Accu verwijderen
1.
Maaikoppeling (aftakas) uitschakelen,
parkeerrem aantrekken en contactsleutel op
"OFF" draaien om de motor te stoppen.
Contactsleutel verwijderen.
2.
Zitting naar voren klappen. Hieronder bevindt
zich de accu.
3.
Maak de minkabel (zwart) los van de accupool
(fig. 27).
4.
Schuif het rubber kapje van de pluskabel (rood)
terug over de kabel. Maak de pluskabel (rood)
los van de accupool (fig. 27).
5.
Verwijder de vleugelmoer waarmee de
accubeugels aan het chassis bevestigd zijn
(fig. 27).
6.
Accubeugel optillen en naar achteren draaien.
7.
Accu uit chassis verwijderen.
3
Figuur 27
1. Vleugelmoer
2. Accubeugel
1
2
3. Vuldop
Accu monteren
8.
Plaats de accu in het chassis (fig. 28).
9.
Accu met beugels in het chassis vastzetten.
10. Bevestig de pluskabel (rood) met behulp van de
bout en vleugelmoer aan de pluspool (+) van de
accu (fig. 28). Schuif het rubber kapje over de
pluspool heen.
11. Bevestig de minkabel (zwart) met behulp van de
bout en vleugelmoer aan de minpool (–) van de
accu (fig. 28).
2
1
Figuur 28
1. Pluskabel (rood)
2. Rubber kapje
Zuurpeil controleren
1.
Motor stoppen en zitting naar voren klappen.
Hieronder bevindt zich de accu.
2.
Cellendeksel eraf tillen om in de cellen te kijken.
Het accuzuur moet tot aan de onderkant van de
buis staan (fig. 29). Het zuurpeil mag niet tot
onder de platen zakken (fig. 29).
Onderhoud
4
3
3. Bout en vleugelmoer
4. Minkabel (zwart)
39