgende functies: TRIP A...
  • Pagina 17 Controlelampje totaal afgelegde afstand “Totale kilometerstand” vs. UK Bij Key-On gaat het systeem automatisch naar deze functie. Het gegeven wordt permanent opgeslagen, en kan niet vs. EU v.s. USA worden gereset. Als het gegeven de kilometerstand 99999 km (of 99999 mijl) overschrijdt, blijft het getal “99999”...
  • Pagina 18 Controlelampje dagteller “TRIP A” Als in deze functie de knop (1, afb. 8) in de stand B “▼“ vs. UK 3 seconden lang wordt ingedrukt, wordt het gegeven teruggezet op nul. vs. EU v.s. USA Als het gegeven het getal 999.9 overschrijdt, dan wordt de dagteller op nul gezet en begint hij automatisch opnieuw te tellen.
  • Pagina 19 Controlelampje afstand die is afgelegd met de brandstofreserve “TRIP FUEL” vs. UK Als het lampje van de brandstofreserve gaat branden, wordt automatisch de TRIP FUEL geactiveerd, ongeacht vs. EU v.s. USA de functie die wordt weergegeven. Als men blijft rijden met de reservebenzine, dan wordt het gegeven ook na Key-Off gehandhaafd in het geheugen.
  • Pagina 20 Controlelampje temperatuur motorkoelvloeistof Geeft de temperatuur weer van de koelvloeistof van de motor: als het gegeven gelijk is aan of lager dan -40 °C (-104 F°) vs. EU - vs. UK v.s. USA verschijnen op het display de knipperende liggende VAST GEGEVEN VAST GEGEVEN streepjes (“---”) en gaat tegelijkertijd het controlelampje...
  • Pagina 21 Controlelampje onderhoudsingrepen (SERV) Geeft de onderhoudsingrepen (onderhoudsbeurten) weer. De melding “SERV” verschijnt op het display bij de volgende kilometerstanden: na de eerste 1000 km van de totale kilometerstand; elke 12000 km van de totale kilometerstand. De informatie is alleen aanwezig bij Key-On gedurende 5 seconden.
  • Pagina 22 Controlelampje accuspanning (BATT) Om de functie weer te geven moet het menu worden geopend op de pagina “BATT”. Het display geeft de informatie van de accuspanning als volgt weer: als het gegeven tussen 12,1 en 14,9 Volt ligt, wordt het vast weergegeven;...
  • Pagina 23 Regeling van het minimum motortoerental (RPM) Om de functie weer te geven moet het menu worden geopend op de pagina “RPM”. Behalve de schaal van de toerenteller geeft het display het motortoerental (RPM) als cijferwaarde weer, om het “minimum” nauwkeuriger te kunnen instellen. afb.
  • Pagina 24 Weergave van de rondetijd (LAP) Om de functie te activeren moet het menu worden geopend en moet de functie “LAP” op “On” worden gezet door de knop (1, afb. 8) in de stand B “▼“ 3 seconden in te drukken. De START en de STOP van de chronometer moeten worden bediend met de knop voor het knipperen met het grote licht FLASH (12, afb.
  • Pagina 25 Als de LAP-functie gedeactiveerd wordt via het menu, dan wordt de “ronde” die bezig is niet meer opgeslagen in het geheugen. Als de LAP-functie actief is en het display wordt plotseling uitgeschakeld (Key-Off), dan wordt de LAP-functie automatisch uitgeschakeld (als ook de chronometer actief was, wordt de druk op C “ronde”...
  • Pagina 26 Display opgeslagen gegevens (LAP Memory) Weergave van gegevens die zijn opgeslagen met de LAP- functie: rondetijden, MAX. snelheid en MAX. toerental. Om de opgeslagen tijden weer te geven moet het menu worden opgeroepen op de pagina “LAP MEM”. Als op deze menupagina op de knop (1, afb. 8) wordt gedrukt druk op B in de stand B “▼“...
  • Pagina 27 USB gegevensverzamelaar Met deze functie kan de USB gegevensverzamelaar worden geactiveerd (ref. pag. 66): de gegevensverzamelaar moet worden verbonden met de bedrading van het voertuig. Om de gegevensverzamelaar te activeren moet het menu worden geopend en moet de functie “USB” op “On” worden gezet door de knop (1, afb.
  • Pagina 28 Erase USB Met deze functie kunnen de gegevens die zijn opgeslagen op de USB gegevensverzamelaar worden gewist. de gegevensverzamelaar moet worden verbonden met de bedrading van het voertuig. Om de gegevens te wissen moet het menu worden geopend op de pagina “Erase USB”. Als de knop (1, afb.
  • Pagina 29 De klok instellen knipp. Om de klok in te stellen moet het menu worden geopend op de pagina “TIME Set”. knipp. Als op deze pagina de knop (1, afb. 8) in de stand B “▼” 3 seconden ingedrukt wordt, wordt de regeling actief. knipp.
  • Pagina 30: Belangrijk

    Opgelet Als er een fout wordt weergegeven dient u zich altijd Belangrijk tot een erkende Ducati-garage te wenden. Het instrumentenpaneel voert de diagnostiek van het systeem 60 seconden na de laatste Key-Off correct uit. Afwijkend gedrag van het voertuig wordt weergegeven.
  • Pagina 31 Lampje Foutmelding Fout INJE 13.2 Fout verticale cilinderinspuiter PUMP 16.0 Fout benzinepomprelais 18.1 Fout vliegwielenrelais 18.2 Fout vliegwielenrelais STRT 19.1 Fout startschakelaar STRT 19.2 Fout startschakelaar STEP. 21.1 Fout stappenmotor STEP. 21.2 Fout stappenmotor STEP. 21.3 Fout stappenmotor LAMB. 22.1 Fout lambdaverwarmer LAMB.
  • Pagina 32 Lampje Foutmelding Fout EXVL 23.1 Fout klepmotor op uitlaat EXVL 23.2 Fout klepmotor op uitlaat EXVL 23.3 Fout klepmotor op uitlaat EXVL 23.4 Fout klepmotor op uitlaat EXVL 23.5 Fout klepmotor op uitlaat Fout smoorkleppotentiometer Fout smoorkleppotentiometer PRESS Fout druksensor PRESS Fout druksensor T.WAT...
  • Pagina 33 Fout accuspanning LAMB Fout lambdasonde TILT Fout lambdasonde 2 Fout traction control regeleenheid (de fout kan zich alleen voordoen als de traction control kit is geïnstalleerd, die verkrijgbaar is bij Ducati performance) 30.0 Fout regeleenheid motorbediening PK.UP 34.0 Fout pick-upsensor SPEE.
  • Pagina 34 Lampje Foutmelding Fout IMMO 37.1 Fout antidiefstalsysteem IMMO 37.3 Fout antidiefstalsysteem IMMO 37.4 Fout antidiefstalsysteem IMMO 37.5 Fout antidiefstalsysteem 38.0 Fout CAN communicatielijn...
  • Pagina 35 Lichtsterkte van de controlelampjes “Intelligente” inschakelfunctie van de koplamp De sterkte van de controlelampjes wordt automatisch Met deze functie is “geprogrammeerde” activering van de aangepast aan de lichtsterkte, die in de omgeving wordt koplamp mogelijk, ook als het voertuig afgezet is (Key-Off). gemeten.
  • Pagina 36: Antidiefstalsysteem

    - 2 zwarte sleutels (B) Deze bevatten de “code” van het antidiefstalsysteem. Opmerkingen Uw Ducati dealer zou u kunnen vragen de Code Card te laten zien om enkele werkzaamheden te verrichten. De zwarte sleutels (B) zijn sleutels voor alledaags gebruik;...
  • Pagina 37: Codekaart

    Opgelet Houd de sleutels niet bij elkaar en berg het plaatje (1) op een veilige plaats op. Wij raden u bovendien aan slechts één van de zwarte sleutels te gebruiken voor het gebruik van de motorfiets. Code card Met de sleutels wordt een CODE CARD (afb. 25) meegeleverd waarop de elektronische code (A, afb.
  • Pagina 38: Deblokkeringsprocedure Antidiefstalsysteem

    Deblokkeringsprocedure antidiefstalsysteem In het geval van “BLOKKERING antidiefstalsysteem” is het mogelijk de procedure voor “Deblokkering antidiefstalsysteem” uit te voeren vanaf het instrumentenpaneel, door de desbetreffende functie als volgt te activeren: Open het menu op de pagina “CODE”. B= On 3 sec. Opmerkingen knipp.
  • Pagina 39 Invoer van de code: Als de code correct is ingevoerd knipperen de tekst CODE en bij het starten van deze functie knippert het eerste teken de ingevoerde code tegelijkertijd 4 seconden lang; het lampje links. Voertuigdiagnose (9, afb. 4) gaat uit; het instrumentenpaneel Drukknop (1, afb.
  • Pagina 40: De Sleutels Laten Bijmaken

    8 sleutels) alle nieuwe en oude sleutels. 2) als het lampje van de voertuigdiagnose (9, afb. 4) gaat Het kan zijn dat de technische service van DUCATI de branden en als bij indrukken van de knop (1, afb. 8) in de klant verzoekt te bewijzen dat hij de rechtmatige eigenaar stand “▼”...
  • Pagina 41: Startschakelaar En Stuurvergrendeling

    Startschakelaar en stuurvergrendeling (afb. 28.1 en afb. 28.2) Deze zit vóór de brandstoftank en heeft vier standen: A) ON: activeert de functie voor het inschakelen van verlichting en motor; B) OFF: deactiveert de functie voor het inschakelen van verlichting en motor; C) LOCK: blokkeert de stuurinrichting;...
  • Pagina 42: Linker Stuurschakelaar

    Linker stuurschakelaar (afb. 29) 1) Stuurkolomschakelaar, keuzebediening verlichting, met twee standen: stand = dimlicht aan; stand = groot licht aan. 2) Schakelaar = richtingaanwijzer met drie standen: middelste stand = uitgeschakeld; stand = links afslaan; stand = rechts afslaan. Om de richtingaanwijzer uit te schakelen, drukt u de schakelaar in zodra deze weer in het midden staat.
  • Pagina 43: De Koppelingshendel

    De koppelingshendel De koppelingshendel (1) is uitgerust met een knop (2) waarmee men de afstand tussen de hendel zelf en de knop op het stuur kan afstellen. Deze afstand is afgesteld op 10 klikken met de knop (2). Door de hendel naar rechts te draaien, zet u hem verder van de gasknop af.
  • Pagina 44: Rechter Stuurschakelaar

    Rechter stuurschakelaar (afb. 31) 1) Schakelaar MOTORSTOP, met twee standen: stand (RUN) = starten; stand (OFF) = stoppen van motor. Opgelet Deze schakelaar dient vooral in noodgevallen om de motor snel uit te zetten. Als de motor uit staat, zet men deze schakelaar weer in de stand om het voertuig opnieuw aan te zetten.
  • Pagina 45: Bedieningshendel Van Voorrem

    Bedieningshendel van voorrem (afb. 32) Als men de hendel (1) in de richting van de draaiknop trekt, remt men met de voorrem. Lichtjes trekken is voldoende omdat dit mechanisme hydraulisch werkt. De bedieningshendel is uitgerust met een knop (2) waarmee men de afstand tussen de hendel zelf en de knop op het stuur kan afstellen.
  • Pagina 46: Bedieningpedaal Voor Achterrem

    Bedieningpedaal voor achterrem (afb. 33) Om met de achterrem te remmen, trapt men het pedaal (1) met de voet in. Dit remsysteem werkt hydraulisch. afb. 33 Versnellingspedaal (afb. 34) De ruststand van het versnellingspedaal bevindt zich in het midden (N), waarnaar hij automatisch terugkeert. De neutrale stand wordt gesignaleerd door het waarschuwingslampje neutraal N (3, afb.
  • Pagina 47: De Stand Van Het Versnellingspedaal En Het Achterrempedaal Afstellen

    De stand van het versnellingspedaal en het achterrempedaal afstellen (afb. 35 en afb. 36) De stand van de bedieningspedalen van de versnelling en de achterrem ten opzichte van de voetsteunen kan aan de behoeften van elke bestuurder worden aangepast. De stand van de versnellingshendel op de volgende manier wijzigen: blokkeer de stang (1) en haal de contramoeren (2) en (3) los.
  • Pagina 48 De stand van de achterremhendel op de volgende manier wijzigen: De contramoer (4) losdraaien. Aan de schroef (5) voor het afstellen van de slag van het pedaal draaien, totdat deze in de gewenste stand staat. De contramoer (4) met een koppel van 2,3 Nm vastzetten. Met de hand op het pedaal controleren of er een speling van ong.
  • Pagina 49: Belangrijkste Elementen En Mechanismen

    Belangrijkste elementen en mechanismen Plaats op de motorfiets (afb. 37) 1) Dop brandstoftank. 2) Zadelslot. 3) Zijstandaard. 4) Haak voor kabeltje helmhouder. 5) Stuurschokdemper. 6) Achteruitkijkspiegeltjes. 7) Regelknoppen op de voorvork. 8) Regelknoppen schokdemper achter. 9) Trekstang voor afstellen ligging motorfiets. 10) Uitlaatdemper (zie “Opmerking”...
  • Pagina 50: Dop Brandstoftank

    Dop brandstoftank (afb. 38) Openen Het dekseltje (1) openmaken en de sleutel in het slot steken. De sleutel 1/4 slag naar rechts draaien om het slot te openen. De dop optillen. Sluiten De dop sluiten met de sleutel en hem goed op zijn plaats aanbrengen.
  • Pagina 51: Zadelslot En Helmhouder

    Zadelslot en helmhouder (afb. 39 en afb. 40) Openen Steek de sleutel in het slot (1) en draai hem naar rechts tot er een klik te horen is. Trek de achterkant van het zadel (2) voorzichtig naar boven, zodat hij verwijderd kan worden. Voorin de ruimte onder het zadel bevindt zich het kabeltje voor het opbergen van de helm.
  • Pagina 52 (afb. 41) Sluiten Steek de haken van de onderkant van het zadel onder het achterframe. Oefen druk uit op het bijrijderzadel tot er een klik te horen is, hetgeen betekent dat het slot vergrendeld is. Trek het bijrijderzadel iets naar boven om te controleren of het systeem goed vastgeklikt is.
  • Pagina 53: Zijstandaard

    Zijstandaard Opmerkingen (afb. 42) Wij raden aan regelmatig te controleren of het systeem waarmee de standaard in zijn ruststand blijft Belangrijk zitten (twee in elkaar gedraaide trekveren) en de Voordat u de zijstandaard gebruikt, controleert u of het veiligheidssensor (2) goed functioneren. oppervlak waarop u hem wenst te zetten stevig en vlak genoeg is.
  • Pagina 54: Stuurschokdemper

    Stuurschokdemper (afb. 43.1 en afb. 43.2) Deze zit vóór de brandstoftank en is bevestigd aan het frame en aan de stuurkop. De stuurschokdemper maakt het sturen stabieler en preciezer en verbetert de handelbaarheid van de motorfiets in elke rijsituatie. (1098S) Als u de knop (1) naar rechts draait, worden schokken minder opgevangen, naar links meer.
  • Pagina 55: Regelknoppen Op De Voorvork

    Regelknoppen op de voorvork 1098 De voorvork van de motorfiets kan worden afgesteld in de uitbeweging, bij de compressie van de veerpoten en de veervoorbelasting. Dit doet u met de regelschroeven op de buitenkant: 1) voor het wijzigen van de hydraulische rem in uit-beweging (afb.
  • Pagina 56 De STANDAARD standen zijn als volgt: compressie of in-beweging: 3/4 slagen (1098), 8 klikken (1098S); extensie (uit-beweging): 12 klikken (1098), 10 klikken (1098S). Voorbelasting veer (A, afb. 35.1): 18 mm (1098), 8 mm (1098S). Om de veervoorspanning in elke veerpoot te wijzigen, draait u aan de zeskantschroef (2, afb.
  • Pagina 57: Regelknoppen Schokdemper Achter

    Regelknoppen schokdemper achter (afb. 46.1 en afb. 46.2) Er zitten regelknoppen aan de buitenkant van de achterste schokdemper, waarmee de ligging van de motorfiets kan worden aangepast aan de lading. De regelknop (1) die op de linkerkant zit, ter hoogte van het punt waar de schokdemper aan de onderkant van de achtervork is bevestigd, regelt de hydraulische schokdemping tijdens de uit-beweging (terugkeer).
  • Pagina 58 Na het afstellen van de gewenste voorbelasting de bovenste ring goed vastzetten. Opgelet Gebruik een haaksleutel om aan de stelring van de voorspanning te draaien. Draai uiterst voorzichtig om uw hand niet te verwonden doordat u stoot tegen andere delen van de motor indien de “haak” van de sleutel tijdens het draaien onverwachts uit de ring schiet.
  • Pagina 59: Wijziging Ligging Motorfiets

    Wijziging ligging motorfiets (afb. 47, afb. 48 en afb. 49) De stand van de stuurhoek is het resultaat van proeven, die onze technici tijdens de meest uiteenlopende rijsituaties hebben uitgevoerd. De stand van de stuurhoek wijzigen is een delicate handeling, die gevaarlijk kan zijn indien deze met onvoldoende ervaring wordt uitgevoerd.
  • Pagina 60 De UNIBALL van de gewrichtskop (A) mag maximaal 5 schroefdraden losgemaakt worden, hetgeen overeenkomt met 7,5 mm (B). afb. 49...
  • Pagina 61: Gebruiksvoorschriften

    Gebruiksvoorschriften Voorzichtigheid is geboden tijdens de eerste 100 km, met name tijdens het remmen: niet bruusk en lang remmen om het wrijvingsmateriaal op de remblokjes de kans te geven gelijkmatig “af te slijten”. Om alle mechanische delen tegelijkertijd de kans te geven hun bewegingen op elkaar af te stemmen en de belangrijkste motororganen nooit in gevaar te brengen, raden wij aan niet te bruusk op te trekken en de motor niet te lang op het...
  • Pagina 62 Het niet naleven van deze voorschriften ontheft Ducati Motor Holding S.p.A. van elke vorm van aansprakelijkheid voor eventuele schade aan de motor en de levensduur ervan.
  • Pagina 63: Controles Vóór Het Starten

    Voordat u begint te rijden, dient u de volgende punten te In geval van onregelmatigheden het vertrek uitstellen controleren: en contact opnemen met een erkende DUCATI dealer. Brandstof in de tank Controleren hoeveel brandstof er in de tank zit. Eventueel bijtanken (pag.
  • Pagina 64: Starten Van De Motor

    Starten van de motor Opgelet Zorg ervoor dat u de bedieningsorganen kent die u nodig hebt tijdens het rijden, voordat u de motor start (pag. 10). Opgelet Zet de motor nooit aan in een gesloten ruimte. De uitlaatgassen zijn giftig en kunnen bewusteloosheid of binnen heel korte tijd zelfs dodelijke afloop tot gevolg hebben.
  • Pagina 65 Opmerkingen Men kan de motor aanzetten als de standaard uitgeklapt is en de motor in zijn vrij staat, of als de koppelingshendel is ingedrukt en de motor in versnelling staat (in dit geval moet de standaard ingeklapt zijn). 2) Controleren of de startknop (2, afb. 52) op (RUN) staat;...
  • Pagina 66: De Motorfiets Starten En Ermee Rijden

    De motorfiets starten en ermee rijden Afremmen 1) De koppeling uitschakelen via de bedieningshendel. Op tijd vertragen, terugschakelen om op de motor te 2) Met de punt van uw voet en een besliste beweging de remmen en vervolgens remmen met beide remmen. versnellingshendel induwen om deze in eerste versnelling Voordat de motor stilstaat, de koppelingshendel intrekken te zetten.
  • Pagina 67: De Motorfiets Stilzetten

    De motorfiets stilzetten Opgelet Snelheid verminderen, terugschakelen en de gashendel Sloten of vergrendelingssystemen die beletten dat loslaten. Naar de eerste versnelling terugschakelen en dan de motor kan worden verplaatst (bijv. schijfremsloten, de versnelling in de neutrale stand zetten. Remmen en kettingtandwielsloten, enz.) zijn bijzonder gevaarlijk en stoppen van de motorfiets.
  • Pagina 68: Brandstof Tanken

    Brandstof tanken (afb. 53) Max level Niet te veel brandstof in de tank laten lopen. Het brandstofpeil moet onder de vulopening in de holte van de dop blijven. Opgelet Gebruik loodarme brandstof met een oorspronkelijk octaangetal van minstens 95 (zie tabel “Tanken” pag. 100). Er mag geen benzine in de dopholte blijven staan.
  • Pagina 69: Meegeleverde Accessoires

    Meegeleverde accessoires (afb. 54) In de ruimte onder het passagierszadel treft u aan: de handleiding voor gebruik en onderhoud; een kabeltje voor het ophangen van de helm; een gereedschapskit bestaande uit: - een zeskantsleutel voor de bougies; - een pen voor de bougiesleutel; - een dubbele schroevendraaier.
  • Pagina 70: Usb Gegevensverzamelaar (Alleen Voor 1098S)

    USB gegevensverzamelaar (alleen voor 1098S) Er wordt een USB gegevensverzamelaar (1) geleverd in de vorm van een kit. Om deze te kunnen gebruiken moet hij onder het zadel worden geplaatst met de dop (2) gemonteerd en de aansluiting (3) van de hoofdbedrading aangesloten. Zie de procedure “USB gegevensverzamelaar”...
  • Pagina 71: Belangrijkste Gebruiks- En Onderhoudswerkzaamheden

    Belangrijkste gebruiks- en Zijkuiphelften Maak voor het verwijderen van de kuiphelften gebruik van onderhoudswerkzaamheden de inbussleutel in de ruimte onder het zadel en draai het volgende los: de twee schroeven (1) voor bevestiging aan de kuipbeugels; de zes schroeven (2) voor bevestiging aan het kuipje; de vier schroeven (3) voor bevestiging aan het frame;...
  • Pagina 72 Opmerkingen Let op de spatlap, die niet aan de kuiphelften bevestigd wordt. Opmerkingen Om de linker kuiphelft opnieuw te monteren, dient u de zijstandaard uit te klappen en deze door de opening in de kuiphelft te steken. afb. 58...
  • Pagina 73 Achteruitkijkspiegeltjes De schroeven (1) losdraaien waarmee de achteruitkijkspiegel is vastgemaakt. De borgpennen (2), die op de kuipjeshouder zitten (3), uit de sluitveertjes halen. Het rubbertje (4) eraf halen en de kabels van de richtingaanwijzers (5) losmaken. Dezelfde handelingen herhalen om de andere achteruitkijkspiegel te demonteren.
  • Pagina 74 Het kuipje Opmerkingen Om het kuipje te demonteren, dienen eerst de achteruitkijkspiegeltjes en de zijkuipen te worden gedemonteerd zoals hierboven is beschreven. Draai de twee schroeven (1) los, waarmee het kuipje aan de achterkant aan de koplamp is vastgemaakt. Opmerkingen Nadat u het kuipje weer hebt gemonteerd, de achteruitkijkspiegels en de zijkuipen opnieuw aanbrengen.
  • Pagina 75: Koelvloeistofpeil Controleren En Zonodig Bijvullen

    Koelvloeistofpeil controleren en zonodig bijvullen (afb. 62) Controleer hoeveel koelvloeistof er in het expansievat zit op de rechterkant van de motorfiets; het peil moet zich tussen de twee streepjes (1) en (2) bevinden: het streepje (2) is het MAX peil; het streepje (1) geeft het MIN peil aan. Als het niveau lager is dan het MIN peil, dient u bij te vullen.
  • Pagina 76: Het Peil Van Rem- En Koppelingvloeistof Controleren

    Als er te weinig vloeistof in zit, kan er lucht in de leidingen komen en werkt het systeem niet meer naar behoren. Laat de vloeistof of olie door een erkende Ducati dealer bijvullen of vervangen op de in de onderhoudstabel van het garantieboekje voorgeschreven tijdstippen.
  • Pagina 77 Neem contact op met een erkende Ducati dealer om de leiding te laten controleren en/of het systeem te laten ontluchten. Opgelet...
  • Pagina 78: Slijtage Van Remblokjes Controleren

    Op een goed werkend remblokje moeten de groeven goed zichtbaar zijn. Belangrijk Neem voor het vervangen van de remblokjes contact op met een erkende Ducati dealer. afb. 65.1 1098 1 mm 1098S afb. 65.2...
  • Pagina 79: De Scharnierpunten Smeren

    Controleer met de starter of de kabels vlot bewegen in de buitenkabel: als ze haperen of stroef bewegen, dienen ze te worden vervangen door een erkende Ducati dealer. Voor de gaskabel raden wij aan deze te openen door de twee borgschroeven los te draaien (1, afb. 66) en daarna het kabeluiteinde en de spindel in te vetten met vet van het type SHELL Advance Grease of Retinax LX2.
  • Pagina 80: Afstellen Onbelaste Slaglengte Gashendel

    Afstellen onbelaste slaglengte gashendel 1,5÷2 mm ➤ In elke stuurstand moet de starthendel een vrije slag hebben, gemeten op de omtrek van de rand van de hendel, van 1,5÷2,0 mm. Stel dit eventueel af met de speciale 1,5÷2 mm regelaars (1 en 2, afb. 68) ter hoogte van de stuurkop op de rechterkant van het voertuig.
  • Pagina 81: Opladen Van De Accu

    Opladen van de accu Opgelet (afb. 69) Voor het opladen is het raadzaam de accu uit de motorfiets Houd de accu buiten het bereik van kinderen. verwijderen. Verwijder de linker kuiphelft (pag. 71), haal de schroef (1) Laat de accu op 0,9 A opladen gedurende 5÷10 uur. los en verwijder de bevestigingsbeugel (2).
  • Pagina 82: De Spanning Van De Drijfketting Controleren

    SHELL Advance Chain of Advance Teflon Chain. Neem voor het spannen van de drijfketting contact op met een erkende Ducati-dealer of -garage. Belangrijk Zet de motorfiets op zijn zijstandaard, duw de ketting eerst Het gebruik van verkeerde smeermiddelen kan met een vinger omlaag en laat ze vervolgens los;...
  • Pagina 83: De Lampjes Van Groot Licht En Dimlicht Vervangen

    De lampjes van groot licht en dimlicht vervangen Voordat u een doorgebrand lampje vervangt, dient u te controleren of de spanning en het vermogen van het nieuwe lampje voldoen aan de voorschriften die staan vermeld in de paragraaf “Elektrische installatie” op pag. 106. Controleer altijd eerst of het nieuwe lampje brandt voordat u de gedemonteerde delen weer monteert.
  • Pagina 84 Opmerkingen Om de lampjes van de koplamp te vervangen hoeft u de kabel van de elektrische hoofdbedrading niet van de behuizing te halen. Opmerkingen Raak het glas van het nieuwe lampje niet aan: het kan zwart worden waardoor de lichtsterkte afneemt. Opnieuw monteren Nadat het doorgebrande lampje vervangen is, moet het deksel worden teruggeplaatst en weer worden gesloten...
  • Pagina 85: De Lampjes Van Het Parkeerlicht Vervangen

    De lampjes van het parkeerlicht vervangen Om bij de parkeerlichten (1) te kunnen, één hand in de lampsteun steken en de lamphouder van zijn plaats trekken. Het lampje vervangen door de stopring van de lampen (1) tegen de klok in te draaien en het gesprongen lampje te verwijderen.
  • Pagina 86: Richtingaanwijzers Achter

    Richtingaanwijzers achter (afb. 74) Om de lampjes van de achterste richtingaanwijzers te vervangen, dient u 1/4 slag aan de behuizing (1) te draaien om het glas naar boven te draaien en de behuizing er dan uit te halen. Dit lampje heeft een bajonetsluiting, dus moet u het eerst even indrukken en dan tegen de klok in draaien.
  • Pagina 87: Afstellen Van Koplamp

    Afstellen van koplamp (afb. 76) Controleer de lichtbundel van de koplamp door de motor met op spanning gebrachte banden en een bestuurder op het zadel, geheel loodrecht op de lengteas op een afstand van 10 meter voor een muur of een scherm te zetten. Teken een horizontale lijn ter hoogte van het midden van de koplamp en een verticale lijn op de lengtelijn van het voertuig op de muur.
  • Pagina 88: Afstellen Van Achteruitkijkspiegeltjes

    De horizontale richting van de linker koplamp past u aan met behulp van de stelschroef (1, afb. 77) die vlak achter de koplamp zit. Door de schroef met de klok mee te draaien verplaatst u de lichtbundel naar rechts, omgekeerd naar links. De verticale richting van de linker koplamp past u aan met behulp van de stelschroef (2, afb.
  • Pagina 89: Tubeless Banden

    Belangrijk De tegengewichten van de wielen niet verwijderen of verplaatsen. Opmerkingen Neem voor het vervangen van de banden contact op met een erkende Ducati dealer, zodat u er zeker van bent dat de wielen op de juiste manier worden ge(de)monteerd.
  • Pagina 90 Minimumdiepte van het loopvlak De minimumdiepte (S, afb. 79) van de groeven in het loopvlak dient op het punt met de grootste slijtage te worden gemeten: de diepte mag niet minder dan 2 mm bedragen en in elk geval niet minder dan de wettelijk, in het land waarin de motor wordt gebruikt voorgeschreven diepte.
  • Pagina 91: Controle Motoroliepeil

    Steek daarna de dop er weer op. Belangrijk Laat de olie verversen of de oliefilters vervangen door een erkende Ducati dealer op de in de onderhoudstabel in het garantieboekje voorgeschreven tijdstippen. afb. 80 Viscositeit...
  • Pagina 92: Reinigen En Vervangen Van Bougies

    Neem voor de controle en eventuele vervanging van de bougies contact op met een erkende Ducati dealer, die de kleur van de keramiek isolator van de middelste elektrode zal controleren: als de kleur egaal lichtbruin is, betekent dit dat de motor goed werkt.
  • Pagina 93: Algemene Reiniging

    Algemene reiniging Opgelet Om de metalen en gelakte delen mooi glanzend te houden, Na het wassen kan het voorkomen dat de remmen moet de motorfiets regelmatig gewassen en gereinigd minder goed werken. Smeer geen vet of olie op de worden. Hoe vaak hangt af van de manier waarop u ermee remschijven;...
  • Pagina 94: Lange Tijd Buiten Gebruik

    Voer regelmatig de eventueel voorgeschreven controles laat via de bougiezittingen een beetje olie in de cilinders uit en gebruik alleen originele Ducati reserveonderdelen, lopen en leid de motorfiets even aan de hand, zodat de in overeenstemming met de voorschriften die in de binnenwanden van een beschermlaagje worden voorzien;...
  • Pagina 95: Onderhoud

    Onderhoud Geprogrammeerd onderhoudsplan: werkzaamheden die door de dealer dienen te worden uitgevoerd km x1000 Lijst van werkzaamheden met type ingreep mijl x1000 22,5 37,5 (aantal kilometers/mijlen of tijdstip *) Maanden • • • • • • Verversing motorolie • • •...
  • Pagina 96 km x1000 Lijst van werkzaamheden met type ingreep mijl x1000 22,5 37,5 (aantal kilometers/mijlen of tijdstip *) Maanden • • Vervanging luchtfilter • • • • • Controle synchronisatie en minimum smoorklephuis (1) • • • • • • Het peil van rem- en koppelingsvloeistof controleren •...
  • Pagina 97 km x1000 Lijst van werkzaamheden met type ingreep mijl x1000 22,5 37,5 (aantal kilometers/mijlen of tijdstip *) Maanden • • • • • Controle aanhaalkoppel moer voorwiel • • • • • Controle aanhaalkoppel moer achterwiel • • • • •...
  • Pagina 98: Geprogrammeerd Onderhoudsplan: Werkzaamheden Die Door De Klant Dienen Te Worden Uitgevoerd

    Geprogrammeerd onderhoudsplan: werkzaamheden die door de klant dienen te worden uitgevoerd km x1000 Lijst van werkzaamheden met type ingreep mijl x1000 (aantal kilometers/mijlen of tijdstip *) Maanden • Controle motoroliepeil • Het peil van rem- en koppelingsvloeistof controleren • Controle bandenspanning en slijtage •...
  • Pagina 99: Technische Gegevens

    Technische gegevens Rijklaar, zonder vloeistoffen en accu: 173 kg (1098); 171 kg (1098S). Gewicht met volle lading: 390 kg. Afmetingen (mm) (afb. 82) Opgelet Gewicht Als u de motorfiets zwaarder belaadt dan de Rijklaar, zonder brandstof: voorgeschreven limietwaarden, vermindert het 188 kg (1098);...
  • Pagina 100 Tanken Type: Brandstoftank, inclusief een reservetank van Loodvrije benzine met een oorspronkelijk 15,5 dm (liter) 4 dm (liter) octaangehalte van minimaal 95 Smeercircuit SHELL - Advance Ultra 4 3,7 dm (liter) Remcircuit voor/achter en koppeling Speciale vloeistof voor hydraulische systemen —...
  • Pagina 101: Motor

    (afb. 83) Motor Desmodromisch distributieschema Viertakt met twee op 90° in de “L” lengte liggende cilinders. 1) Tuimelaar voor opening (of bovenste tuimelaar); Boring mm: 2) Afstelling bovenste tuimelaar; 3) Afstelling tuimelaar voor sluiting (of onderste tuimelaar); Slag mm: 4) Terugslagveer onderste tuimelaar; 64,7 5) Tuimelaar voor sluiting (of onderste tuimelaar);...
  • Pagina 102: Bougies

    Bougies Schijfdoorsnee: 330 mm. Merk: Hydraulisch bedieningsorgaan: hendel op rechterkant van NGK. stuur. Type: Merk remklauwen: MAR10A-J. BREMBO. Type: Voeding 34-4 zuigers. M4-34. Indirecte elektronische inspuiting MARELLI. Wrijvingsmateriaal: Doorsnee smoorklephuis: TT 2910. 60 mm. Pomptype: Inspuiters per cilinder: 1. PR18/19. Openingen voor inspuiters: 12.
  • Pagina 103: Overbrenging

    32/59. Constante aangrijping, 6 versnellingen, met pedaal op Als u de motorfiets wenst aan te passen voor speciale linkerkant. parkoersen of wedstrijden, stelt Ducati Motor Holding S.p.A. Verhouding tandwiel uitgang versnellingsbak/achterste zich beschikbaar om andere dan de seriegeleverde kroontandwiel: verhoudingen aan te geven; raadpleeg hiervoor een 15/38.
  • Pagina 104: Frame

    Frame Banden Raamwerkconstructie: buizen van staal ALS450. Stuurhoek (aan elke kant): Voor 28° 30'. “Tubeless” radiaalband. Afmetingen: 120/70-ZR17. Wielen Velgen van lichtmetaallegering met vijf Y-vormige spaken. Achter “Tubeless” radiaalband. Voor Afmetingen: Afmetingen: 190/55-ZR17. MT 3,50x17". Achter Afmetingen: MT 6,00x17". Beide wielen hebben een demonteerbare steekas.
  • Pagina 105: Ophangingen

    Verkrijgbare kleuren veerpoten. Doorsnee dragende buizen: Rood anniversary Ducati code F_473.101 (PPG); 43 mm met TIO-behandeling (1098); rood frame en zwarte velgen. 43 mm met TIN-behandeling (1098S). Slag op telescoopas: 127 mm;...
  • Pagina 106: Elektrische Installatie

    Elektrische installatie Zekeringen De hoofdzekeringendoos (1, afb. 84) bevindt zich op het Deze bestaat uit de volgende hoofdcomponenten: frame aan de linkerzijde. De zekeringen zijn toegankelijk koplamp voorkant: door eerst het deksel van de doos te halen, waarop soort lamp: 2 x H11 (12 V-55 W). montagevolgorde en stroomsterkte staan beschreven.
  • Pagina 107 GOED SLECHT afb. 84 afb. 86 afb. 85...
  • Pagina 108 Legenda bedradingschema stroom/inspuiting 31) Schakelaar neutrale stand 32) Schakelaar oliedruk 1) Rechter stuurschakelaar 33) Schakelaar stoplicht achterkant 2) Sleutelschakelaar 34) Ecu 3) Elektrische ventilator, links 35) Zekeringen 4) Elektrische ventilator, rechts 36) Schakelaar koppeling 5) Startmotor 37) Schakelaar stoplicht voorkant 6) Elektromagnetische startschakelaar 38) Linker stuurschakelaar 7) Accu...
  • Pagina 109 Overzicht kabelkleur (afb. 84 en afb. 85) Overzicht zekeringdozen B Blauw W Wit Pos. Gebruikers Sterkte V Paars Bk Zwart Key-On 10 A Y Geel R Rood Verlichting 15 A Lb Lichtblauw Gr Grijs Gebruikers 15 A G Groen Bedieningspaneel Bn Bruin O Oranje Inspuiting...
  • Pagina 110: Geheugensteuntje Voor Periodiek Onderhoud

    Geheugensteuntje voor periodiek onderhoud Naam Kilometerstand Datum Ducati Service 1000 12000 24000 36000 48000 60000...
  • Pagina 111 Ducati Motor Holding spa via Cavalieri Ducati, 3 40132 Bologna, Italia Tel. +39 051 6413111 Fax +39 051 406580 www.ducati.com...
  • Pagina 112 37 36 MODE TURN HORN DIMMER PASSING G/Bk Br BY STARTER ENGINE STOP Br BW LOCK BW Bk PARK PUSH PUSH FREE PUSH 30 A Gr/R R/Bk B/Bk R/Bk R/Bk Bk Bk 1N4007 W/Bk Y/Bk P/Bk Y/Bk Gr/R W/Bk Bn/W Bn/Bk 1 2 3 4 Bn/W...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Superbike 1098s 2006

Inhoudsopgave