Verwarming
1
1
Draaiknop voor de temperatuurregeling
2
Draaischakelaar voor het instellen van de
ventilator
3
Draaiknop voor het instellen van de blaas-
mondstanden op voorruitverwarming
Bedieningselementen
• Draaiknop (3) voor het instellen van de
blaasmondstanden op voorruitverwarming
• Draaiknop (1) voor de temperatuurregeling
• Draaischakelaar (2) voor het instellen van
de ventilator
• Ventilatieopeningen (4) in de cabine
Ventilatie inschakelen
Draai de schakelaar (2) in schakelaarstand
"1".
De ventilator wordt ingeschakeld.
Er zijn drie luchtstroominstellingen mogelijk.
Voorruitverwarming
Voor maximale voorruitverwarming:
• Draaiknop (1) helemaal naar rechts (warm)
• Draaiknop (3) helemaal naar rechts (voor-
ruitverwarming)
Bedieningshandleiding – 386 801 1509 NL – 05/2014
2
Gebruik
Speciale uitrusting
3
e3871134a
111
4