Gebruik altijd de snelle stand als u het maaidek
inschakelt met de aftakasschakelaar.
Figuur 10
De choke bedienen
Gebruik de choke om een koude motor te starten.
1. Gebruik de choke om de motor te starten als deze
koud is.
2. Trek de knop van de choke omhoog om deze in te
schakelen voordat u de contactschakelaar inschakelt
(Figuur 11).
3. Druk de choke omlaag om deze weer uit te
schakelen nadat de motor is gestart (Figuur 11).
1
2
Figuur 11
1. AAN
De contactschakelaar
bedienen
1. Draai het contactsleuteltje naar de stand Start
(Figuur 12). Laat het sleuteltje los zodra de motor
aanslaat.
G008946
G008959
2. UIT
Belangrijk: Stel de startmotor telkens niet
langer dan 5 seconden in werking. Als de
motor niet wil starten, moet u na elke poging
de motor 15 seconden laten afkoelen. Indien u
deze instructies niet opvolgt, kan de startmotor
doorbranden.
Opmerking: Er kunnen meerdere startpogingen
nodig zijn als u de motor voor de eerste keer
start nadat er helemaal geen brandstof in het
brandstofsysteem heeft gezeten.
2. Draai het contactsleuteltje op UIT om de motor
af te zetten.
De toerenregelaar gebruiken
Deze machine is voorzien van een toerenregelaar
waarmee de snelheid van de machine kan worden
ingesteld. Het toerental kan worden ingesteld op
de door de gebruiker gewenste snelheid. Er wordt
aangeraden om nieuwe gebruikers de laagste snelheid te
laten gebruiken.
1. Zet de toerenregelaar in op de gewenste snelheid.
2. Beweeg de rijhendel om de machine te laten rijden.
De rijhendels kunnen naar voren worden geduwd
tot de voorste referentiebalk terwijl de snelheid van
de machine wordt geregeld door de toerenregelaar.
17
G008947
Figuur 12