COMMON SETTINGS (standaard instell.)
2. ERROR TONE
(foutsignaal)
3. TX JOB DONE TONE
(signaal TX taak klaar)
4. RX JOB DONE TONE
(signaal RX-taak klaar)
5. SCAN DONE TONE
(signaal scan klaar)
6. PRINT DONE TONE
(signaal afdrukken
klaar)
4. TONER SAVER MODE
(tonerbesparing)
5. PRINTER DENSITY
(printerdensiteit)
Er klinkt een pieptoon als zich een fout voordoet,
bijvoorbeeld een papierstoring.
– ON (aan)(1-3)
– OFF (uit)
Er klinkt een pieptoon als een document wordt verzonden.
– ERROR ONLY (1-3) (alleen fout)
– OFF (uit)
– ON (aan)(1-3)
Er klinkt een pieptoon als een document wordt ontvangen.
– ERROR ONLY (1-3) (alleen fout)
– OFF (uit)
– ON (aan)(1-3)
Er klinkt een pieptoon als het scannen is voltooid.
– ERROR ONLY (1-3) (alleen fout)
– OFF (uit)
– ON (aan)(1-3)
Er klinkt een pieptoon als het afdrukken is voltooid.
– ERROR ONLY (1-3) (alleen fout)
– OFF (uit)
– ON (aan)(1-3)
Hiermee bepaalt u of op het verbruik van toner wordt
bespaard.
– OFF (uit)
– ON (aan)
Hiermee berekent u de contrastniveaus opnieuw als de
afbeelding in het document afwijkt van de afgedrukte versie.
(1-9)
14-6