ABEL TECHNISCHE SPECIFICATIES MAATVOERING ............................11 ACCESSOIRES EN UITPAKKEN ......................12 ...........................12 CCESSOIRES ......................12 OOKGAS EN LUCHTTOEVOER ............................13 ITPAKKEN INSTALLATIE VAN DE AMBASSADOR SB 120 ..................13 .........................13 LGEMENE OPMERKINGEN ........................14 LAATSEN VAN DE KETEL WATERZIJDIG AANSLUITEN ........................15 ........................15 ETELAANSLUITINGEN 6.1.1 Montage .........................15 6.1.2...
Pagina 4
8.7.5 Vb. E: concentrisch systeem (muurdoorvoer C13) ............33 8.7.6 Vb. F: Luchttoevoer en rookgasafvoer in verschillende drukzones (C53) ....35 ELEKTRISCHE INSTALLATIE ........................ 36 ............................36 LGEMEEN ......................36 LEKTRISCHE AANSLUITINGEN ....................36 UNCTIES VAN DE AANSLUITINGEN ........................38 LEKTRISCH SCHEMA ..........................
Pagina 5
17 RECYCLING ............................105 18 ONDERHOUD ............................106 18.1 A .............................106 LGEMEEN 18.2 I & ........................106 NSPECTIE ONDERHOUD 19 GEBRUIKERSINSTRUCTIE ........................109 20 INSTALLATIEVOORBEELDEN ......................110 21 AMBASSADOR SB 120 RESERVEONDERDELEN ................115 21.1 R ..................117 ESERVEONDERDELEN ARTIKELNUMMERS 22 INDEX ..............................118 E93.1701NL.D. Handleiding Ambassador SB...
Voor schades, die zijn ontstaan als gevolg van onjuiste opvolging van de montage-instructies, is Eco HS niet aan- sprakelijk. Voor eventuele reparaties en servicedoeleinden dienen uitsluitend originele EHS-onderdelen te worden gebruikt. Auteursrechten op deze handleiding zijn eigendom van ECO Heating Systems Groningen B.V. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Lees alle instructies aandachtig door, voordat de installatie in bedrijf wordt gesteld.
TECHNISCHE GEGEVENS AMBASSADOR SB KETELS Inleiding De Ambassador SB verwarmingsketels zijn CV-ketels met een maximaal hoog rendement. Dit wordt bereikt door onder andere gebruik te maken van een speciale warmtewisselaar van RVS. Door toepassing van deze wisselaar kunnen de rookgassen worden afgekoeld tot beneden het condensatiepunt, waardoor extra warmte vrijkomt. Dit heeft een directe invloed op het totale rendement van de ketel.
CE product ID nummer CE 0063 BP3254 Gascategorie II2EK3B/P Toestelcategorie B23, B23P; C13, C33, C43, C53, C63, C83 Toesteltype Ambassador SB 120 Waterinhoud liter Gewicht leeg Afmetingen (h x b x d) 842 x 476 x 486 Aanvoer-/retouraansluiting ketel inch R 1"...
Tabel technische specificaties ERP. Technische specificaties volgens de Europese ERP (Energy Related Products) richtlijn. Type Ketel: SB 120 Ketel met rookgascondensor: Lagetemperatuur verwarmingsketel: B11-ketel: Ruimte verwarmingstoestel met WKK: Combinatie verwarmingstoestel: Eenheid: Waarde Nominale warmteafgifte. 107,7 Warmteafgifte (P4) bij 60-80⁰C 107,7 30% van de Nom.
MAATVOERING Luchtinlaat (opening met sluitring en verloopstuk) Ø100 Rookgas uit R 1" (2x) R ¾" Condensafvoer. Flexibele slang Ø25/21 x 800 mm Gastoevoer Retour (pomp aan deze kant aansluiten) Aanvoer E93.1701NL.D. Handleiding Ambassador SB...
ACCESSOIRES EN UITPAKKEN Accessoires Afhankelijk van de geselecteerde besturing voor het centrale verwarmingssysteem en/of het mogelijk gebruik van een warmwaterboiler/tank kunnen de volgende artikelen meegeleverd worden met de ketel. Vraag onze verkoopaf- deling voor specificaties, prijzen en levertijden. Artikel Bestelnr. Buitentemperatuursensor: 12kOhm@25°C (verbinden met de ketelaansluitingen) E04.016.585 Externe aanvoer-temperatuursensor voor plaatsing na de open verdeler: 10kOhm@25°C...
Controleer de Ambassador SB ketel direct na ontvangst op volledigheid en op eventuele onvolkomenheden. Be- schadigingen dienen onmiddellijk aan de leverancier te worden gemeld. INSTALLATIE VAN DE AMBASSADOR SB 120 Algemene opmerkingen Er dient aan weerszijden van de ketel minimaal 50 mm vrije ruimte tussen zijkant en muur te zijn, 350 mm aan de bovenzijde en genoeg ruimte aan de onderzijde van de ketel om de pomp daar te kunnen monteren.
Plaatsen van de ketel Voordat de ketel wordt geplaatst, dienen eerst de diverse aansluitingen te worden ontworpen: Rookgasafvoer Luchttoevoeraansluiting Aanvoer- en retouraansluiting Gasaansluiting Condensaatafvoer en overstortventiel Elektrische voeding (bij voorkeur dient de aansluiting boven de ketel te zijn gesitueerd) Alle aansluitingen moeten spanningsvrij worden gemonteerd.
WATERZIJDIG AANSLUITEN Ketelaansluitingen 1 – Retour 2 – Aanvoer 3 – Sifon 4 – Condensafvoer 5 – Gas 6.1.1 ONTAGE Zorg ervoor, dat bij het aansluiten van de di- verse verbindingen geen overmatige krachten worden uitgeoefend op de aansluitpijpen, de ke- tel zelf en-of de ketelophanging.
Condensafvoer De condensafvoer is gesitueerd in het midden aan de onderzijde van de ketel en heeft een afvoerslang met een diameter van 19 mm. De sifon moet altijd gevuld zijn met water. Als veiligheidsmaatregel is de sifon voorzien van een drijvende bal die de afvoer afsluit in afwezigheid van water, ter voorkoming van grote rookgaslekkage.
Expansievat De capaciteit van het expansievat moet geselecteerd worden op basis van de totale capaciteit van het verwarmings- systeem en de statische druk. Het advies is om het expansievat in de retourleiding van het verwarmingssysteem te installeren. Het kan eventueel gecombineerd worden met de ketel-ontluchtings-afsluiter. Overstort De Ambassador SB ketel heeft geen interne overstort, deze dient in de aanvoerleiding nabij de ketel te worden geplaatst.
Vorstbeveiligingsfunctie De ketel heeft een ingebouwde vorstbeveiliging, die automatisch de CV-pomp activeert als de retourwatertempera- tuur naar de ketel lager is dan 5°C (programmeerbaar). Als de watertemperatuur onder 3°C komt (programmeer- baar), ontsteekt tevens de ketel. De pomp en de ketel schakelen weer uit, zodra de watertemperatuur boven 10°C uitkomt (programmeerbaar).
6.11 PVC leidingen in het verwarmingssysteem Als er PVC leidingen zijn toegepast in het verwarmingssysteem, moeten deze worden gescheiden van de ketel d.m.v. een (platen)wisselaar. Door diffusie (door het plastic) bestaat de mogelijkheid dat lucht het verwarmingssys- teem binnendringt. Hierdoor kunnen ketel, pompen en andere appendages in het systeem beschadigd en/of defect raken.
6.15 Waterbehandeling Van diverse producten t.b.v. de behandeling van CV-water, is de chemische compatibiliteit uitgebreid getest op de warmtewisselaars en de ketels. Op aanvraag kan een lijst worden verstrekt door ECO HS met corrosieremmers t.b.v. preventieve en correctieve behandeling van gasgestookte ketels. 6.16 Vloerverwarming Als er vloerverwarming wordt toegepast, dient de ketel gescheiden te worden van het verwarmingscircuit d.m.v.
6.18.2 OORBEELD VAN EEN ENKELE KETEL MET OPEN VERDELER VOORKEUR afsluiter luchtafscheider vuilafscheider filter VERWARMINGSCIR- overdrukventiel CUIT sifon pomp autom. ontluchter expansievat open verdeler 6.18.3 OORBEELD VAN EEN CASCADE OPSTELLING MET OPEN VERDELER VOORKEUR TERUGSLAG- KLEP lage weerstand NIET VEERBELAST E93.1701NL.D.
POMPKARAKTERISTIEKEN A-label PWM-pomp De ketel staat ingesteld op een A-label PWM-pomp. A-label PWM-pomp ΔT=25K ΔT=20K 10,0 Ketelweerstand Max. Pompgrafiek /u) Debiet (m Installatie Min. Pomp grafiek Ketel- en pompgrafiek SB120 op basis van de Grundfos UPML 25-105 PWM-pomp Uitleg pomp grafiek: In de hydraulische grafiek zijn de minimale en maximale opvoerhoogte van de pomp getekend.
Ketel-, boiler- en systeempomp: maximaal elektrisch vermogen Algemeen. De inschakelstroom van een reguliere (Aan-Uit) pomp is bij benadering 2½ x de nominale stroom. De maximaal te schakelen stroom, van het relais op de branderautomaat, is 5 A. De nominale stroom van de aangesloten pompen mag dus maximaal 2 A zijn. Pomp P1 - ketelpomp.
ROOKGASAFVOER- EN LUCHTTOEVOERSYSTEEM Algemeen De ketel is uitgevoerd met een overdruk-rookgassysteem. De beschikbare gezamenlijke druk voor de luchtinlaat en rookgasafvoer is 160 Pa voor dit keteltype. Aandacht: Installeer de horizontale delen van het rookgasafvoersysteem altijd met een helling van 3° aflopend in de richting van de ketel (overeenkomend met 5 centimeter voor elke lineaire meter).
Rookgastypen / Toestelcategorieën. Voor C43 en C83, zie de cascadehandleiding: http://www.ecohs.nl/producten/ambassador-/documenten/ Type conform EN 15502-2-1: 2012 Omschrijving B23(P) Open * Dakdoorvoer. Luchttoevoer * Zonder trekonderbreker uit de ruimte * Luchttoevoer uit de ruimte Rookgasafvoe * P = overdruk systemen Zie hoofdstuk "Accessoires" - Rookgas en luchttoevoer - tabel "Parallel".
Gesloten * Apart luchttoevoerkanaal Rookgasafvoer Luchttoevoer * Apart rookgaskanaal. van buiten * Luchttoevoer en rookgasafvoer in verschillende drukzones, echter niet op tegenover elkaar liggende muren. Zie hoofdstuk "Accessoires" - Rookgas en luchttoevoer Lucht - tabel "Parallel". inlaat Zie "Zes voorbeelden van berekeningen" - voorbeeld F Gesloten * Toestel geleverd zonder rookgasmateriaal...
Een paar voorbeelden van rookgasmateriaal geschikt voor ECO ketels: Voorbeeld CE code voor PP (kunststof): EN14471 T120 P1 W 2 O(30) I C/E L Voorbeeld CE code voor roestvrijstaal: EN1856-1 T250 P1 W V2-L50040 O (50) Let erop, dat bij het selecteren van rookgassystemen aan de minimale eisen wordt voldaan. Selecteer dus alleen rookgasmaterialen die dezelfde of betere eigenschappen hebben dan die in deze tabel.
In- en uitlaathoogtes op een plat dak Hoogte A Dit is de hoogte van de luchttoevoer. NB: een beschermkap is nodig om instroom van regenwater te voorkomen. Wanneer toevoer en afvoer zijn gemonteerd op een plat dak, dient de luchttoevoer tenminste 60 cm boven het dakoppervlak uit te steken en tenminste 30 cm boven het maximale sneeuw- niveau.
Rookgasafvoer & luchttoevoer: weerstandstabel In de hierna volgende paragraaf volgen zes voorbeeldcalculaties voor het bepalen van de maximale lengte van het rookgaskanaal en de luchttoevoerleiding. Eerst worden in de volgende tabel alle weerstandgegevens gegeven: Weerstand R [Pa] * parallel Ø 100 * conc.
Zes veel voorkomende voorbeelden Systeem met aparte rookgasafvoer en luchttoevoer. Systeem met aparte rookgasafvoer/luchttoevoer en concentrische dakdoorvoer. Aparte rookgasafvoer (luchttoevoer vanuit de technische ruimte). Concentrische kanalen voor rookgasafvoer / luchttoevoer (dakdoorvoer) Concentrische kanalen voor rookgasafvoer / luchttoevoer (muurdoorvoer) Luchttoevoer en rookgasafvoer in verschillende drukzones 8.7.1 .
Pagina 31
Voorbeeld A (C63) en B (C33) maximale buislengtes concentrische dakdoorvoer adapter concentrisch naar parallel rookgas- uitlaat lucht- inlaat Voorbeeld A Voorbeeld B Voorbeeld A (C63) keteltype SB 120 Diameter luchttoevoer [mm] Diameter rookgasafvoer [mm] Diameter dakdoorvoer [mm] Maximale buislengte 11,7 (toevoer + afvoer samen) Voorbeeld B (C33)
8.7.3 . C: A ). (B23, B23P) PARTE ROOKGASAFVOER LUCHTTOEVOER UIT DE TECHNISCHE RUIMTE Rekenvoorbeeld met gegeven lengtes: controleer de weerstand Ketel type: SB 120 Diameter: 100 mm Aantal Pa totaal Rechte leiding m¹ totaal 57,2 Bocht 45° 19,8 Bocht 90°...
8.7.4 . D: , C33) CONCENTRISCH SYSTEEM DAKDOORVOER Rekenvoorbeeld met gegeven lengtes: controleer de weerstand Ketel type: SB 120 Diameter: Ø 100/150 mm. Aantal Pa totaal Rechte leiding m totaal 18,9 122,9 Bocht 45° 22,4 44,8 Bocht 90° 34,2 68,4 Conc.
Pagina 34
Voorbeeld D en E maximale buislengtes Concentrische Concentric roof terminal dakdoorvoer Concentric Concentrische wall muurdoorvoer terminal Voorbeeld D Voorbeeld E Voorbeeld D (C33) keteltype SB 120 Diameter conc. buis [mm] 100/150 Conc .dakdoorvoer [mm] 100/150 Niet Maximale buislengte mogelijk Bestelnr.
8.7.6 . F: L (C53) UCHTTOEVOER EN ROOKGASAFVOER IN VERSCHILLENDE DRUKZONES Rekenvoorbeeld met gegeven lengtes: controleer de weerstand Ketel type: SB 120 Diameter: Ø 100 mm Aantal Pa totaal Rechte leiding m¹ totaal 26,4 18,9 Bocht 45° 32,0 Bocht 90° 16,0 16,8 Rookgasafvoer...
ELEKTRISCHE INSTALLATIE Algemeen Alle elektrische bekabeling is aangesloten op een losse stekker, die is geplaatst in een houder. Deze stekker kan uit de houder worden genomen zonder dat de bedrading wordt losgemaakt. De elektrische aansluitingen zijn aange- bracht bovenop het displaypaneel en zijn toegankelijk door de keteldeur en de afdekplaat weg te nemen. De toegepaste pomp mag alleen door de EHS-ketelbesturing worden aangestuurd.
Pagina 37
ALGEMENE BLOKKERING Een warmtevraag, die de brander wil starten, wordt geblokkeerd als aansluiting 7 en 8 niet zijn gesloten. Deze aansluiting kan worden gebruikt voor externe veiligheidsvoorzieningen. (Aansluitingen moeten zijn overbrugd om de brander te kunnen laten starten). 9-10 EXTERNE WATERDRUKSCHAKELAAR Een waterdruksensor is standaard gemonteerd in de ketel.
GEBRUIKERSHANDLEIDING 10.1 Bedieningspaneel: display DISPLAY 2 rijen / elk 20 karakters AAN/UIT MENU RESET ENTER SERVICE COMM.POORT Druk drie seconden voor de Standby / Programeer stand. AAN/UIT RESET Druk zes seconden om de ketel uit te schakelen. ENTER RESET- en ENTER-knop bij programmeren Aansluiting voor de computerkabel COMM.POORT Knop om het MENU-scherm te openen...
Display geeft bericht van 2x20 tekens weer gedurende drie druk: ▲ seconden. Bericht kan worden geprogram- meerd. Voorbeeld: Eco Heating Systems Groningen NL druk: ▼ Display geeft drie seconden lang het volgende weer: - Keteltype - Tijd, datum en dag druk: ◄►...
Pagina 43
BEVESTIGEN VAN VERANDERINGEN Als veranderingen zijn aangebracht in één van de negen onder- staande menu’s, dient de gebruiker deze veranderingen te beves- tigen m.b.v. de ENTER-knop. Om te voorkomen dat klanten per ongeluk wijzigingen aanbrengen, gebeurt het volgende: Stap 1 : De gebruiker drukt op ENTER om te bevestigen of op [MENU] om zonder wijzigingen het menu te verlaten.
10.3 Display gedurende normaal bedrijf Gedurende normaal bedrijf geeft het display van de ketel de volgende tekst weer. In de hierna volgende beschrijving worden de diverse schermen tijdens normaal bedrijf behandeld. Display bij CV WARMTEVRAAG Warmtevraag type: Actuele status: : G e e n v r a a g >...
10.4 Monitorschermen Gedurende normaal bedrijf en stand-by kunnen de [◄] en [►] knoppen worden gebruikt om informatie van de ketel weer te geven, waaronder gemeten temperaturen, instellingen en informatie. In de hiernavolgende beschrijving is uitgelegd, welke waarden kunnen worden weergegeven. Als er geen knop wordt ingedrukt gedurende twee minuten, keert het display terug naar het statusscherm.
Pagina 46
SCHERM C a s c . t o e w i j z 0=MASTER, 1..11 = SLAVE(S) C a s I n f 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 A B Geeft aantal, prioriteit en status weer van de ketels in de cascade.
10.5 Servicefunctie In de hiernavolgende beschrijving wordt het gebruik van de servicefunctie behandeld. Bedieningsscherm: : G e e n r a a g > > > : 1 2 3 . 4 ° C ( 1 2 3 . 4 ° C ) Druk 3 seconden op [SERVICE] knop.
10.6 Schornsteinfegerfunctie In de hiernavolgende beschrijving wordt het gebruik van de Schornsteinfegerfunctie behandeld. LET OP: Deze functie is alleen van toepassing voor Duitsland en kan worden geactiveerd met behulp van een parameter (P5 BK). De standaard fabrieksinstelling voor deze functie is “UITgeschakeld”. Het doel van deze functie is een eenvoudige bediening voor de Duitse "Schornsteinfegers"...
10.7 Programmeren in standby De standby functie Voor het wijzigen van instellingen van de ketel zonder interactie met de besturing, kan de ketel in standby gezet worden. Wijzigingen worden bij het verlaten van de standby toestand opgeslagen. Kenmerken "standby"-functie: De toetsen reageren en het menu is toegankelijk.
10.9 Instellingen In de hiernavolgende beschrijving worden de verwarming- en warmwaterinstellingen behandeld. LET OP: De warmwaterinstellingen worden alleen weergegeven als de ketel als een indirect warmwater- of als een direct warmwatertoestel is geprogrammeerd. Zie parameter P4 AA voor de juiste ketelconfiguratie. Bedieningsscherm: : G e e n v r a a g...
OPMERKING: Tapwatertemperatuur normaal bedrijf/dag: (P4 AA = 1/2) De max. actuele WW temperatuur I n s t e l i n g zal nooit hoger worden dan de waarde ingesteld bij “CV instelling” ° C ongeacht de waarde ingesteld bij Dit is de tapwatertemperatuur instelling, die actief is tijdens “WW instelling”...
Pagina 52
CV-PROGRAMMA. Per dag kunnen drie perioden worden geprogrammeerd (periode 1, 2 en 3). Tijdens deze perioden gebruikt de ketel de normale CV- en warmwaterinstellingen. Buiten deze perioden zijn de verlaagde tem- peratuurinstellingen actief. Als geen tijd is geprogrammeerd, wordt de betreffende periode overgeslagen. (Voorbeeld: maandag periode 3 geen tijd geprogrammeerd >...
Pagina 53
WARMWATERPROGRAMMA > > > vervolg van vorige bladzijde met CV deel < < < Warmwater programmatijden instellen: P r o g r a m m a M a a 0 6 : 0 0 - 2 3 : 0 0 Druk op [►] om door de waarden op de onderste regel te bladeren.
LEGIONELLAPROGRAMMA Het legionellaprogramma van de ketel kan alleen worden gebruikt als de ketel is geprogrammeerd als een “indirect” toestel of als een “direct’” warmwatertoestel. Alleen deze configuraties kunnen gebruik maken van de dag en tijds- instelling van het legionella programma. Zie de hiernavolgende beschrijving. De standaard fabrieksinstelling voor deze functie is “UITgeschakeld”.
Pagina 55
GRAFIEK STOOKLIJN (zie ook volgende bladzijde) STOOKLIJN - hoofdinstellingen P5 AD - Aanvoertemp. bij lage buitentemperaturen P6 BC - Parallelle verschuiving P5 AF - Aanvoertemp. bij hoge buitentemperaturen BUITENTEMPERATUUR P5 AE P5 AC buitentemperatuur hoog buitentemperatuur laag De grafiek en waarden zijn alleen ter illustratie, de werkelijke waarden in de ketel kunnen afwijken ! P5 AC Minimale buitentemperatuur stooklijn (°C) Bij deze minimale buitentemperatuur wordt de maximale aanvoertemperatuur ingesteld.
Pagina 56
STOOKLIJN - extra instellingen P6 BA - max. aanvoertemp. P6 BB - stooklijn nachtverschuiving P5 AH - Warm-weeruitschakeling P2 HA - Buitenvoeler hysterese P5 AG - min. aanvoertemp. BUITENTEMPERATUUR De grafiek en waarden zijn alleen ter illustratie, de werkelijke waarden in de ketel kunnen afwijken ! P5 AG Minimale instelling stooklijn (°C) De instelling kan nooit lager worden dan de ingestelde aanvoertemperatuur in parameter P5 AG.
Pagina 57
In de hiernavolgende beschrijving worden de stooklijninstellingen behandeld. Bedieningsscherm: : G e e n r a a g > > > : 1 2 3 4 ° C ( 1 2 3 . 4 ° C ) Druk op [MENU] Kies "Stooklijn"...
10.12 Controleren van de bedrijfshistorie In de hiernavolgende beschrijving wordt het uitlezen van de bedrijfshistorie behandeld. Bedieningsscherm: : G e e n v r a a g > > > : 1 2 3 . 4 ° C ( 1 2 3 . 4 ° C ) Druk op [MENU] Kies "Bedrijf"...
10.13 Controleren van de fouthistorie In de hiernavolgende beschrijving wordt het uitlezen van de fouthistorie behandeld. Bedieningsscherm: : G e e n v r a a g > > > : 1 2 3 . 4 ° C ( 1 2 3 . 4 ° C ) Druk op [MENU] Selecteer "Fouthisto"...
10.14 Instellen van de onderhoudsspecificaties In de hiernavolgende beschrijving wordt het controleren en instellen van de onderhoudsspecificaties behandeld. De standaard fabrieksinstelling voor deze functie is “UITgeschakeld”. ONDERHOUDSINSTELLINGEN De ketel kan zo worden geprogrammeerd dat er een automatische onderhoudsmededeling verschijnt. Er kunnen drie criteria worden geprogrammeerd. Een onderhoudsmededeling wordt weergegeven nadat: * Een bepaalde datum is bereikt.
Pagina 61
Van vorige bladzijde Scherm: Mededeling op bepaalde datum activeren. O n d e h o u d m o d u s D a t u m Druk op [►] om in te stellen: De datum voor de onderhoudsmededeling. Druk op [◄] om terug te keren naar het criteria keuzemenu.
Pagina 62
Van vorige bladzijde Scherm: Mededeling na aantal branduren activeren. O n d e r h o u d m o d u s A a n t a l B r . u r e n Druk op [►] om in te stellen: Het aantal branduren voor de onderhoudsmededeling.
10.15 Instellen van de gebruikersblokkering In de hiernavolgende beschrijving wordt het instellen van de gebruikersblokkering behandeld. De standaard fabrieks- instelling voor deze functie is “UITgeschakeld”. Het "GEBRUIKERSBLOKKERING" menu. In dit menu kan de ketel worden vergrendeld. 0 = TOEGANKELIJK 1 = VERGRENDELD Als de ketel toegankelijk is, kan de gebruiker het menu ope- nen door op de [MENU] knop te drukken en worden alle schermen toegankelijk.
10.16 Instellen van de parameters via het bedieningspaneel De functies van de ketelregeling zijn in de elektronica vastgelegd door middel van parameters. De waarden en instellingen hiervan kunnen door een vakbekwaam en opgeleid service-engineer geprogrammeerd worden met be- hulp van een computer (laptop), de juiste software en een interfacekabel. Een gedeelte van de parameters kan via het bedieningspaneel op de ketel zelf geprogrammeerd worden, zonder gebruik te maken van een computer.
Pagina 65
Bedieningsscherm: : G e e n v r a a g De schermteksten op deze > > > : 1 2 3 . 4 ° C ( 1 2 3 . 4 ° C ) bladzijden zijn standaard in de software opgenomen en heb- Druk op [MENU] ben betrekking op CV-sys-...
Pagina 66
Menu A: Verwarming c P r b De schermteksten op deze ° C bladzijden zijn standaard in de Cascade ketels aanvoertemperatuurregeling instellen. software opgenomen en heb- Deze parameter is de proportionele band van de ingestelde CV- ben betrekking op CV-sys- aanvoertemperatuur PER ketel van de totale cascade-opstelling temen en/of warmwatertoestel- en van de externe (cascade) sensor.
Pagina 67
Menu B: Warm water e g i o t e m p De schermteksten op deze ° C bladzijden zijn standaard in de Legionellafunctie van de ketel. Deze parameter is de inge- software opgenomen en heb- stelde warmwatertemperatuur tijdens legionellabedrijf van de ben betrekking op CV-sys- ketel.
Pagina 68
Menu B: Warm water W W d e c l n t 2 3 De schermteksten op deze 2 0 0 S e c bladzijden zijn standaard in de Functie voor de directe warmwaterketel. software opgenomen en heb- Deze parameter is de integratietijd van de ingestelde WW tem- ben betrekking op CV-sys- peratuur van de ketel.
Pagina 69
Menu C: Cascade t r a De schermteksten op deze bladzijden zijn standaard in de Functie voor de cascadeopstelling van de ketel(s). software opgenomen en heb- Deze parameter geeft aan of er een externe extra ketel aan de ben betrekking op CV-sys- Master is gekoppeld.
Pagina 70
Menu D: Algemeen x K o e l T De schermteksten op deze M i n bladzijden zijn standaard in de Functie voor het instellen van de maximale nadraaitijd van de software opgenomen en heb- ventilator (maximaal 10 minuten). ben betrekking op CV-sys- 0 = Uitschakelen temen en/of warmwatertoestel- len.
10.17 Foutcodes display In de hiernavolgende beschrijvingen worden de diverse storingen van de ketel behandeld. LET OP: Voordat een storing van de ketel wordt gereset, moeten altijd de ketel, het verwarmingssysteem en alle componenten, die bij de aard van de storing horen, worden gecontroleerd. Reset nooit de ketel, voordat de juiste mogelijke oorzaak van de storing is achterhaald.
Display mededeling o m p Reden Rookgassensor niet gevonden door de ketel, oorzaak defecte aansluiting/sensor. Display mededeling e m p o m p Reden De rookgastemperatuur heeft 3 maal de limietwaarde overschreden binnen een bepaalde tijd.. Display mededeling o m p Reden De ketelbesturing detecteert geen correcte ventilatorsnelheid.
Display mededeling Reden De buitentemperatuur heeft de blokkeertemperatuur overschreden. Display mededeling Reden Foutief elektrisch voedingssignaal aangesloten (geen 50 of 60 Hz, 220-240 Volt). Display mededeling Reden De ketel start zijn ontluchtingscyclus en keert hierna terug naar normaal bedrijf. Deze func- tie kan worden ingesteld d.m.v.
BESTURINGSOPTIES EN INSTELLINGEN 11.1 Algemeen De volgende paragrafen behandelen het gebruik van enkele algemene functies van de ketel. 11.1.1 ANSTURING VOOR EXTRA KETEL Als alle ketels (cascade) operationeel zijn en op hun maximum vermogen branden, is het mogelijk om een extra “externe”...
Bij gasconversie moet de bijbehorende sticker op de daarvoor bestemde plaats in het toestel worden geplakt. Hierop moet worden aangege- ven welke gassoort wordt toegepast. Omdat P4BD bij dit type ketel niet gewijzigd wordt hoeft dit niet op de sticker te worden aangevinkt. (In de afbeelding is ‘propaan’...
11.2 Verwarming De volgende paragrafen beschrijven de verschillende functies van de ketel en de gerelateerde “regelgedrag instel- lingen” van een Cv-ketel. 11.2.1 EGELGEDRAG INSTELLINGEN De fabrieksinstellingen voor alle verwarmingsdoeleinden zijn functioneel en het is daarom aanbevolen om deze niet te wijzigen. Als er wijzigingen gewenst zijn, neem dan contact op met de fabrikant. P5 AO Offset CV aanvoertemperatuur (display A2) Het aantal graden dat de gemeten temperatuur de ingestelde aanvoertemperatuur mag overschrijden voordat de...
11.2.2 UIMTETHERMOSTAAT AAN Een ruimtethermostaat met een vast instelpunt en gebruikmakende van een AAN/UIT regeling, kan worden aange- sloten op de ketel (aansluiting 11-12). Wijzigen van de aanvoertemperatuurinstelling en het activeren van het tijd- programma kunnen met behulp van de ruimtethermostaat gebeuren of door middel van het programmeren van de ketelinstellingen.
11.2.6 0-10 V OLT AANSTURING OP BASIS VAN VERMOGEN Het ketelvermogen wordt geregeld op basis van een extern 0-10 Volt DC signaal naar de ketel (aansluiting 13-14). P5 BB Analoge ingang conf. (0=uit 1=temperatuur 2=vermogen) (display D1) Deze parameter moet ingesteld worden op “2”, zodat het 0-10 Volt signaal het vermogen van de ketel regelt. De standaard fabrieksinstelling voor deze functie is “1”, aansturing op basis van temperatuur.
11.3 Indirecte warmwaterfunctie De volgende paragrafen beschrijven de verschillende functies van de ketel en de gerelateerde “regelgedrag instel- lingen” van een Cv-ketel met een indirecte warmwaterfunctie. Bij het toepassen van de Ambassador SB voor warm-/sanitair watervoorziening moet de installatie vol- doen aan Werkblad Drinkwaterinstallaties, Vewin nr 4.4B.
11.3.4 HOGE AANVOERTEMPERATUUR NAAR DE TANK Deze functie kan alleen worden gebruikt bij een “indirect” geprogrammeerde ketel (parameter P4 AA = 1). Normaal wordt bij een reguliere wisselaar/tank een vaste watertemperatuur van 85°C naar de wisselaar van de warmwatertank getransporteerd bij een warmtevraag. Deze warmwaterstroom warmt het water in de tank indirect De parameters van deze functie kunnen worden ingesteld voor zowel een lage als een hoge aanvoertemperatuur naar de warmwatertank.
11.3.5 EN WARM WATER SCHAKELTIJDEN Deze functie kan alleen worden gebruikt bij een “indirect” geprogrammeerde ketel (parameter P4 AA = 1). Als de ketel in bedrijf is om aan een warmtevraag te voldoen, kan tegelijkertijd een warmwatervraag optreden. Een warmwatervraag heeft altijd voorrang; dit betekent dat de ketel omschakelt naar (indirect) warmwaterbedrijf. Als de warmwatervraag actief blijft voor een langere periode, wordt er gedurende deze periode geen warmte naar de ver- warmingsinstallatie getransporteerd.
11.3.7 NTILEGIONELLA FUNCTIE Deze functie kan alleen worden gebruikt bij een “indirect” geprogrammeerde ketel (parameter P4 AA = 1), waarop een warmwaterprogramma actief is. Om legionellavorming te voorkomen heeft de ketel(besturing) een functiemogelijkheid om het warme water in de tank (eenmaal per week) te verwarmen naar een hogere temperatuur dan de normaal gebruikte warmwaterinstelling. Ook de periode, gedurende welke het water deze hogere temperatuur moet hebben, kan worden geprogrammeerd.
11.4 Cascaderegeling Onderstaande informatie is tevens te vinden in de cascadehandleiding, standaard verstrekt bij EHS casca- deleveranties of op aanvraag. Voor het inbedrijfstellen van een cascade-installatie moeten enkele parameters gewijzigd worden. Deze parameters worden geprogrammeerd op de ketel zelf, zonder gebruik te maken van een computer. Veranderingen in parameters kunnen alleen worden aangebracht door een vakkundig inbedrijfsstellings- /servicemonteur die een specifieke opleiding gevolgd heeft voor het instellen van de Ambassador SB ketels.
Pagina 84
PARAMETERS PARAMETERS PARAMETERS PARAMETERS P5DF = 1 P5DF = 0 P5DF = 0 P5DF = 0 P5DA = 0 P5DA = 1 P5DA = 2 P5DA = 3 Ketel Ketel Ketel Ketel Master Slave 1 Slave 2 Slave 3 CASCADE AANSLUITING Nu moeten voor elke ketel van de cascade de volgende twee parameters worden geselecteerd en geprogrammeerd.
Als de cascadeaansluiting juist is geprogrammeerd zal het display het volgende weergeven. Uitleg "Cascadecommunicatie indicatie" GEEN CASCADECOMMUNICATIE > > > nr.1 Laat continu ">>>" zien CORRECTE CASCADECOMMUNICATIE > > nr.1 nr.2 > Laat afwisselend nr.1 en nr. 2 zien met een interval van 1 s. 11.4.2 ONITORSCHERMEN Cascade-informatie opvragen zie §...
IN BEDRIJF STELLEN VAN DE KETEL 12.1 Eerste: spoel de ketel met water Na installatie van de ketel moeten eerst, voordat de ketel in bedrijf wordt genomen, de ketel en de gehele verwar- mingsinstallatie met schoon water worden doorgespoeld, om vervuiling, rommel en andere materialen, die een ver- stopping kunnen veroorzaken, te verwijderen.
Pagina 87
Door de [SERVICE] knop van de ketel in te drukken, kan de ketel gestart worden zonder een warmtevraag. De ketel gaat branden en ook de pomp wordt actief. Het ontsteken van de ketel zonder doorstroming (maar gevuld met water!) geeft de zogenoemde “kook”-geluiden. Controleer gedurende de “servicefunctie” ook de aanvoer- en retourtempera- turen van de ketel door op de [◄] knop te drukken.
HET TOESTEL STARTEN 13.1 Algemeen Controleer de gasdruk, die beschikbaar is op de gasaansluit leiding van de ketel. Gebruik de druknippel op het gasblok (3) om deze voordruk te meten. De gasvoordruk naar de ketel dient bij vollast hoger of gelijk te zijn aan de minimum gasdruk voor het betreffende gas, zoals aangegeven in de specificatietabel onderaan pagina 8.
AFSTELLEN VAN DE BRANDER Alvorens met het afstellen te beginnen, dit hoofdstuk in zijn geheel goed doornemen. 14.1 Inleiding De brander moet altijd worden afgesteld als: - een nieuwe ketel wordt geïnstalleerd - bij service en onderhoud wordt vastgesteld dat de O -waarden niet meer voldoen - het gasblok is vervangen - op een andere gassoort wordt overgestapt: gasconversie, bv van G25.3 naar G20 of naar G31...
14.1.2 NSTELWAARDEN Om instellen eenvoudiger te maken zijn de waarden van tabel 1 overgenomen in bijgaande figuren. De O waarde mag zich niet in de gearceerde gebieden bevinden. Nominale waarden zijn te vinden in de techni- sche specificaties voorin dit manual. Alle waarden zijn gemeten zonder frontpaneel. G20, G25.3 Het CO niveau mag niet in het gearceerde gebied vallen.
B/P: butaan/ propaan mengsel G30/ G31: (alleen door een Toestel moet omgebouwd worden om het voor propaan of B/P geschikt te maken: gasconversie ervaren monteur). Het O niveau mag niet in het gearceerde gebied vallen. afstellen 10,6 % 5,0 % max last O.K.
14.1.4 FSTELSCHEMA Hier volgt een algemeen schematisch overzicht van de diverse afstelstappen. Om de ketel af te stellen, voer de handelingen volgens A of B van boven naar beneden uit (voor B moeten enkele extra stappen uitgevoerd worden (grijze velden)): <<...
14.2 Afstellen van een nieuwe ketel, of na onderhoud (situatie A) 14.2.1 LGEMENE OPMERKING Voor alle afstelprocedures onder A geldt: de gemeten O -waardes dienen overeen te komen met de waarden in tabel 1 of met de figuren. 14.2.2 NSTELLEN OP MAXIMALE BELASTING Stel de brander af op maximale belasting zoals beschreven in procedure 1 op p.93.
Pagina 94
3. Meet het O -percentage in de rookgasafvoer. 4. Stel de klep af op de waarde uit tabel 1 of de figuren. met behulp van stelschroef [2]. ↑ ↓ Verhoog O Draai schroef [2] rechtsom (met de klok mee) ↓ ↑...
14.5 Gasconversie propaan of B/P Om op propaan, of een propaan/butaan mengsel te kunnen stoken, is alleen een ombouwset nodig, bestaande uit een luchtreductie-onderdeel en een O-ring om de spleet tussen de ventilator en de venturi af te dichten. Ander gas betekent een andere calorische waarde door een andere samensteling.
BUITEN BEDRIJF STELLEN VAN DE KETEL Het is aan te bevelen om het toestel het gehele jaar door in bedrijf te hebben. Hiermee wordt voorkomen dat het toestel bevriest gedurende de winterperiode en dat draaiende onderdelen eventueel gaan vastzitten. 15.1 Buiten bedrijf stellen: aan/uit Gebruiken als het toestel voor een langere periode buiten werking moet worden gesteld i.v.m.
FOUTCODES EN BLOKKERENDE CODES 16.1 Foutcodes BELANGRIJK: Voorkom elektrische schokken: sluit altijd de stroomvoorziening af, voordat er aan de ke- tel wordt gewerkt. Voorkom verbrandingen, laat de ketel eerst afkoelen. Denk eraan: een foutcode geeft aan dat de ketel / verwarmingssysteem mogelijk een probleem heeft.
Pagina 98
Display mededeling B r a n d e r s p o m p 1 a a n 9 9 9 Reden Ketel niet in bedrijf na 4 startpogingen. Oorzaak: Geen vonk. Herstelactie: Controleer de ontsteker/ontstekingselektrode en vervang/reinig zo nodig. Controleer de staat van de keramische isolatie.
Pagina 99
Display mededeling n d e P r o g r a m m e r e n p o m p 1 a a n 9 9 9 Reden Programmeren van de parameters gelukt. Oorzaak: Programmeren van de parameters gelukt. Herstelactie: Dit bericht verschijnt om te bevestigen dat het programmeren is afgerond.
Pagina 100
Display mededeling R o o k g s e n s o r f o u t p o m p 1 a a n 9 9 9 Reden Rookgassensor niet gedetecteerd door de ketelregeling. Oorzaak: Slechte bedrading/aansluiting van het elektrische rookgassensor-circuit. Herstelactie: Controleer op losse bedrading/aansluitingen van het elektrische rookgassensor-circuit.
Pagina 101
Display mededeling a m w e g v a p o m p 1 a a n 9 9 9 Reden Vlamsignaal valt weg tijdens bedrijf. Oorzaak: Slechte gasvoordruk. Herstelactie: Denk erom: de gasvoordruk dient gedurende alle omstandigheden gehaald te worden. Controleer of alle gaskleppen in de toevoerleiding volledig open zijn.
16.2 Blokkeercodes: Het display knippert niet, maar licht op gedurende de blokkeerperiode. De ketel blokkeert een bepaalde handeling, omdat er een ongewone situatie is ontstaan. Deze actie wordt voortgezet, na stabilisatie van de ongewone situatie. Display mededeling A a n v o e r e m p h o o g 9 9 9...
Pagina 103
Display mededeling C a s c a d e o k k 9 9 9 Reden Een ketel van de cascadeopstelling is in storing. Oorzaak: Toestel is zo geprogrammeerd, dat geen van de ketels in de cascade start, als er een ke- tel in storing valt.
Pagina 104
Display mededeling R o o k g a s e m p h o o g 9 9 9 Reden Rookgastemperatuur is hoger dan de blokkeerwaarde. Oorzaak: Warmtewisselaar vervuild en niet mogelijk om genoeg warmte over te dragen. Herstelactie: Controleer en reinig de warmtewisselaar. Oorzaak: Defecte rookgassensor of slechte bedrading.
16.3 Onderhoudsherinneringsfunctie Het display geeft afwisselend het basisscherm en deze mededeling, terwijl de verlichting knippert. De ketel is in bedrijf, maar telt de uren sinds het verschijnen van de mededeling. Na onderhoud moet een parameter worden gewijzigd om de mededeling te laten verdwij- nen.
ONDERHOUD 18.1 Algemeen Voor een goed, veilig en langdurig gebruik van de ketel is het aan te bevelen om de ketel minimaal jaarlijks te (laten) inspecteren en onderhouden. Onderhoud en inspectie van de ketel moeten worden uitgevoerd in de volgende gevallen: ...
Pagina 107
Servicehistorie De fouthistorie (totale aantallen en sinds de laatste servicebeurt) en de bedrijfsgeschiedenis van de ketel kunnen worden uitgelezen. Op basis van deze informatie kunnen mogelijke storingsoorzaken en de vervanging van eventu- ele onderdelen voor nu en in de toekomst bepaald worden. Waterlekkage De waterdruk in de installatie dient meer dan 1 bar te bedragen tot een maximum van 2 bar, bij normaal bedrijf.
Pagina 108
3.5 mm / 0.14 inch D = 8 - 10 mm D = 0.315 - 0.393 inch Aanzicht in de volgende figuur Brander- en brander deur pakkingen Als deze pakkingen beschadigd of verkleurd zijn, het rubber uitgehard is en/of beschadigd dan dienen deze vervan- gen te worden.
Gas/lucht-verhouding Controleer bij elke service en onderhoud van de ketel altijd de gas/lucht-verhouding door het O -gehalte te meten bij maximale en minimale belasting. Stel deze zo nodig bij met behulp van de gasregelklep, zie voor aanvullende informatie hoofdstuk 14 “Afstellen van de brander”. Pomp Controleer de elektrische onderdelen en de motor van de pomp op een correcte werking.
INSTALLATIEVOORBEELDEN De volgende schema’s geven de diverse opstellingsmogelijkheden van de verwarmingsinstallatie weer: Systeem type 1 Code 1 Benaming Aansluiting Artikelnr. Externe ketelpomp 30-31-32 S04.000.421 Optioneel: CV-pomp 23-24-25 Modulerende ruimtethermostaat 11-12 Parameterwijziging: geen Systeem type 2 Code 2 Benaming Aansluiting Artikelnr. Externe ketelpomp 30-31-32 S04.000.421...
INDEX 0-10 volt aansturing op basis van frame, 14 aanvoertemperatuur, 77 plaatsen van de ketel, 14 0-10 volt aansturing op basis van gasconversie, 95 pomp, 16 vermogen, 77 gasklep, 89 e.v, 106 pomp en driewegklep aansturing, gebruikershandleiding, 41 aansluitingen water diversen, 14 gebruikersinstructie, 109 printplaat, 38 e.v.