Inhoudsopgave
Advertenties
31.2 Leegmaken
van het ontsmettingsapparaat
Het ontsmettingsapparaat
kan men leeg maken
door
eerst
de rubber
roerderas
(fig.
100/3)
recht te zetten.
Daarna
de ringbouten
los te draaien
en het apparaat
rond de
steunpunten
aan de zaadkast
omkeren.
De resten van het ontsmettingsmiddel
vallen dan
in het deksel
van het ontsmettingsapparaat
(fig. 100/4).
Door het deksel
af te nemen
kunnen de resten eenvoudig
verwijdert
worden.
31.3 Kontrole
mogelijkheden
Het is nodig,
wanneer
men nauwkeurig
met het ontsmettingsapparaat
wil werken,
om
de onderstaande
kontrole
uit te voeren:
a) Kontrole
van het soortelijk
gewicht
Het soortelijk
gewicht
van het kwikzilvervrije
ontsmettingsmiddel
kan heel goed van
dt? In de tabel opgegeven
middelwaarden
afwijken.
Op deze grond
is een kontrole
van het soortelijk
gewicht
aan te bevelen.
Wijken
de soortelijke
gewichten
van het
gemeten
middel
af van de s. g. in cle tabel. dan dient men de instelwaarden
aan te
passen.
In een litermaat
wordt
het gewicht
van 1 liter van het ontsmettingsmiddel
gewogen.
Is het gewogene
b. v. 10 '/o lichter dan het in de tabel opgegeven
gewicht,
dan moet de hoeveelheid
in tegenstelling
tot de opgaven
in de tabel,
met 10 "/o
verhoogt
worden door de instelling
te veranderen,
b. v. van A2 op A3.
Een wijzrging
van de instelling
aan de kruk (fig 9913) van het ontsmettingsapparaat
door een ander getal, b. v. van A2 op A3 of van A8 op Bi, geeft een meer- of minder-
doserinq
van het ontsmettingsmiddel
van ca. 10 "/o.
ßij de beide boven aangegeven
voorbeelderi
wordt de ontsmettingsmiddelhoeveelheid
met 10 '/o vergroot.
Wordt
een instelling
met een lager getal aan de kruk gekozen,
dan vermrndert
de ingestelde
hoeveelheid
met 10 '/a.
b) Afdraaiproef
voor het ontsmettingsmiddel
De grootste
nauwkeurigheid
bij de ontsmetting
van het zaad verkrijgt
men door een
afdraaiproef.
Hiervoor
moet de grote zaadtrechter
leeg zijn. Door enige omwentelingen
met de afdraaislinger
is te controleren
of uit alle doseerhuizen
ontsmettingsmiddel
valt. Danrna worden de doseerhuizen
door de afsluitplaten
(fig. lOO/l) afgesloten.
Men drnait nu met de slinger
eenzelfde
aantal omwentelingen
als bij de afdraaiproef
voor granen.
Hierdoor
valt ontsmettingsmiddel
op de afsluitplaten
onder
de doseer-
hurzen.
De afsluitplaten
(fig. iOO/l) worden
nu voorzichtig
weggeschoven.
Hierbij er op letten
dat geen ontsmettingsmiddel
gemorst
wordt.
Daarna
het ontsmettingsmiddel
op een
stuk panier schudden
en met een briefweger
wegen.
Van de afdraaiproef
voor granen
is de afgedraaide
hoeveelheid
reeds bekend.
De
hierbij
gewenste
hoeveelheid
ontsmettingsmiddel,
die volgens
de afdraaiproef
bij
goede instelling
van het ontsmettingsapparaat
nodig is, kan men als volgt berekenen:
150 gram ontsmettingsmiddel
op 100 kg graan betekent
b. v. 4,5 gram ontsmettings-
middel per 1 kg graan.
Heeft de afdraaiproef
nu b. v. 5 kg graan opgeleverd,
dan moet de afdraaiproef
van
het ontsmettingsmiddel
5 x 1,5 gram 1~~ 7,5 gram ontsmettingsmiddel
opleveren.
De hoeveelheidsinstelling
kan men korrigeren zoals eerder is beschreven door de
krukstang
(fig. 99/1) te verstellen.
77
Advertenties
Inhoudsopgave
