Gedurende de periode dat er niet getapt wordt, wordt de temperatuur in de tank automatisch op de
ingestelde waarde gehouden.
Bij een warmtevraag regelt de MASTER het vermogen van de ketels op basis van de gemeten
temperatuur van de externe sensor.
Wanneer een SLAVE stopt met branden, draait de aangesloten pomp van deze SLAVE nog een tijd
na.
Indien een ketel in een cascadeopstelling brandt, draaien de ventilatoren van de andere ketels op
minimaal toerental, dit om recirculatie van de rookgassen te voorkomen.
Een ingebouwde beveiliging zorgt ervoor dat de ketel uitgaat indien het verschil tussen aanvoer en
retour groter is dan 17 K (°C).
15
STORING
Als het toestel in STORING gaat, verschijnt een knipperende code in het display die correspondeert met de
oorzaak van de storing. In onderstaande tabel worden de storingen weergegeven.
Door op de "Reset-knop" te drukken, wordt de ketel weer geactiveerd.
De volgende "vergrendelende" storingen kunnen zich voordoen, waarbij de volgende code gemeld wordt.
Omschrijving
Aardsluiting in ionisatiecircuit
Maximaal thermostaat
Onjuist ventilatortoerental
Geen vlam na 4 startpogingen
Tijdens bedrijf vlamstoring (4x)
Aanvoersensor kortgesloten of onderbroken
Retoursensor kortgesloten of onderbroken
Na 3x delta T overschrijding (te weinig
doorstroming)
Parameter(s) geprogrammeerd
Parameter(s) onjuist geprogrammeerd
Branderautomaat buiten werking
Geen communicatie bij een cascadeopstelling
Automaat defect of problemen met de bekabeling
naar de gasklep
Daarnaast zijn er een aantal storingen of klachten, die niet aangeduid kunnen worden op het display.
Hieronder volgen een aantal van deze storingen of klachten:
15.1.1.1 Storing of Klacht
a.
Het water komt niet op temperatuur, terwijl de ketel brandt
b.
Ontsteking is luidruchtig
c.
Ketel brandt continu, maar het water in de tank wordt niet warm
Warmwaterthermostaat vraagt warmte, maar ketel gaat niet
d.
branden
e.
Ketel brandt continu en het tankwater wordt te heet
Ketel maakt te veel lawaai tijden het opwarmen van het water
f.
h.
Tijdens tappen wordt het water koud
i.
Tapwatertemperatuur is veel te hoog
j.
Tapwatertemperatuur bereikt geen 60°C
Tijdens het tappen maakt de ketel veel lawaai
k.
l.
Storing, na vervanging van de branderautomaat
42
Code op
display
F0
F2
F4
F5
F6
E0
E2
E6
PP
PE
nc
nc. (met stip) Controleer cascadebedrading en
H1
E09.012.039F Montagehandleiding CD
Mogelijke storingsoorzaak
(zie tabel pagina 43)
18; 35; 61
4;5;21;23;24;29;30;42;46
7;8;9;13;19;39;40;41
10;11;16;18;22;25;35;
10;12;16;22;25;26;32;44
4;5;23;29;46
4;5;23;29;46
4;5;29;63
Resetknop indrukken
Opnieuw programmeren, of gebruik
andere programmaversie
Voeding kort uit- en inschakelen;
wanneer storing opnieuw verschijnt, is
de automaat defect
RESET-knop indrukken
Resetknop indrukken
Storingsoorzaak
(zie pagina 43)
45;53;54
16;35
45
1;42;52
2
29;46;66
24;56
51;57
51;58
23;59
60