Foutafhandeling
8.5.3 Instellingen van de bedrijfsmodus "Contact" (CNTCT-menu)
F
max
F2
F1
0
Afb. 23: Bovenste zijband, bijv. zuurpomp
„ER" (Error) kunt u voor het verwerkingstype „Curve" een
In menupunt
foutenverwerking activeren. Bij stroomsignalen lager dan 3,8 mA wordt
een foutmelding weergegeven en wordt de pomp stopgezet.
Behalve de in het hoofdstuk "Instellingen voor programmeerbare functies
(SET-menu)" nader beschreven instellingsmenu's is bovendien in de
„Contact" in het „SET" -menu het „CNTCT" -menu beschik‐
bedrijfsmodus
baar.
„Contact" kunt u enkele slagen of een serie slagen
Met de bedrijfsmodus
activeren. U kunt de slagen door een puls via de bus "Externe aansturing"
activeren. Deze bedrijfsmodus is bedoeld om de ontvangen pulsen met
een verlaging (breuken) of kleine verhoging om te zetten in slagen.
VOORZICHTIG!
Als u omschakelt naar een andere bedrijfsmodus wordt
de factor teruggezet op "1".
Bij de identcode-uitvoering "Contact - identcode: Extern met puls control"
kunt u het aantal pulsen invoeren waarna er een slag moet volgen. "Con‐
tact - identcode: Extern met puls control" is bedoeld voor kleine doseer‐
hoeveelheden.
Continu-
weergave
Afb. 24
Het aantal slagen per puls is afhankelijk van de factor die u invoert. Zo
kunt u de ingaande pulsen met een factor van 1,01 t/m 99,99 verhogen
resp. met een factor van 0,01 t/m 0,99 verkleinen:
Aantal uitgevoerde slagen = factor x aantal ontvangen pulsen
P2
P1
I 1
I 2
I [mA]
20
B0090
Instellen
B0091
33