Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Inhoud van de database

Parameter
Database
Klant
Afdeling
Aantal
Ident.nr. / benaming
Benaming
Test volgens
Beschermingsklasse
Testprocedure
Tabel 16: Inhoud van de database
36
Beschrijving
Er kunnen meerdere databases worden aangemaakt. Tijdens het
aanmaken van de database krijgt deze een naam. De databasenaam
kan daarna alleen met behulp van de PC‑software (BENNING PC‑WIN
ST 750‑760) worden gewijzigd. Opgeslagen meetwaarden kunnen niet
worden bewerkt.
Er kunnen meerdere klanten per database worden aangemaakt. Tijdens
het aanmaken krijgt de klant een naam en kan aansluitend nog worden
gewijzigd.
Er kunnen meerdere afdelingen per klant worden aangemaakt. Tijdens
het aanmaken krijgt de afdeling een naam en kan aansluitend nog
worden gewijzigd.
Wanneer de afdeling "(Leeg)" is geselecteerd, worden alle testobjecten
weergegeven die niet aan een afdeling zijn toegewezen. Wanneer
"(Allemaal weergeven)" is geselecteerd, worden alle testobjecten
weergeven, ongeacht of deze aan een afdeling zijn toegewezen.
Het aantal testobjecten wordt afhankelijk van de drie parameters
"Database", "Klant" en "Afdeling" weergegeven.
Met behulp van deze parameters worden de testobjecten beheerd. Voor
een unieke beschrijving van testobjecten worden het
identificatienummer en de benaming van het testobject ("Apparaat")
ingevoerd.
Als er al testobjecten in de database staan, worden de parameters van
het laatst aangemaakte testobject automatisch gebruikt voor het
invoeren van een nieuw testobject. Het gebruik van eerdere
testobjectparameters is bedoeld om snel achter elkaar identieke
testobjecten aan te kunnen maken. (Verlengsnoer; meervoudige
contactdozen, enz.)
Wanneer een testobject is geselecteerd, worden deze parameters
automatisch vanuit de testobjectgegevens (aanduiding "Apparaat")
overgenomen.
BENNING ST 755+ / ST 760+
Functies
7.1 Database
5284 / 08/2023 nl

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

St 760+

Inhoudsopgave