De volgende gegevens kunnen worden bewerkt:
Celnaam / locatie
Aan de hand van deze naam kan het basisstation eenvoudiger in de logische en ruimtelijke
structuur van het DECT-netwerk worden toegewezen.
¤
Voer in het tekstveld een duidelijke naam of beschrijving voor het basisstation in. Waarde:
max. 32 tekens
IP-adrestype
Het IP-adrestype wordt gekopieerd uit de instelling voor de DECT-Manager op pagina Netwerk
– IP/LAN (
pag. 24). U kunt het IP-adrestype wijzigen. De instellingen voor de DECT-Manager
en de basisstations hoeven niet overeen te komen. Zo zou bijvoorbeeld de DECT-Manager een
vast IP-adres kunnen hebben zodat de toegang tot de webconfigurator altijd via hetzelfde adres
verloopt, terwijl de IP-adressen van de basisstations dynamisch worden toegewezen.
¤
Selecteer in het optiemenu het gewenste IP-adrestype.
Als het IP-adrestype Statisch is, moet u het IP-adres invoeren.
IP-adres
¤
Voer een IP-adres in voor het basisstation in.
TX-vermogen met 8dB verlagen voor gebruik van externe antenne
Het zendvermogen van de externe antennes kan verminderd worden. Dit kan nodig zijn als het
toestel van externe antennes is voorzien en voldaan moet worden aan emissievoorschriften.
¤
Klik op Ja/Nee om te selecteren of het zendvermogen met 8 dB moet worden gereduceerd
of niet.
Basisstation inschakelen/uitschakelen
Een basisstation moet ingeschakeld zijn om de oproepen voor de aangemelde handsets te
kunnen beheren. Als het basisstation uitgeschakeld is, kunnen geen handset meer worden
verbonden. Het basisstation blijft echter vermeld in de lijst met aangesloten basisstations.
¤
Selecteer Ja/Nee om het basisstation in of uit te schakelen.
Zorg ervoor dat het basisstation dat u wilt uitschakelen niet synchronisatie-level 1
heeft. Controleer de synchronisatie-instellingen voordat u een basisstation uitscha-
kelt. Als u dit niet doet, loopt u het risico dat uw systeem niet meer goed functio-
neert. Wanneer u het systeem van klein naar middel omzet, wordt het basisstation
in de Intergrator/DECT manager automatisch uitgeschakeld.
Een basisstation toevoegen aan de lijst met verbonden basisstations
¤
Klik op Bevestigen
Basisstation wissen
¤
Klik op Basisstation wissen
station wordt weer weergegeven in de lijst met niet verbonden basisstations.
Basisstation opnieuw starten
¤
Klik op Basisstation opnieuw opstarten
opnieuw gestart. Alle bestaande gesprekken die door het basisstation werden beheerd,
worden beëindigd.
Bevestig met Ja . . . het basisstation wordt gewist. Het basis-
Bevestig met Ja . . . het basisstation wordt
Basisstations
41