Figuur 23
1. Omloopventiel van de pomp
3. Zet de parkeerrem vrij.
4. Duw de machine naar de gewenste locatie.
5. Stel de parkeerrem in werking.
6. Sluit de omloopventielen, maar draai deze niet te
vast.
Belangrijk: Start of bedien de machine niet
terwijl de omloopkleppen geopend zijn. Dit
kan schade aan het systeem veroorzaken.
Transport van de machine
Gebruik een aanhanger of vrachtwagen voor zwaar
vervoer om de machine te transporteren. Zorg ervoor
dat de aanhanger of vrachtwacht is voorzien van
alle benodigde remmen, verlichting en aanduidingen
die wettelijk vereist zijn. Lees aandachtig alle
veiligheidsinstructies. Met behulp van deze informatie
kunt u letsel van uw gezinsleden, omstanders, dieren
en uzelf voorkomen.
De machine transporteren:
1. Breng het platform van de machine omhoog
voordat u de machine de aanhanger of de
vrachtwagen oprijdt.
2. Als u een aanhanger gebruikt, bevestig deze dan aan
het sleepvoertuig en sluit de veiligheidskettingen
aan.
3. Sluit indien van toepassing de remmen van de
aanhanger aan.
4. Laad de machine op de aanhanger of de
vrachtwagen.
5. Zet de motor af, verwijder het sleuteltje, stel de rem
in werking en sluit de brandstofklep.
6. Gebruik de metalen bindogen op de machine om
de machine goed te bevestigen op de aanhangwagen
of de vrachtwagen met banden, kettingen, kabels
of touwen (Figuur 24).
1. Bindogen tractie-eenheid
Machine inladen
Ga zeer voorzichtig te werk als u een maaimachine
op een aanhanger of een vrachtwagen laadt. Wij
adviseren u gebruik te maken van een hellingbaan die
de volle breedte van de machine beslaat en zo breed
is dat deze uitsteekt voorbij de achterwielen in plaats
van afzonderlijke oprijplaten voor elke kant van de
maaimachine (Figuur 25). Het lagere achterdeel van het
frame steekt tussen de achterwielen naar achteren uit
en moet voorkomen dat de machine achterover kiept.
Een hellingbaan die zich over de volle breedte uitstrekt,
geeft de onderdelen van het frame een oppervlak
dat steun biedt als de machine achterover dreigt te
kiepen. Als het niet mogelijk is een brede hellingbaan te
gebruiken, moet u voldoende afzonderlijke oprijplaten
gebruiken om een complete hellingbaan afdoende te
kunnen vervangen.
De hellingbaan moet zo lang zijn dat de hoek van de
hellingbaan met de grond niet groter is dan 20 graden
(Figuur 25). Een steilere hoek kan ertoe leiden dat
onderdelen van het maaidek blijven haken als de
machine van de hellingbaan naar de aanhanger of de
vrachtwagen rolt. Steilere hoeken kunnen ook tot
gevolg hebben dat de machine achteroverkiept. Als u
de machine inlaadt op of in de nabijheid van een helling,
moet u de aanhanger of vrachtwagen zo plaatsen
dat deze lager op de helling staat en de hellingbaan
hoger op de helling. Hierdoor wordt de hoek die de
hellingbaan maakt, zo klein mogelijk. De aanhanger of
de vrachtwagen moet zo horizontaal mogelijk staan.
Belangrijk: Probeer de machine niet te keren als
deze op de hellingbaan staat; u kunt de controle
23
Figuur 24