Onderhoud: Zoetwatersysteem
2
D1-20, D1-30 & D2-40
34
1
3
D1-13
3
2
Koelmiddel. Aftappen
Plaats een geschikte opvangbak onder de aftapplug (1)
van de motor en onder de aftapkraan (2) van de warmte-
wisselaar. Verwijder de vuldop op de warmtewisselaar
om de koelvloeistof er sneller uit te laten stromen. Open
de aftapplug (1) en de aftapkraan (2) en tap alle koel-
vloeistof af. Voordat er nieuwe koelvloeistof wordt
ingedaan, de warmtewisselaar reinigen overeenkomstig
de volgende paragrafen.
Opmerking: Lever het oude koelmiddel in bij een
speciaal afvaldepot.
Warmtewisselaar. Reinigen
Door aankoeking in de warmtewisselaar nemen de
koelprestaties geleidelijk af. Om deze reden moet de
warmtewisselaar worden doorgespoeld wanneer het
koelmiddel wordt vervangen.
1. Tap het koelmiddel op de bovenstaande wijze af.
2. Steek een slang in de vulpijp op (3) de warmte-
wisselaar. Spoel met vers water tot het water dat
uit de aftapkraan en het motorblok stroomt schoon
is. Laat al het water eruit lopen.
3. Sluit de aftapkraan en de aftapplug. Vul koel-
vloeistof bij tot het juiste niveau. Zet de vuldop
terug.