Gebruiksaanwijzing
MAAIEN ONDER EXTREME
OMSTANDIGHEDEN-Om het gras goed af te
maaien en fijn te maken is lucht nodig; zet de
maaihoogte dus niet te laag en zorg dat de
maaier niet helemaal door ongemaaid gras
omgeven is. Probeer altijd één zijkant van de
maaier vrij van ongemaaid gras te houden, zodat
lucht kan worden aangezogen. Bij het maaien
van de eerste baan in een ongemaaid gazon
langzamer rijden en achteruit rijden als de
maaier verstopt begint te raken.
MAAIER STOPPEN-Als u de machine terwijl
die in beweging is moet stoppen, kan er een
klont maaisel op het gazon achterblijven. Dit
kunt u als volgt voorkomen:
A. Houd de maaikoppeling ingeschakeld en
rijd naar een deel dat u al gemaaid hebt.
B. Zet de maaihoogte één of twee standen
hoger terwijl u vooruit rijdt met de
maaikoppeling ingeschakeld.
C. Koppelings- en rempedaal intrappen,
handgas op STATIONAIR en
maaidekhendel op uitgeschakeld zetten en
contactsleutel op OFF draaien.
MAAI MET DE JUISTE REGELMAAT-
Normaal gesproken maait u om de 4 tot 5 dagen.
Bedenk echter dat gras niet het hele jaar door
even snel groeit. Om dezelfde maaihoogte te
behouden, wat een goede gewoonte is, in het
vroege voorjaar vaker maaien. Als de
groeisnelheid in de zomer afneemt, maait u elke
8 tot 10 dagen. Als u langere tijd niet hebt
kunnen maaien, maait u eerst op een hoge
maaihoogte. Maai 2 tot 3 dagen later op een
lagere maaihoogte.
Maai steeds in wisselende richtingen. Hierdoor
wordt het gemaaide gras beter over het gazon
verspreid en vindt een betere bemesting plaats.
ZIJAFVOER OF GRASVANGER-Om de
zijafvoer of grasvanger te gebruiken, de motor
stoppen en wachten tot alle bewegende delen tot
stilstand zijn gekomen. Vleugelmoer waarmee
28
zijafvoerafsluiter aan maaierhuis bevestigd is
verwijderen. NOOIT DE GRASGELEIDER
VAN HET MAAIERHUIS VERWIJDEREN.
MOGELIJK GEVAAR
Zonder aangebrachte grasgeleider,
zijafvoerafsluiter of complete grasvanger
kunnen u of anderen in aanraking met het
maaimes of uitgeworpen voorwerpen
komen.
WAT ER KAN GEBEUREN
Contact met draaiende maaimes(sen) en
uitgeworpen voorwerpen kan (mogelijk
fataal) letsel veroorzaken.
GEVAARLIJKE SITUATIES
VOORKOMEN
NOOIT de grasgeleider van de maaier
verwijderen, omdat die het materiaal naar
de grond gericht afvoert. Een beschadigde
grasgeleider direct vervangen.
Nooit handen of voeten onder de maaier
steken.
Voordat u afvoeropening of maaimessen
gaat reinigen, eerst de maaidekhendel
(aftakas) op UITGESCHAKELD zetten en
contactsleutel in stand "OFF" draaien.
Contactsleutel verwijderen en bougiekabel
van de bougie(s) trekken.
Door zijn speciale functies maakt de Recycler het
maaisel kleiner, zodat een grotere hoeveelheid
maaisel direct in het gras wordt geïnjecteerd en
minder maaisel met behulp van een grasvanger
behoeft te worden afgevoerd.
NB.:
Als de grasvanger vol is, begint de
maaier het maaisel in het gras te
injecteren.
Als het uiterlijk van het gazon na het maaien niet
bevredigend is, kunt u één van de volgende remedies
uitproberen:
Slijp het mes.
Stel de maaier in op een hogere maaihoogte.