Inbedrijfstelling (instellingen/opties in de aandrijving)
11.3.
Mechanische standaanwijzing via pijlmarkering op deksel (niet zelfinstellend)
Instelelementen
11.3.1.
Mechanische standaanwijzing instellen
11.3.2.
Overbrengingsverhouding van het tandwielkastje controleren/instellen
72
SA 07.2 – SA 16.2/SAR 07.2 – SAR 16.2 Meld- en stuureenheid: elektronisch (MWG)
Afbeelding 77: Mechanische standaanwijzing via pijlmarkering
De mechanische standaanwijzing toont de stand van de afsluiter door middel van
twee schijfjes met de symbolen
wijzen de symbolen OPEN/DICHT in de eindstanden naar de pijlmarkering
deksel.
De standaanwijzing bevindt zich in de schakelruimte van de aandrijving. Voor het
instellen dient de schakelruimte te worden geopend. Zie <Schakelruimte
openen/sluiten>.
1.
Afsluiter in de eindstand DICHT brengen.
2.
Onderste schijfje mechanische standaanwijzing verdraaien, totdat het symbool
(DICHT) met de pijlmarkering
3.
Aandrijving in de eindstand OPEN brengen.
4.
Onderste schijfje van de mechanische standaanwijzing vasthouden en bovenste
schijfje met symbool
pijlmarkering
5.
Afsluiter nog eenmaal in de eindstand DICHT brengen.
6.
Instelling controleren:
Indien het symbool
in lijn staat:
6.1 Instelling herhalen.
6.2 Overbrengingsverhouding van het tandwielkastje controleren/instellen.
Deze controle/instelling is alleen nodig indien op een later tijdstip het aantal
omwentelingen/slag van de aandrijving werd gewijzigd. Eventueel moet de meld- en
stuureenheid worden vervangen:
(OPEN) en
op het deksel in lijn staat.
(OPEN) verdraaien, totdat het symbool met de
op het deksel in lijn staat.
(DICHT) niet meer met de pijlmarkering
AC 01.2 Non-Intrusive Profibus DP
(DICHT). Bij een correcte instelling
op het deksel
op het