Onderhoud
5.
Luchtfilter zorgvuldig reinigen om te voorkomen
dat vuil de carburateur binnendringt. Papieren
patroon afnemen en wegwerpen.
6.
Een nieuwe papieren patroon in luchtfilter
zetten. Luchtfilter weer monteren.
Belangrijk: Oplosmiddelen op basis van
aardolie, zoals petroleum, mogen
niet gebruikt worden voor het
reinigen van het papieren
filterelement. Deze kunnen
verslechtering van het element
veroorzaken. ELEMENT NIET
OLIËN. GEEN PERSLUCHT
GEBRUIKEN VOOR REINIGEN
VAN ELEMENT.
Belangrijk: Motor nooit laten lopen zonder dat
luchtfilter op zijn plaats zit, daar
anders de motor beschadigd kan
worden.
Motorolie
Onderhoudsinterval/Specificatie
Olie verversen:
Na de eerste 5 bedrijfsuren.
Na elke 25 bedrijfsuren.
NB.:
De motorolie moet vaker worden
ververst bij gebruik in zeer stoffige of
vuile omstandigheden.
32
Type olie: detergente olie (API-klasse SF, SG of SH)
Carterinhoud: 1,4 l (48 oz.)
Viscositeit: zie onderstaande tabel
GEBRUIK OLIESOORTEN MET DEZE
SAE-VISCOSITEIT
–20
0
20
40
F
–30
–20
–10
0
C
Motoroliepeil controleren
1.
Parkeer de machine op een vlakke en horizontale
ondergrond. Maaikoppeling (aftakas)
uitschakelen, parkeerrem in werking stellen en
contactsleutel in de stand "OFF" draaien om de
motor af te zetten. Contactsleutel verwijderen.
2.
Maak de omgeving van de peilstok (fig. 16)
schoon, zodat er geen vuil in de peilstokbuis kan
komen, waardoor de motor beschadigd zou
kunnen worden.
3.
Oliepeilstok eruit draaien en het metalen uiteinde
schoonvegen (fig. 16).
4.
Peilstok helemaal in vulopening draaien;
opnieuw verwijderen en oliepeil op peilstok
controleren. Als het te laag is, slechts genoeg
olie bijvullen totdat het peil tot aan het FULL
streepje staat. Niet overvullen; dit kan de motor
beschadigen.
60
80
100
10
20
30
40