4
Logica (MCU)
4.4 De Sessienavigator
4.4
De Sessienavigator
De Session Navigator biedt snelle navigatie en sessiebediening. Elke knop
verandert de functies van de drukknop-encoder en de knoppen Volgende en
Vorige aan beide kanten.
1
2
3
1. Kanaal. Encoder- en navigatieknoppenbediening verplaatst de
huidige bank met één kanaal.
2. Meester. Encoder bestuurt het masterniveau.
3. Zoomen. Navigatieknoppen regelen verticaal zoomen. Door op en te drukken
Door de Macro-knop ingedrukt te houden met de navigatieknoppen regelt u het verticale
zoomen alleen voor de geselecteerde track. Als u de Macro-knop ingedrukt houdt terwijl
u aan de encoder draait, wordt de trackhoogte gereset.
Als u de linker Shift-knop ingedrukt houdt in de zoommodus, kunt u de encoder- en navigatieknoppen als
volgt gebruiken als computerpijltoetsemulaties:
• Vorige. Pijltje omhoog.
• Volgende. Pijl naar beneden.
• Draai de encoder rechtsom. Rechter pijl.
• Draai de encoder tegen de klok in. Linker pijl.
4. Klik. Schakelt de metronoom in. Druk op de linker Shift-knop met de klikknop
om zowel de externe synchronisatiemodus als de verzending van MMC te activeren of deactiveren.
5. Bladeren. Druk één keer om de huidige afspeelpositie één maat vooruit te
zetten. Druk een tweede keer om te schrobben. Terwijl het schrobben actief
is, knippert de Scroll-knop.
Houd de Loop-knop in de Transporter ingedrukt om de Encoder te gebruiken om een
loop-bereik in te stellen, beginnend vanaf de huidige afspeelpositie.
6. Sectie. Encoder selecteert de volgende of vorige regio. De knoppen voor navigatie en
terugspoelen/vooruitspoelen regelen het verschuiven van regio's.
7. Bank. Encoder- en navigatieknoppen selecteren de volgende of vorige bank.
Als u de Macro-knop ingedrukt houdt en de encoder met de klok mee draait, springt u naar de
laatste reeks kanalen in uw project. Als u de encoder tegen de klok in draait, springt u naar de
eerste reeks kanalen in uw project.
8. Markering. Encoder verplaatst de afspeelpositie naar voren of naar achteren in de tijdlijn.
Navigatieknoppen bewegen door markeringen. Houd de Marker-knop ingedrukt om de
tijdelijke marker-modus te activeren en gebruik de krabbelstroken om een selectie te maken. Houd
de linker Shift-knop ingedrukt met de Marker-knop om de Grote Marker-modus in te schakelen
en te vergrendelen. Zie paragraaf 4.4.2 voor details.
FaderPort® meerkanaals productiecontrollers
4
5
6
7
Gebruikershandleiding
8
29