GEBRUIK VAN DE HOOGWERKER
WERK-/TRANSPORTSTAND
Altijd de kleuren van de pijlen op het chassis raadplegen en op het bedieningspaneel in de mand alvorens met de hoogwerker te rijden en deze te besturen,
De hoogwerker heeft twee standen. De transportstand en de werkstand.
- De bovenwagen moet vergrendeld zijn (
TRANSPORTSTAND
De bovenwagen en de mand moeten in neutrale positie staan om met de hoogwerker in snelheid HAAS te rijden.
De hoogwerker is in transportstand als de hoofarm volledig is neergelaten en als de uitschuifbare arm volledig is ingetrokken,
de slingerarm al dan niet geheven, de bovenwagen en de mand kunnen al dan niet gedraaid zijn.
De bovenwagen en de mand zijn in neutrale positie als de hoofdarm en de mand parallel staan met het chassis van de
hoogwerker met het platform tussen de twee achterwielen.
Vooruitrijden, achteruit rijden, voor, achter, links, rechts zijn als volgt gedefinieerd:
- Zet de machine in transportstand, de bovenwagen en de mand in neutrale stand.
- De opererator bevindt zich in de mand en kijkt in de richting van de voorwielen.
De transportpositie laat toe om te rijden in snelheid SCHILDPAD, HELLING of HAAS, het hellingsalarm is inactief en het
overbelastingsalarm is actief.
OPMERKING: Gebruik de snelheid HELLING (trage snelheid met vol vermogen) om een steile helling te nemen, zich te
verplaatsen over zeer oneffen terrein of om op of van laadplatforms van een transportwagen te rijden.
WERKSTAND
Alle verplaatsingen op oneffen terreinen, op instabiele grond, op hellingen die steiler zijn dan de toegelaten helling
(
KENMERKEN) of alle andere omstandigheden die de hoogwerker kunnen doen kantelen of uit evenwicht kunnen brengen, zijn VERBODEN.
De hoogwerker is in werkstand als de hoofdarm niet volledig is neergelaten en/of de uitschuifbare arm niet volledig is
ingetrokken.
De werkstand laat alleen toe om te rijden in de snelheid "Werkstand", het hellingsalarm en het overbelastingsalarm zijn
geactiveerd.
BELANGRIJK
BEDIENINGSPANEEL EN VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN IN DE MAND.
VEILIGHEIDSBESTANDDELEN: VERGRENDELPEN VAN DE BOVENWAGEN).
BELANGRIJK
ACHTER
BELANGRIJK
2 - 54
LINKS
VOOR
RECHTS