Vertrouw niet op de rijstrookcentrering om uw voertuig volledig tot stilstand te
brengen, ongeacht of het een stilstaand voertuig of een voertuig voor u volgt.
WAARSCHUWING
De kracht die de rijstrookcentrering op het stuur kan uitoefenen, is lager dan de
maximale stuurkracht die tijdens een normale rijstijl op het stuur wordt
uitgeoefend. Vertrouw daarom tijdens de besturing van het voertuig niet alleen op
Rijstrookcentrering. U moet altijd voorbereid zijn op het weer overnemen van de
besturing, vooral bij het nemen van bochten.
Neem de besturing onmiddellijk over in bochten, tijdens keren en het rijden op
bochtige wegen of wegen met scherpe bochten. Door de verminderde herkenning
van de rijstrookmarkeringen mag u in deze situaties niet op Rijstrookcentrering
vertrouwen.
De rijstrookassistent in- en uitschakelen
Open de Instellingen onderaan het middendisplay, tik op Rijondersteuning >
Rijondersteuningsfuncties > Rijstrookassistent om de functie in of uit te schakelen.
Wanneer u Rijstrookassistent in Instellingen inschakelt, betekent dit niet dat de
functie is ingeschakeld.
•
Middelste knop: Schakel de rijstrookassistent in of uit.
•
Knop Omhoog: De snelheid van de cruisecontrol verhogen of hervatten.
•
Knop Omlaag: De snelheid van de cruisecontrol verlagen
•
Knop Links: De volgafstand verkleinen
•
Knop Rechts: De volgafstand vergroten.
Rijhulp
280