verliezen en de kans bestaat dat de machine van de
zijkant van de hellingbaan afrijdt.
U mag de snelheid niet abrupt verhogen als u de
machine de hellingbaan oprijdt en ook niet abrupt
verlagen als u de machine de hellingbaan afrijdt. In
beide gevallen bestaat de kans dat de machine dan
achteroverkiept.
Als een machine wordt geladen op een
aanhanger of een vrachtwagen, wordt de kans
vergroot dat de machine achterover kiept.
Dit kan ernstig lichamelijk letsel of de dood
veroorzaken.
• Ga zeer voorzichtig te werk als u een
machine een hellingbaan op-/afrijdt.
• Gebruik een enkele hellingbaan die de volle
breedte van de machine beslaat. Gebruik
geen afzonderlijke oprijplaten voor elke kant
van de machine.
• Als u afzonderlijke oprijplaten moet
gebruiken, plaats dan voldoende oprijplaten
zodat u een hellingbaan heeft met een
ononderbroken oppervlak dat breder is dan
de machine.
• Zorg ervoor dat de hoek tussen de
hellingbaan en de grond of tussen de
hellingbaan en de aanhanger of vrachtwagen
niet groter is dan 20 graden.
• U mag de snelheid niet abrupt verhogen als
u de machine de hellingbaan oprijdt omdat
anders de machine achterover kan kiepen.
• U mag de snelheid niet abrupt verlagen als
u de machine de hellingbaan afrijdt omdat
de machine dan achterover kan kiepen.
1. Aanhanger
2. Hellingbaan
Het gras zijwaarts afvoeren of
mulchen
Deze maaier is uitgerust met een scharnierende
grasgeleider, die het maaisel zijwaarts en omlaag naar
het gazon afvoert.
Zonder aangebrachte grasgeleider,
uitworpafsluiter of complete grasvanger
kunnen u of anderen in aanraking met het
maaimes of uitgeworpen voorwerpen komen.
Contact met het draaiende maaimes en
uitgeworpen voorwerpen kan lichamelijk of
dodelijk letsel veroorzaken.
• Verwijder de grasgeleider nooit van het
maaidek omdat hiermee het maaisel wordt
afgevoerd naar het gazon. Een beschadigde
grasgeleider moet direct worden vervangen.
• Steek nooit handen of voeten onder het
maaidek.
• Probeer nooit de uitwerpzone of de
maaibladen te reinigen zonder eerst de
beugel vrij te zetten en de aftakas uit te
schakelen. Draai het contactsleuteltje op
UIT. Verwijder verder het contactsleuteltje
en trek de bougiekabel(s) van de bougie(s).
24
Figuur 25
3. Niet groter dan 20 graden
4. Hellingbaan – zijaanzicht