Veiligheidsinstructies
Informatie
1.3.
Waarschuwingen/aanwijzingen
1.4.
Aanwijzingen en symbolen
Informatie
6
SQ 05.2 – SQ 14.2/SQR 05.2 – SQR 14.2 meld- en stuureenheid: elektronisch (MWG)
Vloertransportmiddelen volgens EN ISO 3691
Hijs- en hefmateriaal volgens EN 14502
Personenliften volgens DIN 15306 en 15309
Goederenliften volgens EN 81-1/A1
Roltrappen
Continu bedrijf
Onderaardse inbouw
Langdurige onderdompeling in water (beschermingsgraad in acht nemen)
Explosiegevaarlijke omgevingen
Met straling belaste zones binnen nucleaire installaties
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade, die voortvloeit uit ondeskundig gebruik
van de aandrijvingen en/of gebruik voor andere doeleinden dan waarvoor de
aandrijvingen bestemd zijn.
Tot een juist gebruik van het product behoort ook de inachtneming van deze
bedieningsinstructies.
Deze bedieningsinstructies gelden voor de standaarduitvoering "rechtsdraaiend
sluiten". Dit betekent, dat de aangedreven as met de wijzers van de klok mee
(rechtsom) draait om de afsluiter te sluiten.
De hieronder weergegeven aanwijzingen met betrekking tot de veiligheid zijn bedoeld
om de aandacht te vestigen op de in deze bedieningsinstructies opgenomen
veiligheidsprocedures en -aanwijzingen. Elk van deze aanwijzingen wordt aangeduid
met een trefwoord (GEVAAR, WAARSCHUWING, VOORZICHTIG, LET OP), dat
met het doel van de desbetreffende aanwijzing overeenstemt.
Een direct gevaarlijke situatie met zeer hoog risico. Indien de waarschuwing
wordt genegeerd, zijn overlijden of zware gezondheidsschade het gevolg.
Een mogelijk gevaarlijke situatie met middelhoog risico. Indien de
waarschuwing wordt genegeerd, kan overlijden of zwaar lichamelijk letsel het
gevolg zijn.
Een mogelijk gevaarlijke situatie met een klein risico. Indien de waarschuwing
wordt genegeerd, kan licht of middelzwaar letsel het gevolg zijn. Kan ook met
betrekking tot materiële schade worden gebruikt.
Een mogelijk gevaarlijke situatie. Indien de waarschuwing wordt genegeerd,
kan materiële schade het gevolg zijn. Wordt niet bij gevaar voor persoonlijk
letsel gebruikt.
Het veiligheidssymbool
Het signaalwoord (hier GEVAAR) geeft de mate van gevaar aan.
De hieronder vermelde aanwijzingen en symbolen worden in deze
bedieningsinstructies gebruikt:
Het begrip Informatie vóór de tekst duidt op belangrijke opmerkingen en informatie.
Symbool voor DICHT (afsluiter gesloten)
Symbool voor OPEN (afsluiter geopend)
waarschuwt voor gevaar voor letsel.
AC 01.2 Non-Intrusive