Handmatige noodoproepen
Houd met het contact in de stand ON de noodoproepschakelaar ingedrukt en
nadat u uw vinger van de schakelaar heeft afgenomen wordt de voertuiginformatie
automatisch naar het callcenter verzonden.
De spraakoproep met het callcenter begint wanneer de verzending van de
voertuiginformatie is voltooid of nadat sinds het begin van de verzending ongeveer
20 seconden zijn verstreken.
1.
Controleer dat het contact op ON staat.
2.
Houd de noodoproepschakelaar op de dakconsole ingedrukt en haal dan uw
vinger van de schakelaar af.
1.
Noodoproepschakelaar
3.
Het indicatielampje (groen) op de noodoproepschakelaar gaat langzaam
knipperen (met tussenpozen van 0,5 seconden) en er wordt een oproep
gedaan naar het callcenter.
1.
Groen
4.
Wanneer de verbinding met het callcenter tot stand is gekomen, gaat het
indicatielampje (groen) wat sneller knipperen (met tussenpozen van 0,3
seconden) en begint de verzending van de voertuiginformatie.
5.
De pieptoon klinkt en de spraakoproep met het callcenter begint wanneer de
verzending van de voertuiginformatie is voltooid of nadat sinds het begin van
de verzending ongeveer 20 seconden zijn verstreken.
Noodoproepsysteem
7
7-9