Stuurgeheugen
U kunt naar Instellingen gaan vanaf de onderkant van het middendisplay en
tikken op Positieaanpassing >Bestuurdersstoel > Positiegeheugen om uw
instellingen aan te passen. Nadat u het stuur hebt aangepast, gaat u naar
Geheugen van de bestuurdersstoel en kiest u Rijden, Afwisselen of Relaxen om de
instellingen aan te passen en op te slaan in het bijbehorende gebruikersaccount.
Na gezeten te hebben op de bestuurdersstoel (met gesloten bestuurdersportier),
gaat u naar Geheugen van de bestuurdersstoel en kiest u Rijden, Afwisselen,
Relaxen of Overig waarna het stuur zich automatisch aanpast aan de laatst
opgeslagen instellingen in het overeenkomstige account.
Als u of een gemachtigde gebruiker tijdens het gebruik van het voertuig de
instellingen handmatig aanpast (bijv. de positie van het stuur), houdt u het
bijbehorende positiepictogram op het middendisplay ingedrukt om de instellingen
bij te werken, waardoor de bestaande instellingen worden overschreven naar het
overeenkomstige account.
WAARSCHUWING
•
Verstel tijdens het rijden de positie van de stoel niet. Dat zou kunnen leiden tot
een ongeval.
•
Een onjuiste positie van het stuur of een verkeerde zitpositie kan leiden tot
letsel. Zorg ervoor dat uw borstkas zich tenminste 25 centimeter van het stuur
bevindt.
VOORZORG
•
Voordat u het geheugen van de bestuurdersstoel opstart, moet u ervoor
zorgen dat het voertuig zich in een veilige omgeving in de parkeerstand
bevindt, de stoel en het stuur vrij zijn van obstakels en de achterbank onbezet
is. Verlaag ook de zithoogte en zet de hoofdsteun in de laagste stand om
beschadiging van de hemelbekleding te voorkomen.
•
Bedien tijdens het rijden geen knoppen op de geheugeninterface op het
middendisplay om de bestuurdersstoel, het stuur of de zijspiegels te verstellen
en houd rekening met uw veiligheid.
Account en geheugen
75