Inhoudsopgave
Advertenties
INSTRUMENTEN
EN
Snelh
eidsmeter
De
snelheidsmeter,
die
de
snelhe;d
in
km/h
aangee{t
en
tevens
e3n
totaal-
en
dagteller heeft,
wordt
aangedreven
door een
{lexibele kabel vanuit
de
versne
llingsbak.
De
dagtell'er
kan weer
op de
nul-
sta
nd
gebracht
word:n door de
knop
onder
het
instrumentenbord
linksom
te
draaien,
Brandstolm
eter
Dit
ís een
electrísche
meter,
die
met
behulp
van de
variabele weerstand
in
de
brandstoftank,
bij
benadering
de
hoeveelheid aanwezige brandsto{
aan-
gee{t,
De
meter
werkt
alleen,
indien
de
contactschakelaar
op,,aan"
staat,
Temperatu urmeter
Een
voeler
is door
middel
van
een
capillaire
buis met
de
meter
op
het
instrumentenbord
verbonden,
Deze
geeft
de
temperatuur
van
het
koel-
water
in
de
waterpomp
aan,
Dc
schaa
lverdeIing
loopt
van
40"
C'
tot
100'
C.
De
bedrijfstemperatuur
ligt
tussen
Ó5"
en
75"
C.
Vacuummeter
Deze
meter gee{t
de onderdruk
in
de
vacuumtank
aan,
Bij
stationnair
toe-
rental moet het
vacuum
rninimaal
C,ó kg/cm2 bedragen,
bij
hogere
toe-
renta
llen 0,8
kg/cm2.
Na
driemaal intrappen
van
het
rem-
pedaa
I
mag
het
vacu
u
m
slechts
te-
ruggelopen
ziln
tot
0,4
kg/cm2,
L
u
chtdru
kmeter
ln
pla'ats
van
de
vacuummeter
kan
een
luchtdrukmeter gemonteerd
zijn,
Deze geeft zowel
de
tankdruk als
de
BEDIENINGSORGANEN
remdruk aan;
de
eerste met een witte
wilzer, de tweede met een
rode
wijzer,
De
tankdruk
moet
tussen
de 4,8
en
5,3
kg/cm2
liggen
en
mag
tijdens
het
remmen
niet
meer dan 0,3
kg/cmz
per
rempedaalslag
dalen.
Gecombineerde
contact-
lichtschakelaar
Bij
afgezette contact
enio{
lichtscha-
kelaar ziln nog
ingeschakeld
bij
de
B-serie:
richtingaanwijzers,
ruiten-
vrissers,
stoplicht
en
claxon;
bij
de
overige series
alleen
de
claxon,
H
ierbij is de
contactsleutel
geheel
uiigenomen
of
slechts
gedeeltelilk
in-
gestoken
,
Wa
n
neer
de
sleutel
vol-
ledig
is
ingedrukt, staat
de
contact-
schakelaar,,aan", waarbil
de
brand-
stofmeter
en de
controlelampjes
even-
eens
ingeschakeld
zi1n,
De
gedeeltelilk
ingestoken
o{
geheel
inged
ru
kte sleutel
ka
n
boven
d
ien
verdraa
id
worden
(rechtsom)
waar-
door
de
stadslichten
(stand
1)
o{
de
hoofdverlichting
(stand
2)
worden
in-
geschakeld,
De
aansluiting
van
de
stadslichten
is
zodanig,
dat
deze
ook
bliiven
branden wanneer
de
hoofd-
verlichting
ingeschakeld wordi,
Daardoor
heeft men
bij
een
storing
in
de
hoofdverlichting biiv, een
door-
gebrande
dimgloeidraad,
steeds
de
besch
ikking over twee, voor
een
tegen
I
igger
zichtbare
lamPen.
De
instrumentenverlichting
brandt
te-
gelilk
met
de
stadslichten,
Gedimd
of
groot licht wordt
d.m,v,
een
voetscha kelaa
r
gekozen,
Met
in-
geschakelde
verlichting
b,v,
tijdens
parkeren,
kan
men
de
contactsleutel
uitnemen,
waarbil
dus de
contact-
schakelaar
en de
instrumenten
zijn
uitgeschakeld
en
waarbil
de
verlich-
13
Advertenties
Inhoudsopgave
