Figuur 48
1. Brandstoftankdop
Onderhoud van het
brandstoffilter
Brandstoffilter vervangen
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren/Jaarlijks
(houd hierbij de kortste periode aan)
Na verwijdering mag u nooit een vuil filter opnieuw aan
de brandstofslang monteren.
Opmerking: Noteer hoe het brandstoffilter was
geplaatst om het nieuwe filter correct te kunnen plaatsen.
Opmerking: Neem eventueel gemorste brandstof op.
1. Schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in
werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
3. Sluit de brandstofafsluitklep.
4. Druk de uiteinden van de slangklemmen naar elkaar
toe en schuif ze weg van het filter (Figuur 49).
1. Slangklem
2. Brandstofslang
5. Trek het filter uit de brandstofslangen.
6. Monteer een nieuw filter en schuif de slangklemmen
terug tot dicht bij het filter.
7. Open de brandstofafsluitklep.
8. Controleer op lekken en repareer deze indien nodig.
9. Neem eventueel gemorste brandstof op.
37
Figuur 49
3. Filter