12
Storingen verhelpen
Veiligheidsaanwijzingen
12.1
Fouten zonder foutmelding
Fouten zonder foutmelding
Foutbeschrijving
De groene LED-indicatie
(bedrijfstoestandsindicator)
brandt niet.
12.2
Storing met storingsmelding
12.2.1
Storingsmeldingen
Foutbeschrijving
Rode LED-lampje brandt en in de weergave ver‐
schijnen de indicatoren
„Error" en „MINIM" .
Daarbij knippert de laatstgenoemde indicator.
Rode LED-lampje brandt en in de weergave ver‐
„Error" en „ANALG" .
schijnen de indicatoren
Daarbij knippert de laatstgenoemde indicator.
Rode LED-lampje brandt en in de weergave ver‐
schijnen de indicatoren
„Error" en „CNTCT" .
Daarbij knippert de laatstgenoemde indicator.
WAARSCHUWING!
Waarschuwing voor gevaarlijk of onbekend doseerme‐
dium
Indien er een gevaarlijk of onbekend doseermedium is
gebruikt: het medium kan tijdens werkzaamheden aan
de pomp bij de hydraulische onderdelen naar buiten
komen.
–
–
VOORZICHTIG!
Waarschuwing voor rondspuitend doseermedium
Door de druk in de doseereenheid en de aangrenzende
installatiedelen kan er uit de hydraulische onderdelen
doseermedium spuiten wanneer deze worden gemani‐
puleerd of geopend.
–
–
Oorzaak
Geen netspanning of ver‐
keerde netspanning aan‐
wezig.
Oorzaak
Vloeistofpeil in de voorraadtank
heeft "Vloeistofpeil laag fase 2"
bereikt.
Pompbesturing bevindt zich in
de bedrijfsmodus
„ANALG" -menu een
is in het
onjuist gedrag geprogrammeerd
en de besturingsstroom is gezakt
onder de 3,8 mA.
Pompbesturing bevindt zich in
de bedrijfsmodus
„Batch" en de functieuitbreiding
"Memory" is ingesteld. Boven‐
dien is er een zeer hoge factor
Neem vóór werkzaamheden aan de pomp passende
veiligheidsmaatregelen (bijv. veiligheidsbril, veilig‐
heidshandschoenen, ...). Houdt u zich aan het veilig‐
heidsinformatieblad van het doseermedium.
Leeg en spoel vóór werkzaamheden aan de pomp
de doseereenheid.
Haal de netstekker uit het stopcontact en zorg dat
de pomp niet onbedoeld weer wordt aangesloten.
Maak vóór alle werkzaamheden de hydraulische
onderdelen van de installatie drukloos.
Verhelpen
Gebruik de voorgeschreven netspanning
volgens de spanningsgegevens op het
typeplaatje.
Verhelpen
Vul de voorraadtank bij.
Los het probleem met de
„Analoog" , er
geringe besturingsstroom op.
Schakel de programmering van
het onjuiste gedrag
hoofdstuk "Instellen - instel‐
lingen van de bedrijfsmodus
(SET-menu)".
Druk op de toets
„Contact" of
geninhoud wordt gewist.
Stel de pomp nieuw in.
Storingen verhelpen
Personeel
Elektricien
„UIT" - zie
[P] . De geheu‐
51