3.6 De afdraaiproef
Door een ,,afdraaiproef"
uit te voeren
is te controleren
of de gewenste
zaaihoeveefheid
per hektare, ook tijdens het zaaien op het land wordt uitgebracht.
Daarvoor
dienen eerst de drie basis-instellingen,
zie punt 3.5, ,,Het instellen
van de zaai-
hoeveelheid",
aan de hand van de zaaitabel
te worden uitgevoerd:
a) instellen van het hendel aan de aandrijfkast
b) instellen
van de blokkeerschuiven
c) instellen
van de bodemkleppen.
Het is aan te bevelen om de zaadkast
slechts tot de helft te vullen tijdens
het afdraaien,
daar men dan de afdraaislinger
gemakkelijker
kan draaien
dan met een volle zaadkast.
Om de ,.afdraaiproef"
uit te voeren
wordt
de uitloop-trechterbalk
(fig. 22/1)
in de
middelste
positie
gebracht.
Daartoe
de veerbelaste
vergrendeling
(fig. 22/2)
rechts en
links er uit trekken,
de trechterbalk
laten zakken
en in de gewenste
positie
brengen.
De veerbelaste
vergrendeling
(fig. 22/2) links en rechts neemt automatisch
de midden-
positie weer in en de trechterbalk
(fig. 22/1) is dan vergrendeld.
De trechterbalk
(fig. 22/1)
kan door hoogte
verstelling
(fig. 22/3) aan de zijkanten
van
de machine, in 3 standen worden aangebracht:
.- bovenste stand van de trechterbalk:
gedurende
het zaaien
.- middelste
stand van de trechterbalk:
gedurende
het afdraaien
.- onderste
stand
van de trechterbalk:
gedurende
het leegmaken
van de zaadkast,
>'^_
en voor oe afdraarproef
I~UIWI in de middeiste
stand
du afdraaigoot
ZQ vol is met
zaad, dat het in aanraking
komt met de zaaihuizen.
De afdraaigoot
(fig. 23/1)
boven
de trec:hterbalk
(fig. 23/2)
leggen.
Daarna
de zaai-
machine
met de traktor
zover oplichten
totdat
de wielen
vrij kunnen
draaien
(fig. 24).
De afdraaislrnger
(fig.
24/1)
in het vierkante
gat
in het
rechtse
wie1 steken.
De
afdraaislinger
dient
naast
het afdraaien
ook voor
het verstellen
van de schaardruk,
met behulp van een draadspindel.
De slinger
heeft een plaats aan de linker buitenkant
van de machine,
naast de draadspindel,
en is dus gemakkelijk
te bereiken
voor gebruik.
Nu met afdraaislinger
(fig. 24/1) het rechtse machinewiel
enige keren rechtsom
draaien,
totdat er zaad uit de zaaihuisjes
(fig. 24/2) valt in de afdraaigoten.
Pas dan hebben
alle
zaairaden
zieh met zaad gevuld.
Nu eerst de afdraaigoten
(fig. 23/1)
weer leeggieten
in de zaadkast.
De zaaimachines
D8 SPECIAL
hebben extra korte afdraaigoten.
Daardoor
is het gemak-
kelijk om het zaad af te tappen
om ergens
anders
in te gieten,
zonder
dat het extra
wordt geschud, waardoor
het ontsmettingsmiddel
eraf zou kunnen slijten.
De ,,afdraaiproef"
kan nu beginnen
17