Tips om batterijenstroom te sparen
• Selecteer wanneer u de flitser niet nodig heeft ? (Flits Uit) als de flitsinstelling
(pagina 46).
• Activeer de automatische stroomonderbreker en de sluimerfuncties om u te
beschermen tegen het verspillen van batterijenstroom wanneer u vergeet de
camera uit te schakelen (pagina's 153, 153).
• Selecteer "Uit" voor "Doorl. AF" (doorlopende autofocus) (pagina 97).
• Schakel het LCD beeldscherm uit en gebruik de zoeker (pagina 158).
• Vermijd onnodige optische zoombewerkingen.
Specificeren van het batterijtype
Uw camera is ontworpen om de werking te optimaliseren in overeenkomst met het
type batterijen dat u gebruikt om de camera van stroom te voorzien. Als het
verkeerde batterijtype wordt gespecificeerd kan de spanning plotseling worden
uitgeschakeld zonder dat de lens (het objectief) zich terugtrekt en kan een verkeerde
aanduiding worden gegeven van de resterende batterijspanning. Een juiste werking
van de camera wordt niet gegarandeerd wanneer het verkeerde batterijtype wordt
gespecificeerd.
1.
Druk op [ON/OFF] (spanning aan/uit) om de camera in te schakelen.
2.
Druk op [MENU].
3.
Selecteer d.m.v. [4] en [6] de "Instellen" indextab.
4.
Selecteer d.m.v. [8] en [2] "Batterijtype" en druk daarna op [6].
5.
Selecteer d.m.v. [8] en [2] het type batterijen dat u gebruikt en druk
vervolgens op [SET] (instellen).
Alkaline
Alkali maat AA (LR6)
Oplaadbare Ni-MH (nikkel-metaalhydride) batterijen van maat AA
Ni-MH
(HR6)
19
Snelstartgids