Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Gebruikershandleiding
Motorgedreven membraandoseerpomp
Sigma/ 1 Controltype S1Cb
Voor het begin van alle werkzaamheden de handleiding lezen!
Nooit weggooien! De gebruiker is aansprakelijk bij schade als gevolg van installatie- en bedieningsfouten!
Technische wijzigingen voorbehouden!
Artikelnummer 985293
Originele gebruikershandleiding (2006/42/EG)
BA SI 022 01/14 NL

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor ProMinent 1 Controltype S1Cb Series

  • Pagina 1 Gebruikershandleiding Motorgedreven membraandoseerpomp Sigma/ 1 Controltype S1Cb Voor het begin van alle werkzaamheden de handleiding lezen! Nooit weggooien! De gebruiker is aansprakelijk bij schade als gevolg van installatie- en bedieningsfouten! Technische wijzigingen voorbehouden! Artikelnummer 985293 Originele gebruikershandleiding (2006/42/EG) BA SI 022 01/14 NL...
  • Pagina 2: Aanvullende Aanwijzingen

    Aanvullende aanwijzingen Aanvullende aanwijzingen Lees de volgende, aanvullende aanwijzingen door! Wanneer u deze kent, doet u daarmee uw voordeel tijdens het gebruik van de gebruikershandlei‐ ding. In de tekst zijn de volgende onderdelen geaccentueerd: Opsommingen Afb. 1: Aub lezen! Instructies ð...
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Inhoudsopgave Identcode..................5 Veiligheid, hoofdstuk............... 8 Opslag, transport en uitpakken............12 Overzicht van apparaat en besturingselementen......13 4.1 Toetsfuncties................. 15 4.2 Indicatoren LCD-scherm............15 Functiebeschrijving................ 18 5.1 Pomp..................18 5.2 Doseereenheid..............19 5.3 Ontluchtingsventiel en geïntegreerd overstortventiel ... 19 5.4 Meerlaagsveiligheidsmembraan...........
  • Pagina 4 Inhoudsopgave 8.7.1 Tellers wissen (menu TELLERS WISSEN)......59 8.7.2 Display aanpassen (menu DISPLAY)........ 59 8.7.3 De HMI afmelden............... 59 8.7.4 Beveiliging (menu BEVEILIGING)........60 8.8 Informatie over de pomp (menu INFORMATIE)....61 8.9 Taal instellen (menu TAAL)........... 62 In bedrijf nemen................63 Bediening..................
  • Pagina 5: Identcode

    Standaard-schroefdraadaansluiting (conform technische gege‐ vens) Wartelmoer en inlegdeel PVC Wartelmoer en inlegdeel PP Wartelmoer en inlegdeel PVDF Wartelmoer en inlegdeel SS Wartelmoer en slangpilaar PVDF Wartelmoer en slangpilaar SS Wartelmoer en lasmof SS Uitvoering Met ProMinent logo ® Zonder ProMinent ® logo...
  • Pagina 6 Identcode S1Cb Sigma 1, Controltype, versie b Fysiologisch verdraag‐ FDA-Nr. 21 CFR §177.1550 zaam m.b.t. met materiaal (PTFE) dat in aanraking komt met FDA-Nr. 21 CFR §177.2510 het medium (PVDF) Doseereenheid links Elektrische voeding 1 fase, 100 - 230 V, ±10%, 50/60 Hz Kabel en stekker 2 m Europa 2 m Zwitserland...
  • Pagina 7 Identcode S1Cb Sigma 1, Controltype, versie b Doseerbewaking, dynamisch, zonder toegangs‐ controle Doseerbewaking, dynamisch, met toegangscontrole Taal Neder‐ lands Engels Spaans Frans FPM = fluorrubber ** Pomp zonder besturingseenheid HMI *** Standaard met slangpilaar in de bypass. Schroefdraadaansluiting op aanvraag.
  • Pagina 8: Veiligheid, Hoofdstuk

    De algemene beperkingen met betrekking tot viscositeitsgrens‐ waarden, bestendigheid tegen chemicaliën en de lekdichtheid moeten worden opgevolgd - zie ook de bestendigheidslijst van ProMinent (productcatalogus of op www.prominent.com/en/downloads)! Elk ander gebruik en/of het ombouwen van het apparaat is verboden.
  • Pagina 9 Veiligheid, hoofdstuk Kwalificatie personeel Activiteit Kwalificatie Opslag, transport, uitpakken Geïnstrueerd persoon Monteren Deskundig personeel, serviceafde‐ ling Hydraulische installatie plannen Deskundig personeel dat aantoon‐ baar vertrouwd is met het gebruik van oscillerende verdringerpompen Hydraulische installatie Deskundig personeel, serviceafde‐ ling Elektrische installatie Elektromonteur Bediening Geïnstrueerd persoon...
  • Pagina 10 Een ongeschikt doseermedium kan de pompdelen waarmee het medium in aanraking komt, beschadigen. – Houd bij het kiezen van het doseermedium rekening met de bestendigheid van de materialen - zie de ProMinent productcatalogus op www.prominent.com/en/downloads. VOORZICHTIG! Gevaar voor persoonlijk letsel en materiële schade Gebruik van niet originele delen kan persoonlijk letsel en materiële schade tot gevolg hebben.
  • Pagina 11 Veiligheid, hoofdstuk VOORZICHTIG! Gevaar door onjuist bediende of slecht onderhouden pomp Een slecht toegankelijke pomp kan gevaarlijk zijn door onjuiste bediening en slecht onderhoud. – Zorg dat de pomp altijd toegankelijk is. – Houdt u zich aan de onderhoudsintervallen. WAARSCHUWING! Bij de pomp kan een aan-/uitschakelaar ontbreken, afhanke‐...
  • Pagina 12: Opslag, Transport En Uitpakken

    Het formulier "Decontaminatieverklaring" vindt u op www.prominent.com/en/downloads. VOORZICHTIG! Gevaar van materiële schade Het apparaat kan worden beschadigd door onjuiste opslag of transport! –...
  • Pagina 13: Overzicht Van Apparaat En Besturingselementen

    Overzicht van apparaat en besturingselementen Overzicht van apparaat en besturingselementen Overzicht van apparaat P_SI_0126_SW Afb. 2: Overzicht van apparaat S1Cb Besturingseenheid HMI Frequentieomvormer Aandrijfeenheid Slaginstelwiel Aandrijfmotor Doseereenheid Membraanbreuksensor Besturingselementen P_SI_0088_SW Afb. 3: Bedieningselementen Sigma Ontluchtingsventiel of overstortventiel (afhankelijk van identcode) Membraanbreuksensor, optisch...
  • Pagina 14 Overzicht van apparaat en besturingselementen P_SI_0105_SW Afb. 4: Bedieningselementen HMI LCD-scherm Storingsindicator (rood) Waarschuwingsmeldingindicator (geel) Bedrijfstoestandindicator (groen) [ i ] /Naar rechts Toets [ESC] Toets [START/STOP] Toets [OMLAAG] Toets [P/OK] Toets [OMHOOG] 10 Toets P_SI_0106_SW_2 Afb. 5: Bedieningselementen aansluitdeksel Relais- en mA-uitgang (optioneel) Slot voor optionele module (timer, PROFIBUS ®...
  • Pagina 15: Toetsfuncties

    Overzicht van apparaat en besturingselementen 4.1 Toetsfuncties Toets Gebruik In Continuweergaven (bedienen) In de Instelmodus (instellen) [STOP/START] kort ingedrukt Pomp stopzetten, Pomp stopzetten, Pomp starten Pomp starten [P/OK] kort ingedrukt Charge starten (alleen in bedrijfs‐ Invoer bevestigen en naar het vol‐ „Charge“...
  • Pagina 16 Overzicht van apparaat en besturingselementen De indicatoren en de gegevens in de verschillende velden van het LCD- scherm hebben diverse betekenissen: 1 2 3 4 B0413 Hoofdscherm in bedrijf Bronverwijzing voor Stop Gebruik van hulpfrequentie/membraanbreuksensor uitgeschakeld Moduleoptie Bedrijfsmodus Hoofdweergave Nevenweergave Weergavetype (aantal pagina's) Meer indicatoren;...
  • Pagina 17 Overzicht van apparaat en besturingselementen Veldnr. Symbool Naam Betekenis ANALOG „Analog“ Bedrijfsmodus „Analog“ Fout Er is een storing opgetreden. Slaglengtewijziging Afwijking van de slaglengte ten opzicht van de waarde die was ingesteld op het tijdstip van de laatste vergrende‐ ling van het Instelmenu. Debietbewaking Er is een debietbewaking aangesloten.
  • Pagina 18: Functiebeschrijving

    Functiebeschrijving Functiebeschrijving 5.1 Pomp De doseerpomp is een oscillerende verdringerpomp met instelbare slag‐ lengte. De doseerpomp wordt aangedreven door een elektromotor. De drijfstang draagt de slagbeweging over op de doseermembranen. Weergave van de slagbeweging De slagbeweging van de verdringer wordt continu geregistreerd en bijge‐ stuurd, zodat de slag volgens een vooraf ingesteld doseerprofiel wordt uit‐...
  • Pagina 19: Doseereenheid

    Functiebeschrijving Bij een voor aanzuiging geoptimaliseerd doseerprofiel wordt de zuigslag zo lang mogelijk gerekt, waardoor een exacte en eenvoudige dosering van taaivloeibare of uitgassende media mogelijk is. Deze instelling moet ook worden gekozen voor het minimaliseren van de NPSH-waarde. P_SI_0104_SW 5.2 Doseereenheid Het membraan (2) sluit het pompvolume van de doseerkop (4) naar buiten hermetisch af.
  • Pagina 20: Meerlaagsveiligheidsmembraan

    Functiebeschrijving Alleen de motor en de overbrenging worden door het geïntegreerde over‐ stortventiel beschermd, en dat uitsluitend tegen een ontoelaatbare over‐ druk die door de doseerpomp zelf wordt veroorzaakt. De installatie wordt door het veiligheidsventiel niet beschermd tegen overdruk. Het geïntegreerde overstortventiel werkt als een ontluchtingsventiel zodra de draaiknop (3) op "open"...
  • Pagina 21: Bedrijfsmodi

    FIBUS ® DP-interface). In deze bedrijfsmodus is het mogelijkh de pomp via een BUS aan te sturen; zie de "Aanvullende gebruikershandleiding voor ProMinent delta en Sigma met PROFIBUS ". ® 5.6 Functies Via de identcode kunt u de volgende functies bestellen: Overbelastingsuitschakeling: Omdat het energiegebruik wordt bewaakt, kan de pomp bij overschrijding van een gedefinieerd tolerantiebereik elek‐...
  • Pagina 22: Opties

    Functiebeschrijving Functie "Flow": Stopt de pomp bij een te laag debiet, als een doseerbewa‐ king is aangesloten. U kunt het aantal foute slagen waarbij de pomp moet „Instellingen“ . worden uitgeschakeld instellen in het menu De volgende functies zijn standaard beschikbaar: Functie "Niveauschakelaar": Informatie over het vulniveau in de doseer‐...
  • Pagina 23: Functie- En Storingsindicator

    Functiebeschrijving 5.8 Functie- en storingsindicator De bedrijfs- en storingstoestanden worden weergegeven door de drie „Fout“ op het LCD-scherm; zie ook hoofdstuk LED's en de indicator "Functiestoringen verhelpen": 5.9 LCD-scherm „Fout“ en een foutmelding weerge‐ Bij een storing worden de indicator geven.
  • Pagina 24 Functiebeschrijving Het volgende overzicht geeft de rangorde aan: 1. - Aanzuigen 2. - Storing, Stop, Pauze 3. - Hulpfrequentie (externe frequentieomschakeling) 4. - Manual, Extern Contact, Charge, Extern Analog Commentaar: bij 1 - "Aanzuigen" is in elke toestand mogelijk (zolang de pomp werkt). bij 2 - "Storing", "Stop"...
  • Pagina 25: Monteren

    Monteren Monteren De maten op de maatschets en van de pomp vergelijken. Fundament WAARSCHUWING! Gevaar voor elektrische schok Wanneer water of andere elektrisch geleidende vloeistoffen anders dan via de zuigaansluiting in de pomp terechtkomen, kan dat een elektrische schok veroorzaken. –...
  • Pagina 26 Monteren Positionering doseereenheid Doseercapaciteit te laag Staan de ventielen van de doseereenheid niet rechtop, sluiten ze niet goed. Het persventiel moet rechtop naar boven gericht staan. – Bevestigen Doseercapaciteit te laag Door trillingen kunnen er storingen optreden in de ventielen van de doseereenheid.
  • Pagina 27: Installeren

    Installeren Installeren VOORZICHTIG! Gevaar voor persoonlijk letsel en materiële schade Wordt tijdens de installatie geen rekening gehouden met de technische gegevens, kan dat lichamelijk letsel en materiële schade tot gevolg hebben. – De technische gegevens - zie hoofdstuk "Technische gegevens" en eventueel de gebruikershandleidingen van het toebehoren opvolgen.
  • Pagina 28 Installeren VOORZICHTIG! Aanzuigproblemen mogelijk Bevat het doseermedium deeltjes groter dan 0,3 mm, kunnen de ventielen niet meer volledig sluiten. – Installeer een geschikt filter in de zuigleiding. VOORZICHTIG! Waarschuwing voor het springen van de persleiding Is de persleiding gesloten (bijv. door verstopt raken van een persleiding of door het sluiten van een ventiel), kan de druk die de doseerpomp genereert een veelvoud bereiken van de toegestane druk van de installatie resp.
  • Pagina 29 P_SI_0021 geribbelde pompventielen en de geribbelde inlegdelen Ä op pagina 27 . Afb. 14: Vormpakking bij geribbeld inleg‐ van ProMinent, zie deel – Indien er echter een ongeribbeld inlegdeel wordt gebruikt (bijv. ander merk), moet een elastomeerpakking Ä...
  • Pagina 30 Installeren Geïntegreerd overstrortventiel, resp. geïn‐ tegreerd veiligheidsventiel WAARSCHUWING! Product kan gevaarlijk worden verontreinigd Allen bij uitvoering "Fysiologisch verdraagzaam m.b.t. met materiaal dat in aanraking komt met het medium": Opent het geïntegreerde ontluchtingsventiel of het geïnte‐ greerde overstortventiel, komt het doseermedium niet in aan‐ raking met niet fysiologisch verdraagzame afdichtingen.
  • Pagina 31: Principiële Installatieaanwijzingen

    Installeren VOORZICHTIG! Waarschuwing voor lekkages Doseermedium dat in de overloopleiding in contact staat met het overstortventiel, resp. het geïntegreerde veiligheidsven‐ tiel kan deze aantasten of lekkages hierbij veroorzaken. – Monteer de overloopleiding altijd overal aflopend en positioneer de slangpilaar altijd naar beneden gericht - zie .
  • Pagina 32: Installeren, Elektrisch

    Installeren VOORZICHTIG! Er kunnen gevaarlijke doseermedia ontsnappen Gevaar bij gevaarlijke doseermedia: Bij de gebruikelijke ont‐ luchtingsprocedures voor doseerpompen kunnen gevaarlijke doseermedia buiten de pomp terechtkomen. – Installeer een ontluchtingsleiding met een retourleiding naar de voorraadtank. Kort de retourleiding zo ver af dat deze niet het doseermedium in de voorraadtank kan raken.
  • Pagina 33: Besturingsaansluitingen

    Installeren WAARSCHUWING! Gevaar voor elektrische schok Op het binnenste van de motor of van de extra elektrische inrichtingen kan spanning staan. – Is de behuizing van de motor of van de extra elektrische inrichtingen beschadigd geraakt, moeten deze onmiddel‐ lijk van het net worden gescheiden. De pomp mag alleen na een geautoriseerde reparatie weer in bedrijf worden genomen.
  • Pagina 34: Storingsmeldrelais

    Installeren Alleen bij brandbare media: WAARSCHUWING! Brandgevaar De elektrische membraanbreuksensor moet bij membraan‐ breuk een alarm inschakelen en de pomp onmiddellijk stoppen. De pomp mag alleen met een nieuw membraan weer in bedrijf worden genomen. 7.2.1.1 Relais 7.2.1.1.1 Storingsmeldrelais 230 V „Relais“...
  • Pagina 35: Stroomuitgang En Storingsmeld- Of Pulsrelais (24 V)

    Installeren Afb. 22: Toewijzing aan de pomp Storingsmeldrelais (24 V) Informatie Waarde Eenheid Max. contactbelasting bij 24 V en 50/60 100 mA Min. mechanische levensduur: 200.000 schake‐ lingen Pulsrelais Informatie Waarde Eenheid Restspanning bij I = 1 μA 0,4 V off max Max.
  • Pagina 36 Installeren Storingsmeld- of pulsrelais (24 V) Informatie Waarde Eenheid Restspanning bij I = 1 μA 0,4 V off max Max. stroomsterkte 100 mA Max. spanning 24 VDC Sluittijd 100 ms Stroomuitgang en storingsmeld- of pulsre‐ lais (24 V) Naar pin VDE-kabel Contact Relais...
  • Pagina 37: Bedradingsschema

    Installeren 7.2.1.2 Externe aansturing Externe aansturing Bedradingsschema Bedradingsschema Vooraanzicht van de kabelstekker Kabel niveauschakelaar Universele besturingskabel (5-aderig) voor voor blauw + zwart: open Pauzefunctie: -> alarmmelding bruin + zwart: gesloten -> pomp doseert bruin + zwart: open -> alarmmelding + pomp stopt bruin + zwart: open ->...
  • Pagina 38 Installeren Technische gegevens "Externe aanstu‐ ring" Als ingangsschakelelementen kunnen halfgeleiderschakelelementen met een restspanning van –0,7 V (bijv. transistor in open-collectorschakeling) of contacten (relais) worden gebruikt. P_BE_0014_SW 1 = pauze-ingang (schakelfunctie) Spanning bij open contacten: ca. 5 V Ingangsweerstand: 10 kΩ Aansturing: potentiaalvrij contact (ca.
  • Pagina 39 Installeren Blokschema Sigma Control Ingangen Uitgangen Pomp, binnenzijde Leegmelding 3 bruin/pauze Niveau- Waarschuwing 2 blauw/alarm bewaking 1 zwart/aarde VDE-kabel: 2 groen/NC 1 bruin/5 V Storingsmeld- Doseer - 1 wit/NO 2 wit/cod. Doseer- relais be - 4 bruin/C bewaking waking 3 blauw Flow Control 4 zwart/aarde VDE-kabel:...
  • Pagina 40: Aansluitvoorbeelden Universele Besturingskabel

    Functie "Extern contact" (ProMinent extern/contactkabel) 2-aderig 2 wit/contact Externe inschakeling 4 bruin/aarde Aarde Pulsfrequentie, bijv. contactwatermeter, PLC, enz. Functie "Extern contact" (ProMinent universele besturingskabel) 3 blauw/analoog 5-aderig 2 wit/contact Externe 1 bruin/pauze inschakeling 4 zwart/aarde 5 grijs/hulpfreq. Aarde Pulsfrequentie, bijv. contactwatermeter, PLC, enz.
  • Pagina 41: Pomp, Elektrische Voeding

    Installeren Wordt de pomp zonder HMI gebruikt, moet de meegeleverde afsluitkap op de CAN-bus boven de LED's van de pompvoet worden geplaatst. VOORZICHTIG! Gevaar voor kortsluiting Dringt vloeistof in de CAN-bus, kan dit bijvoorbeeld een kort‐ sluiting in de pomp veroorzaken. –...
  • Pagina 42: Andere Componenten

    Installeren Installeer een scheidingsinrichting in de voeding, bijv. een vermogensschakelaar of een stekker-/stopcontactcombi‐ natie, om de pomp onafhankelijk van de totale installatie te kunnen uitschakelen (bijv. voor reparaties). Markeer deze scheidingsinrichting duidelijk als zodanig. Installeer de kabel van de pomp. Belangrijke elektrische gegevens staan op het type‐...
  • Pagina 43: Instellen

    Instellen Instellen Zie voor aanvullende informatie de overzichten "Bedie‐ – ningselementen en toetsfuncties" en "Bedienings-/instel‐ lingsoverzicht" in de bijlage. Wanneer u 1 minuut lang op geen enkele toets drukt, – keert de pomp terug naar een Continuweergave. 8.1 Belangrijkste punten bij het instellen van de besturing = insteloptie = wijzigbaar Instellingen...
  • Pagina 44: Naar De Instelmodus Overschakelen

    Instellen Het aantal Continuweergaven hangt af van de identcode, de geselecteerde bedrijfsmodus en de aangesloten extra inrich‐ tingen; zie het overzicht "Continuweergaven" in de bijlage. Het aantal Continuweergaven en foutmeldingen en de plaats van de weergegeven Continuweergave of foutmelding worden aangegeven door een horizontale schuifbalk. Bij foutmeldingen wordt er een indicator getoond en worden er tussen de Continuweergaven schermen met gewone tekst (en een foutcode) weergegeven.
  • Pagina 45: Bedrijfsmodus Selecteren (Menu "Bedrijfsmodus")

    Instellen Menu Bedrijfsmodus Bedrijfsmodus Menu Instellingen Instellingen 2 sec. Hoofdmenu Continu- Bedrijfsmodus Instellingen weergave Service Informatie Taal Menu Service Service Menu Informatie Informatie Menu Taal Taal 8.4 Bedrijfsmodus selecteren (menu "Bedrijfsmodus") In het menu „Bedrijfsmodus“ kunt u de volgende bedrijfsmodussen selec‐ teren (afhankelijk van de identcode kunnen bedrijfsmodussen ontbreken): „Manual“...
  • Pagina 46: Instellingen Voor De Bedrijfsmodus "Manual

    Instellen Of er daarnaast nog een instelmenu beschikbaar is, is afhankelijk van de geselecteerde bedrijfsmodus en de aangesloten apparaten of modulen. Hoofdmenu Continu- Menu Menu Bedrijfsmodus Instellingen Instellingen Instellingen Bedrijfsmodus** weergave Service Informatie Taal Menu Timer* Timer* Menu Profibus* Profibus* Menu Hulpfrequentie Menu...
  • Pagina 47: Instellingen Voor De Bedrijfsmodus "Contact

    Instellen Geheugen Hoofdmenu Instellingen Charge Bedrijfsmodus Charge Geheugen Instellingen Hulpfrequentie Factor Service Kalibreren Einde Informatie Dosering Taal Relais Factor Charge Geheugen Factor 0 0 0 0 5 Einde Continu- weergave De bedrijfsmodus „Charge“ is een variant op de bedrijfsmodus „Contact“ ; zie hiervoor het volgende hoofdstuk.
  • Pagina 48 Instellen VOORZICHTIG! Bij het omschakelen van bedrijfsmodus „Manual“ naar „Contact“ handhaaft de pomp de slagfre‐ bedrijfsmodus quentie. Ook in de bedrijfsmodus „Contact“ is de slagfrequentie instelbaar. Deze moet gewoonlijk op de maximale slagfre‐ quentie worden ingesteld. Geheugen Hoofdmenu Instellingen Contact Bedrijfsmodus Contact Geheugen...
  • Pagina 49 Instellen Voorbeeldtabel Factor Pulsen (volgorde) Aantal slagen (volgorde) Pulsvermenigvuldiging* 100,00 100,00 1,50 1,50 (1 / 2) 1,25 1,25 (1 / 1 / 1 / 2) Pulsdeling** 0,50 0,10 0,01 0,25 0,40 2,5 (3 / 2) (1 / 1) 0,75 1,33 (2 / 1 / 1) (1 / 1 / 1) * Verklaring bij pulsvermenigvuldiging Bij een factor 1...
  • Pagina 50: Instellingen Voor De Bedrijfsmodus "Analog

    Instellen Aanvullende functie "Geheugen" Daarnaast kunt u de aanvullende functie "Geheugen" inschakelen (indi‐ cator "m"). Bij een ingeschakelde functie "Geheugen" telt de pomp de rest‐ slagen die niet konden worden uitgevoerd bij elkaar op tot 99.999 slagen, de maximumcapaciteit van het slaggeheugen. Wanneer deze maximum‐ capaciteit wordt overschreden, schakelt de pomp over op storing.
  • Pagina 51 Instellen Er zijn drie curvetypen: „Lineair“ „Ond. zijband“ (onderste zijband) „Bov. zijband“ (bovenste zijband) Voor alle drie curvetypen geldt: Het kleinst verwerkbare verschil tussen I1 en I2 is 4 mA (ll I1- I2 ll ≥4 mA). Hoofdmenu Instellingen Analog Bedrijfsmodus Analog Standaard Instellingen...
  • Pagina 52 Instellen „Onderste zijband“ Met behulp dit verwerkingstype kunt u een doseerpomp via het stroomsig‐ naal aansturen zoals in onderstaande grafiek is aangegeven. U kunt via één stroomsignaal echter ook twee doseerpompen voor ver‐ schillende doseermedia aansturen (bijvoorbeeld, via het signaal van een pH-sensor een zure pomp en een alkalische pomp).
  • Pagina 53: Instellingen Voor Programmeerbare Functies (Menu "Instellingen")

    Instellen 8.6 Instellingen voor programmeerbare functies (menu "Instellingen") In het menu "Instellingen" zijn voor alle bedrijfsmodussen instelmenu's voor de volgende programmeerbare functies beschikbaar: „AUX“ ) Hulpfrequentie (menu Debiet (menu „DEBIET“ ) (alleen beschikbaar wanneer een doseerbe‐ waking is aangesloten) „KALIBREREN“ ) Kalibreren (menu Dosering (menu „DOSERING“...
  • Pagina 54: Instellingen Voor De Functie "Dosering" (Menu Dosering)

    Instellen Nauwkeurigheid van de kalibratie Wanneer niet aan onderstaande voorwaarden is voldaan, is een kalibratie niet nauwkeurig: De pomp werkt met minstens 30% slaglengte. – De pomp werkt met de maximale slagfrequentie. – Kalibreren WAARSCHUWING! Bij een gevaarlijk doseermedium moet u bij het opvolgen van de volgende instructie voor kalibratie de vereiste veiligheids‐...
  • Pagina 55: Instellingen Voor De Functie "Doseerbewaking" (Menu Doseerbewaking)

    Instellen 8.6.3.1 Instellingen in het menu "Dosering" Dosering Doseerprofiel Hoofdmenu Instellingen Bedrijfsmodus Analog Doseerprofiel Standaard Instellingen Hulpfrequentie Einde Geoptimaliseerd voor dosering Service Kalibreren Geoptimaliseerd voor aanzuiging Informatie Dosering Taal Relais Continu- weergave „Dosering è Doseerprofiel“ kunt u het chronologische verloop van Onder de doseerstroom in de pomp aanpassen aan de behoeften van de desbe‐...
  • Pagina 56: Instellingen Voor De Functie "Relais" (Menu Relais)

    Instellen „Signalering“ , kunt u selecteren of zo'n geval tot In het laatste menu-item, „Fout“ of tot een „Waarschuwing“ moet leiden. „Doseerbewaking“ kunt u uitschakelen onder „Bewaking“ . De functie „AUX“ (hulpfrequentie) kan de functie Voor de bedrijfsmodus „Doseerbewaking“ worden uitgeschakeld. 8.6.5 Instellingen voor de functie "Relais"...
  • Pagina 57: Instellingen Voor De Functie "Analoge Uitgang" (Menu Analoge Uitgang)

    Instellen De instelmogelijkheden van de functie „Relais“ zijn alleen beschikbaar wanneer er een relais aanwezig is. Toewijzingen bij de relaiscombinaties Schermtekst "Relais 1" "Relais 2" (mechanisch relais) (halfgeleiderrelais) Waarschuwing Waarschuwingsrelais Waarschuwingsrelais Fout Storingsmeldrelais Storingsmeldrelais Waarschuwing+fout Waarschuwings- en storingsmeldre‐ Waarschuwings- en storingsmeldre‐ lais lais Waarschuwing+fout+stop...
  • Pagina 58: Instellingen Voor De Functie "Membraanbreuk" (Menu Membraanbreuk)

    Instellen - Uitgangsstroom in mA - Slagfrequentie in slagen/min - Slaglengte in % fmax - Maximale slagfrequentie in slagen/min „Contact“ en „Charge“ is f de slagfrequentie die In de bedrijfsmodussen in de Continuweergave "Slagfrequentie" is ingesteld. 8.6.7 Instellingen voor de functie "Membraanbreuk" (menu MEMBRAANBREUK) Membraanbreuk Hoofdmenu Instellingen...
  • Pagina 59: Tellers Wissen (Menu Tellers Wissen)

    Instellen 8.7.1 Tellers wissen (menu TELLERS WISSEN) Teller wissen Hoofdmenu Service Alles Bedrijfsmodus Teller wissen Instellingen Display Slagenteller Service HMI afmelden Volumeteller Informatie Beveiliging Taal Einde Continu- weergave „TELLERS WISSEN“ kunt u het opgeslagen totaal aantal In het menu „Slagenteller“ ) wissen, het aantal liters ( „Volumeteller“ ) wissen (= slagen ( op "0"...
  • Pagina 60: Beveiliging (Menu Beveiliging)

    Instellen Wanneer u de HMI wilt afmelden, doorloopt u bovenstaand menu. Daarna kunt u de HMI van de pomp loshalen. Het aanmelden vindt automatisch plaats zodra u de kabel van de HMI op de CAN-bus aansluit. In het geval dat u de HMI expliciet moet aanmelden: Het aanmelden via het menu verloopt precies zoals het afmelden.
  • Pagina 61: Omgang Met Toegangsbeveiliging En Wachtwoord

    Instellen Bij een ingestelde toegangsbeveiliging wordt, wanneer ondertussen niet op een toets wordt gedrukt, na 1 minuut linksboven in de Continuweergave een sleutelpictogram in plaats van de "i" weergegeven. 8.7.4.2 Wachtwoord Voer in dit menu de pincode in die u als wachtwoord wilt instellen. Het wachtwoord geldt voor beide vergrendelingen.
  • Pagina 62: Taal Instellen (Menu Taal)

    Instellen 8.9 Taal instellen (menu TAAL) Taal Hoofdmenu Instellingen Duits Service Engels Informatie Frans Taal Spaans Einde Continu- weergave „TAAL“ kunt u de gewenste taal voor de bediening selec‐ In het menu teren.
  • Pagina 63: In Bedrijf Nemen

    In bedrijf nemen In bedrijf nemen Veiligheidsaanwijzingen WAARSCHUWING! Brandgevaar bij brandbare media Alleen bij brandbare media: deze kunnen in combinatie met zuurstof ontbranden. – Tijdens het vullen of legen van de doseereenheid moet een vakman ervoor zorgen dat het doseermedium niet in contact komt met lucht.
  • Pagina 64 In bedrijf nemen Geïntegreerd overstortventiel gebruiken VOORZICHTIG! Gevaar door onjuiste toepassing van geïntegreerd overstort‐ ventiel Alleen de motor en de overbrenging worden door het geïnte‐ greerde overstortventiel beschermd, en dat uitsluitend tegen een ontoelaatbare overdruk die door de doseerpomp zelf wordt veroorzaakt.
  • Pagina 65 In bedrijf nemen Slaglengte instellen De slaglengte alleen instellen terwijl de pomp draait. Het is dan eenvoudiger en het is beter voor de pomp. P_SI_0096_SW Afb. 30: Slaglengte instellen 100% = 2 omwentelingen 50% = 1 omwenteling 1 % = 1 schaalstreep slaginstelknop...
  • Pagina 66: Bediening

    Bediening Bediening WAARSCHUWING! Brandgevaar bij brandbare media Alleen bij brandbare media: deze kunnen in combinatie met zuurstof ontbranden. – Tijdens het vullen of legen van de doseereenheid moet een vakman ervoor zorgen dat het doseermedium niet in contact komt met lucht. WAARSCHUWING! Gevaar voor elektrische schok Door onvolledig gemonteerde elektrische optionele modules...
  • Pagina 67: Handmatig

    Bediening 10.1 Handmatig Personeel. Geïnstrueerd persoon Slaglengte instellen De slaglengte kan met de slaginstelknop worden ingesteld van 0 ... 100%. We adviseren een slaglengte tussen 30 ... 100% voor het bereiken van de aangegeven reproduceerbaarheid. Via de toetsen zijn de volgende bedieningsmogelijkheden beschikbaar (zie onderstaande de afbeelding): [STOP/START] .
  • Pagina 68: Bediening Op Afstand

    Bediening Moet een nauwkeurig ingesteld (eventueel gekalibreerd) debiet tijdelijk worden gewijzigd, kan dit door de doseercapa‐ citeit te wijzigen. De doseercapaciteit wordt namelijk digitaal verwerkt en er is daarom geen speling. Bij het wijzigen van de slaglengte kan de mechanische spe‐ ling echter storend werken.
  • Pagina 69: Onderhoud

    Onderhoud Onderhoud Veiligheidsaanwijzingen WAARSCHUWING! Brandgevaar bij brandbare media Alleen bij brandbare media: deze kunnen in combinatie met zuurstof ontbranden. – Tijdens het vullen of legen van de doseereenheid moet een vakman ervoor zorgen dat het doseermedium niet in contact komt met lucht. WAARSCHUWING! Lees voor het verzenden van de pomp altijd de veiligheids‐...
  • Pagina 70 Onderhoud Niet-originele reserveonderdelen voor de pomp kunnen tot problemen met de pomp leiden. Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen. – Gebruik de juiste reserveonderdelensets. Raadpleeg bij – twijfel altijd de explosietekeningen en de bestelinformatie in de bijlage. Standaarddoseereenheden: Interval Onderhoudswerkzaamheid Personeel Elk kwartaal* Deskundig personeel Controleren of de doseerleidingen goed vastzitten op de doseereenheid.
  • Pagina 71: Repareren

    Repareren Repareren Veiligheidsaanwijzingen WAARSCHUWING! Brandgevaar bij brandbare media Alleen bij brandbare media: deze kunnen in combinatie met zuurstof ontbranden. – Tijdens het vullen of legen van de doseereenheid moet een vakman ervoor zorgen dat het doseermedium niet in contact komt met lucht. WAARSCHUWING! Lees voor het verzenden van de pomp altijd de veiligheids‐...
  • Pagina 72 Repareren Alleen bij uitvoering "Fysiologisch verdraagzaam": WAARSCHUWING! Product kan gevaarlijk worden verontreinigd Alleen de reserveonderdelen uit de reserveonderdelenset "Fysiologisch verdraagzaam" gebruiken. Personeel. Deskundig personeel Kogelventielen repareren VOORZICHTIG! Waarschuwing voor persoonlijk letsel en materiële schade Wordt de reparatie niet deskundig uitgevoerd, kan er bijvoor‐ beeld doseermedium uit de doseereenheid lekken.
  • Pagina 73: Doseermembraan Vervangen

    Repareren 12.2 Doseermembraan vervangen Reserveonderdelen van derden voor pompen, kunnen bij het pompen problemen veroorzaken. Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen. – Gebruik de juiste reserveonderdelensets. Raadpleeg bij – twijfel altijd de explosietekeningen en de bestelinformatie in de bijlage. Personeel. Deskundig personeel Voorwaarden: Neem, indien nodig, veiligheidsmaatregelen.
  • Pagina 74 Repareren P_SI_0029 Afb. 33: Tolerantiebereik van de lip op de kopschijf Membraan Kopschijf Tolerantiebereik Lukt dat niet, verwijder dan vuil of spanen uit de schroefdraad en vervolgens het membraan correct op de aandrijfas schroeven. ð Lukt het nog steeds niet, neem dan contact op met de ProMi‐ nent- / ProMaqua-serviceafdeling.
  • Pagina 75 Repareren Toestand van membraanbreuksensor con‐ troleren Is de membraanbreuksensor van binnen vochtig geworden of is vuil binnengedrongen: membraanbreuksensor vervangen. P_SI_0020_SW Afb. 34: Doorsnede van de membraanbreuksignalering Sigma (uitvoering "Optische breukweergave") Werklaag (≙ werkmembraan) Veiligheidslaag (≙ veiligheidsmembraan) Plunjer Membraanbreuksensor Cilinder, rood Deksel, doorzichtig Is de plunjer van de membraanbreuksensor, zie Afb.
  • Pagina 76 Repareren Druk de rode cilinder nogmaals in de membraanbreuksensor en herhaal de test. Wordt deze niet beide keren geactiveerd, vervang dan de mem‐ braanbreuksensor. Het doorzichtige deksel op de membraanbreuksensor schroeven als de test met succes is uitgevoerd, verdergaan met het monteren van de membranen.
  • Pagina 77 Repareren Aanhaalmomenten Informatie Waarde Eenheid Aanhaalmomenten voor doseerkop‐ 4,5 ... 5,0 Nm schroeven:...
  • Pagina 78: Functiestoringen Verhelpen

    Functiestoringen verhelpen Functiestoringen verhelpen Veiligheidsaanwijzingen WAARSCHUWING! Brandgevaar bij brandbare media Alleen bij brandbare media: deze kunnen in combinatie met zuurstof ontbranden. – Tijdens het vullen of legen van de doseereenheid moet een vakman ervoor zorgen dat het doseermedium niet in contact komt met lucht.
  • Pagina 79: Storingsmeldingen

    Functiestoringen verhelpen Foutbeschrijving Oorzaak Verhelpen Personeel Zware kristallijne afzettingen Verwijder de ventielen en reinig deze; zie Deskundig op de kogelzitting door het uit‐ hoofdstuk "Reparatie". personeel drogen van de ventielen. Bij de kopschijf ontsnapt De schroeven op de De schroeven in de doseerkop weer kruis‐ vloeistof.
  • Pagina 80: Waarschuwingsmeldingen

    Functiestoringen verhelpen Foutbeschrijving Oorzaak Verhelpen Personeel Op het LCD-scherm wordt het symbool "Mem‐ Het membraan is gescheurd. Vervang het membraan Des‐ braan" DIA knipperend weergegeven, evenals en test de membraan‐ kundig „membraanbreuk“ E-38-3 en breuksensor, zie hoofd‐ personeel de foutmelding stopt de pomp.
  • Pagina 81: Alle Andere Storingen

    „CANopen-pomp“ W8-3. gesloten. 13.4 Alle andere storingen Neem contact op met de voor u verantwoordelijke vestiging of vertegen‐ www.prominent.nl of www.prominent.be , "Con‐ woordiging van ProMinent: tact", "Uw contactpersonen wereldwijd" of zie het colofon van deze gebrui‐ kershandleiding.
  • Pagina 82: Buitenbedrijfstelling

    Buitenbedrijfstelling Buitenbedrijfstelling Buitenbedrijfstelling WAARSCHUWING! Brandgevaar bij brandbare media Alleen bij brandbare media: deze kunnen in combinatie met zuurstof ontbranden. – Tijdens het vullen of legen van de doseereenheid moet een vakman ervoor zorgen dat het doseermedium niet in contact komt met lucht. WAARSCHUWING! Gevaar van elektrische schok Bij werkzaamheden aan de motor of toegevoegde elektri‐...
  • Pagina 83 Buitenbedrijfstelling VOORZICHTIG! Waarschuwing voor rondspuitend doseermedium Door de druk in de doseereenheid en de aangrenzende installatiedelen kan er uit de hydraulische onderdelen doseermedium spuiten wanneer deze worden gemanipu‐ leerd of geopend. – Haal de netstekker uit het stopcontact en zorg dat de pomp niet onbedoeld weer wordt aangesloten.
  • Pagina 84: Technische Gegevens

    Technische gegevens Technische gegevens 15.1 Capaciteitsgegevens S1Cb Type Minimale pompcapaciteit bij maximale Maximale Zuig‐ Toege‐ Aansluit‐ tegendruk slagfre‐ hoogte stane diameter quentie voordruk, zuigzijde slagen/ ml/slag R"-DN minuut 12017 PVT 3/4" - 10 12017 SST 3/4" - 10 12035 PVT 3/4"...
  • Pagina 85: Viscositeit

    Technische gegevens 15.2 Viscositeit De doseereenheden zijn geschikt voor de volgende viscositeitsbereiken: Uitvoering Max. slagfrequentie Viscositeit Slagen/min mPas Standaard 0 - 200 Met ventielveren 200 - 500 Met ventielveren, met 500 - 1000* toevoer aan de zuig‐ zijde * Alleen bij juist aangepaste installatie 15.3 Verzendgewicht Typen...
  • Pagina 86: Temperaturen Media

    Technische gegevens 15.5.2 Temperaturen media Doseereenheid PVT Informatie Waarde Eenheid Temp. max., langdurig bij max. bedrijfs‐ 65 °C druk Temp. max., voor 15 min bij max. 2 bar 100 °C Temperatuur min. -10 °C Doseereenheid SST Informatie Waarde Eenheid Temp. max., langdurig bij max. bedrijfs‐ 90 °C druk Temp.
  • Pagina 87: Membraanbreuksensor

    Inschakelpiekstroom (gedurende ca. 100 Zekeringen Zekering Waarde Bestelnr. Zekering intern 3,15 AT (1,5 kA) 732414 Gebruik alleen de originele zekeringen van ProMinent! Het is niet voldoende om een zekering met bovenstaande waarde te installeren. 15.7 Membraanbreuksensor Contact (standaard) Contactbelasting, max. Bij spanning Stroomsterkte, max.
  • Pagina 88: Relais

    Technische gegevens 15.8 Relais Zie voor de technische gegevens voor het relais hoofdstuk "Installeren, elektrisch". 15.9 Geluidsdrukniveau Geluidsdrukniveau Geluidsdrukniveau LpA < 70 dB conform EN ISO 20361 bij maximale slaglengte, maximale slagfrequentie, maximale tegendruk (water)
  • Pagina 89: Maatschetsen

    Maatschetsen Maatschetsen De maten op de maatschets en van de pomp verge‐ – lijken. De maatgegevens zijn in mm. – HMI en wandbevestiging 21.5 72.5 3924-3 P_SI_0119_SW Afb. 36: Maten in mm...
  • Pagina 90 Maatschetsen...
  • Pagina 91 Maatschetsen...
  • Pagina 92: Motorinformatiebladen

    Motores. Las caracteristicas del funcionamiento identico de los Motores de otros fabricantes cambian solo marginalmente. A la Información no se asuma responsabilidad. ProMinent Dosiertechnik GmbH . 69123 Heidelberg . Germany No. MD-1042145 Datum/Date August 2012...
  • Pagina 93: Explosietekeningen

    Explosietekeningen Explosietekeningen 18.1 Explosietekeningen Sigma/ 1 Doseereenheid Sigma/ 1 050 en 065 PVT P_SI_0024 Afb. 37: Doseereenheid Sigma/ 1 050 en 065 PVT Pos. Beschrijving Type 12035, Type 07065, 12017, 10050 10044, 10022 Veer Kogel Kogelzitting Membraanbreuksensor, optisch 1033323 1033323 Ventiel 1002267* 1002267*...
  • Pagina 94 Explosietekeningen Doseereenheid Sigma/ 1 120 PVT P_SI_0024 Afb. 38: Doseereenheid Sigma/ 1 120 PVT Pos. Beschrijving Type 04084, 04120, 07042 Veer Kogel Kogelzitting Membraanbreuksensor, optisch 1033323 Ventiel 792517* Meerlaagsmembraan 1035828* * De genoemde posities vormen de bestanddelen van de reserveonder‐ delenset.
  • Pagina 95 Explosietekeningen Sigma/ 1 PVT EV P_SI_0114_SW Afb. 39: Sigma/ 1 PVT EV Naam Bestelnr. Geïntegreerd ontluchtingsventiel DN10 compl. PVA 1041067 Geïntegreerd ontluchtingsventiel DN10 compl. PVE 1041068 * De genoemde posities vormen de bestanddelen van de reserveonderdelenset. Veren in Hastelloy C, O-ringen in FPM-A en EPDM.
  • Pagina 96 Explosietekeningen Doseereenheid Sigma/ 1 050 en 065 SST P_SI_0025_SW Afb. 41: Doseereenheid Sigma/ 1 050 en 065 SST Pos. Beschrijving Type 12035, Type 07065, 12017, 10050 10044, 10022 Veer Kogel Kogelzitting Membraanbreuksensor, optisch 1033323 1033323 Ventiel 809459 809459 Meerlaagsmembraan 1030114* 1030115* * De genoemde posities vormen de bestanddelen van de reserveonder‐...
  • Pagina 97 Explosietekeningen Doseereenheid Sigma/ 1 120 SST P_SI_0025_SW Afb. 42: Doseereenheid Sigma/ 1 120 SST Pos. Beschrijving Type 04084, 04120, 07042 Veer Kogel Kogelzitting Membraanbreuksensor, optisch 1033323 Ventiel 809404 Meerlaagsmembraan 1035828* * De genoemde posities vormen de bestanddelen van de reserveonder‐ delenset.
  • Pagina 98 Explosietekeningen Sigma/ 1 SST EV P_SI_0113 Afb. 43: Sigma/ 1 SST EV Naam Bestelnr. Geïntegreerd ontluchtingsventiel DN10 compl. SSA 1041071 Geïntegreerd ontluchtingsventiel DN10 compl. SSE 1041072 * De genoemde posities vormen de bestanddelen van de reserveonderdelenset. Veren in Hastelloy C, O-ringen in FPM-A en EPDM.
  • Pagina 99: Slijtdelen S1Cb

    Slijtdelen S1Cb Slijtdelen S1Cb Reserveonderdelensets bevatten gewoonlijk de slijtende onderdelen van een doseereenheid. 19.1 Standaard Reserveonderdelensets PVT (doseereen‐ Reserveonderdelenset Typen Typen Typen heden) 12017, 10022, 07042, 12035, 10044, 04084, 10050 07065 04120 FM 50 - DN 10 1035964 FM 65 - DN 10 1035967 FM 120 - DN 15 1035961...
  • Pagina 100: Fysiologische Verdraagzaamheid

    Slijtdelen S1Cb 19.2 Fysiologische verdraagzaamheid Reserveonderdelensets Levering bij materiaaluitvoering PVT 1 x doseermembraan, 2 x ventielkogel ,1 x zuigventiel cpl., 1 x persventiel cpl. 1 x elastomeer-afdichtingsset (EPDM) 2 x kogelzittingbussen, 2 x kogelzitting, 4 x vormpakking 1x afdichtring (voor ontluchtingsventiel of overstroomventiel) Levering bij materiaaluitvoering SST 1 x doseermembraan, 2 x ventielkogels 2 x pakkingringen...
  • Pagina 101 Slijtdelen S1Cb * Doseermembraan met PTFE-coating, afdichtingen zijn PTFE-vormpak‐ kingen PTFE: FDA-Nr. 21 CFR §177.1550 PVDF: FDA-Nr. 21 CFR §177.2510...
  • Pagina 102: Grafieken Voor Het Instellen Van De Doseercapaciteit

    Grafieken voor het instellen van de doseercapaciteit Grafieken voor het instellen van de doseercapaciteit Afb. 45: A) Doseercapaciteit C bij minimale tegendruk, afhankelijk van de slaglengte s. B) Doseercapaciteit C, afhankelijk van de tegendruk p.
  • Pagina 103: Eg-Conformiteitsverklaring Voor Machines

    De beschermingsdoelen van de Laagspanningsrichtlijn 2006/95/EG conform bij‐ lage I, Nr. 1.5.1 van de EG-Machinerichtlijn 2006/42/EG zijn opgevolgd Toegepaste geharmoniseerde EN ISO 12100 normen, vooral: EN 809 EN 61010-1 EN 61000-6-2/4 Datum: 20-9-2013 U kunt de EG-conformiteitsverklaring downloaden op www.prominent.com/ en/downloads...
  • Pagina 104: Bedienings-/Instellingsoverzicht

    Bedienings-/instellingsoverzicht Bedienings-/instellingsoverzicht Continu- weergave Pomp stoppen/starten Direct instelbare waarden wijzigen Aanzuigen Charge starten (alleen in bedrijfsmodus "Charge") Fouten bevestigen Instelbare waarden controleren "Menu vergrendelen" "Alles vergrendelen" 2 sec. Hoofdmenu Menu Menu Bedrijfsmodus Instellingen Instellingen Instellingen Bedrijfsmodus** Service Informatie Taal Menu Timer* Timer* Menu...
  • Pagina 105: Continuweergaven

    Continuweergaven Continuweergaven...
  • Pagina 106 Continuweergaven...
  • Pagina 107: Index

    Index Index 1, 2, 3 ... Doseercapaciteit........... 84, 102 4 - 20 mA............... 50 Doseereenheid............13, 19 Doseereenheid legen............ 83 Aandrijfeenheid............. 13 Doseerkop..............19 Aandrijfmotor..............13 Doseermembraan vervangen........73 Aanduiding van veiligheidsaanwijzingen......8 Doseerpompen zonder geïntegreerd overstortventiel... 31 Aanraking..............47 Doseerprofiel..............
  • Pagina 108 Index Instelbare waarden controleren........43 Pulsrelais............22, 34, 35 Instellen, hoofdstuk............43 Instellingen voor de bedrijfsmodus........ 45 Radioactief..............12 Instellingen voor functies..........53 Relais................56 Instelmodus..............44 Relaisuitgang..............13 IP................... 86 Relevante EG-richtlijnen..........103 Repareren..............71 Kalibreren..............21, 53 Reproduceerbaarheid........... 84 Klimaat................
  • Pagina 109 Index Vermogensrelais............22 Waarschuwingsteken............8 Versies................61 Wachtwoord..............61 Verwijdering..............83 Wandbevestiging............89 Verzendgewicht............. 85 Viscositeit..............55, 85 Zijband................52 Zuighoogte..............84 Waarschuwing............... 55 Zuigventiel..............19 Waarschuwingsindicator......... 13, 23...
  • Pagina 112 ProMinent GmbH Im Schuhmachergewann 5-11 69123 Heidelberg Germany Telefoon: +49 6221 842-0 Telefax: +49 6221 842-612 E-mail: info@prominent.com Internet: www.prominent.com 985451, 4, nl_NL © 2012...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Sigma series

Inhoudsopgave